Breng je medicijnresten terug

Vanaf 18 oktober vindt de #RikOnTour-campagne plaats in Eindhoven. Bij 22 (ziekenhuis)apotheken in Eindhoven kunnen inwoners restmedicijnen in de opvallende ‘Rik Retour – een vrolijke gele capsule’-box gooien. Na die tijd blijft de mogelijkheid om restmedicatie in te leveren, ook in het Catharina Ziekenhuis.

Rik Thijs, wethouder van water en milieu, en Marie-Claire van Hek, lid Raad van Bestuur Catharina Ziekenhuis, geven vrijdag 18 oktober het startsein voor de campagne in het Catharina Ziekenhuis. Thijs: “Het is eigenlijk heel simpel. Breng medicijnresten terug naar de apotheek of lever ze in bij de milieustraat. Zo komen de resten niet in ons (oppervlakte)water terecht en houden we water dus schoon en gezond.”

Marie-Claire van Hek vult aan: “Medicijnen zijn bedoeld om ons beter te maken, niet om onze omgeving schade toe te brengen. Door bewust om te gaan met wat we overhouden, beschermen we niet alleen het water, maar dragen we ook bij aan een gezondere toekomst voor ons allemaal.”

Samen zorgen voor schoon én gezond water
Jaarlijks komt minstens 190.000 kilo aan medicijnresten in het oppervlaktewater terecht. Dat gebeurt via toiletbezoek maar ook doordat medicatie vaak door de gootsteen of het toilet wordt gespoeld. Hierdoor verslechtert het waterleven en wordt het zuiveren van het drinkwater steeds lastiger. Daarom vragen wij u overgebleven medicijnen terug te brengen naar onze apotheek (of de milieustraat of een andere apotheek met de Rik Retour-box). Dit kan voortaan altijd, ook ná het einde van de campagne.

Aanvullend op de campagne is er de interactieve #RikOnTour-unit. Deze unit maakt op een speelse manier duidelijk wat de relatie is tussen water en medicijnen. De #RikOnTour-unit staat van 18 oktober tot 1 november in het Catharina Ziekenhuis en daarna tot 15 november in het Máxima Medisch Centrum.

De campagne is ontwikkeld door het Brabants Netwerk Medicijnresten uit Water en actief mogelijk gemaakt door de gemeente Eindhoven, Waterschap De Dommel, Stroomz, Apothekersvereniging CAZO, Máxima Medisch Centrum en Catharina Ziekenhuis.

Tips voor inleveren medicijnen
-Dit brengt u terug: al uw overgebleven medicijnen, zoals doordrukstrips, zalftubes en medicatieflesjes. Let op: naalden kunt u niet inleveren.
-Privacy beschermen: Verwijder de sticker met uw gegevens op de verpakking.
-Niet doorspoelen: Spoel medicijnen nooit door de wc of gootsteen. Ook medicatieflesjes spoelt u niet om voordat u ze inlevert. Het omspoelen van de flesjes is schadelijk voor ons water.

Wil je meer weten? Kijk dan op de website https://rikontour.nu/

Je leven stopt niet bij een diagnose

Ze was nog maar net geboren toen er bij Rachelle Niessink (31) een hartruisje werd ontdekt. Daardoor moest ze haar hele jeugd rustiger aan doen. Op haar éénentwintigste ging het mis en werd ze geopereerd. “Het voelde alsof ik een tikkende tijdbom in mijn lichaam had zitten.”

Toen bij baby Rachelle een hartafwijking werd ontdekt, besloten de artsen niet meteen te opereren. Zolang ze er geen last van had, zouden ze het aankijken. Dat ging lange tijd goed, totdat ze zeven jaar oud was en blauw aanliep tijdens het schoolzwemmen. “Ik merkte al een tijdje dat sporten niet lekker ging en ik moe was, maar ik sportte dan ook erg veel. Misschien was ik oververmoeid, dacht ik. Maar toen ik blauw aanliep in het zwembad, was het wel duidelijk dat er meer aan de hand was.”

Niet meer sporten

Haar mitralisklep was aan het lekken, concludeerde de arts in het ziekenhuis. Het advies was dan ook dat ze niet meer mocht sporten en rustig aan moest doen. “Ik moest zo goed als overal mee stoppen. Niet meer zwemmen, dansen en bij gymles aan de kant. Dat vond ik erg zwaar. Op een gegeven moment was ik het dan ook zó zat, dat ik gewoon weer meedeed met gym. Ik kan aan de kant blijven zitten, dacht ik, maar daar wordt het ook niet leuker van.” Jarenlang ging dat vervolgens goed, maar ze deed dan ook geen gekke dingen en ging niet uit. “Mijn dagen bestonden vooral uit mijn werk en paard. Ik had daarnaast genoeg tijd om uit te rusten. Mijn hele puberteit was ik voorzichtiger door mijn hartafwijking. En deed ik wél mee met sporten, zat ik de rest van de week als een dood vogeltje op de bank. Ik heb best wat moeten inleveren.”

Onder het mes

Op haar éénentwintigste leerde ze haar man kennen. Ze waren nog maar een paar maanden samen, toen Rachelle diverse keren flauwviel onder de douche. In het ziekenhuis kreeg ze te horen dat haar situatie zodanig verslechterd was, dat ze geopereerd moest worden. “Dat was natuurlijk geen leuk nieuws, maar het kon niet anders. Mijn mitralisklep werd uiteindelijk gerepareerd door er een ringetje omheen te plaatsen en dit met lichaamseigen weefsel vast te zetten. Met de andere hartklep was niets mis, dus deze hebben ze gelaten voor wat het is. Omdat ik nog zo jong was, wilden ze niet meteen kunstkleppen plaatsen, maar eerst kijken of dit zou werken.”

Kort na de operatie ging er al een wereld voor haar open. “Mijn partner kende mij alleen als ziek en moe, maar na anderhalve dag zat ik in het ziekenhuisbed al volop te praten en was ik klaarwakker. Hij zei dat hij me nog nooit zo fit had gezien. Na vijf dagen mocht ik uiteindelijk naar huis. Ook daar herkende ik mezelf niet meer. Ik had ineens volop energie, kon de hele wereld aan.  Zo is het dus voor ‘normale’ mensen, dacht ik. Ik hoefde geen middagdutjes meer te doen, niks. Ook kon ik weer volop sporten.”

Een kindje

Voor de operatie woog Rachelle nog maar vierenveertig kilo, doordat haar lichaam zo hard moest werken. Toen ze een jaar na de operatie begon aan te komen, dacht ze dan ook dat ze eindelijk weer een gezond gewicht bereikte. Maar niets was minder waar. “Zes dagen voor de geboorte van onze zoon zijn we erachter gekomen dat ik zwanger was. Het klinkt ongelofelijk, maar al die tijd wist ik het niet. Mijn menstruatie was onregelmatig, maar dat weten we aan het feit dat mijn lichaam in de reservestand had gestaan. Mijn man en ik hebben, toen mijn buik begon te groeien, nog wel een verloskundigenpraktijk gebeld, maar volgens hen leek er niet echt wat aan de hand te zijn. Acht maanden lang heeft onze zoon zich verstopt, terwijl ik de hele zwangerschap onder zware controle in het ziekenhuis had moeten staan. Pas toen ik op een gegeven moment flinke buikpijn kreeg en daarmee naar het ziekenhuis ging, werd me verteld: gefeliciteerd, je gaat bevallen.”

Direct ging er van alles door Rachelle heen. Ze hadden helemaal geen controles gehad, dus ze wisten niets. Alleen maar dat hij volgroeid en onderweg was. Toch ging de bevalling wonder boven wonder goed, vertelt ze. “Meteen na de operatie is onze zoon gecheckt en gelukkig is hij helemaal vrij van hartafwijkingen. Ook nu, acht jaar oud, is hij nog steeds kerngezond. Hij heeft ontzettend veel energie. Alles wat ik in mijn kinderjaren heb gemist, heeft hij meegekregen.”

Hardlopen

Rachelle zelf is inmiddels weer volop aan het werk en sport veel. Hardlopen is voor haar echt een uitlaatklep. “Kilometers maken is goed voor mijn mentale welzijn. Dan kan ik alles even uitzetten. Natuurlijk heb ook ik dagen waarop niks lukt, maar als ik dan die kilometers heb afgelegd en me weer fit voel, denk ik altijd: het is helemaal niet zo slecht met me gesteld. Als ik op zulke momenten dan tóch ga hardlopen, kan ik daar echt van opknappen. Het is heel makkelijk om op bed te blijven liggen, maar daar word je ook niet beter van.”

Twee tot drie keer in de week loopt ze vijf tot twintig kilometer. Momenteel is ze zelfs aan het trainen voor een halve marathon. “Als dit goed gaat, schrijf ik me volgend jaar in voor de marathon van Rotterdam. Misschien is dit veel te ambitieus, maar ik hou ervan om een doel te stellen. Helaas zijn mijn hartkleppen inmiddels wel weer aan het lekken. Toch willen de artsen, zolang ik me conditioneel goed voel, eigenlijk niet opereren. Ik zie dat eerlijk gezegd ook niet zo zitten. Wat als ik niet goed uit de operatie kom? Dan doe ik het liever niet. Ik voel me nu fit en mijn jaarlijkse echo gaat niet achteruit. Dat is voor mij winst. Na het hardlopen herstel ik snel. Dat is wat mij betreft ook een indicatie dat het goed met me gaat. Van alleen maar op de bank zitten, word ik niet gelukkiger. Je bent meer dan alleen hartpatiënt. Je kunt ook groeien als mens, in je sport en je gezinsleven, winst voor jezelf behalen. Je leven stopt niet bij een diagnose.”

 Waarom dit interview met Rachelle?

We hebben allemaal onze verhalen met betrekking tot wat we hebben meegemaakt. Zo ook Rachelle. Deze ervaringen kunnen ook anderen inspireren. Rachelle hoopt met haar (sport)verhaal andere hartpatiënten te kunnen motiveren en laten zien dat je, ook als hartpatiënt, heel veel uit het leven kunt halen.

Tekst: Laura van Horik
Foto: Rachelle Niessink

Dit artikel verscheen eerder in het Hartbrug Magazine.

Hartpatiënten kunnen rust vinden in yoga

Yoga is een prima manier om rust te vinden en met jezelf in evenwicht te komen. Ook voor hartpatiënten, die vaak stress voelen als gevolg van een jachtig leven en wellicht negatieve gedachten koesteren, zoals zoveel mensen dat doen. Alle reden dus om het gesprek aan te gaan met Constance Coenegracht, yogadocent in Maastricht.

“Yoga leert ons om beter te luisteren wat zich in ons afspeelt waardoor er meer rust ontstaat en minder stress. Je laat je dan niet meer zo snel gek maken en kunt prikkels beter afweren. Je leert denken aan dingen die je blij maken in plaats van negatieve gedachten te koesteren. Die zijn niet goed voor het hart. Door positief om te gaan met gedachten en emoties ben je jezelf aan het helen, en dat is goed.”

Constance kwam als 19-jarige student naar Maastricht en is er sindsdien niet meer weggegaan. Ze studeerde o.a. gezondheidswetenschappen aan de Universiteit Maastricht. In 2005 werd ze ondernemer, en houdt zich sindsdien met name bezig met sport en yoga. Ze is eigenaar van Mac Sportsclub en Mac Yoga, een fitness centrum en yoga studio in het centrum van de Limburgse hoofdstad.

Ontspannen

Constance begon met een sportschool, maar verbouwde haar fitnesscentrum later. “Ik wilde een balans tussen sport (inspanning) en ontspanning. Daarom opende ik in 2011 een yoga-studio. De andere kant van inspanning – ontspanning – is immers net zo belangrijk.” Ze werkt er onder meer met hangmatten, anti-gravity-yoga waarbij je in een soort cocon ligt en met de ademhaling naar jezelf toe gaat. Je neemt zo bewust de tijd om te voelen.”

“Yoga helpt je om naar binnen te keren, bewust de tijd te nemen voor jezelf”, legt Constance uit. “Dat is iets wat veel mensen niet meer doen. We rennen allemaal maar door! Yoga geeft meer ruimte aan je hart zodat de energie beter kan stromen en het hart rustiger wordt. De aandacht wordt niet langer gegeven aan de talloze gedachten die door ons hoofd tollen, maar aan de ademhaling, zodat we meer zuurstof krijgen, meer energietoevoer. Door stiller te worden staan we stil bij het openen van ons lichaam. Goed en diep ademhalen is goed voor je lijf.” Het ontstresst volledig.

Hartchakra

Constance schenkt in haar begeleiding ook veel aandacht aan de energie rond het hart, de zogenoemde vierde chakra of hartchakra. Chakra’s zijn draaiende energiewielen die ons helpen met persoonlijke groei. Op fysiek niveau wordt het hartchakra geassocieerd met de hart- en longfuncties en de bloedsomloop. Op emotioneel niveau staat het voor de mogelijkheid om onvoorwaardelijke liefde te geven en te ontvangen, empathie te tonen en compassie te voelen. “Het is gezond om die chakra te openen, want dat leidt tot zelfacceptatie en heling, je krijgt letterlijk meer lucht”, legt ze uit. “Yoga helpt ons om brein, hart en buik met elkaar te verbinden middels een goede ademhaling. Doordat je op die manier beter voelt wat door je heen gaat, helpt het je om je emoties een plek te geven en jezelf te helen. Hoe? Door in stilte goed adem te halen en te luisteren naar je lichaam en accepteren wat er is”.

Meridianen

Constance schenkt daarbij veel aandacht aan de zogenoemde meridianen. Dat zijn waterrijke energiekanalen die door het lichaam lopen en in de organen. “Door die meridianen te stimuleren schep je ruimte voor energietoevoer en hef je eventuele blokkades op. Vandaar dat in yoga veel aandacht is voor het doorstromen van die meridianen.” Ze noemt als voorbeeld de longmeridiaan, die van het sleutelbeen naar de duim loopt. “We gaan de arm stretchen om de energie van de meridiaan beter te laten stromen en om er meer ruimte in te krijgen. Stretchen wil zeggen dat we een constante druk gaan creëren in een ontspannen houding die we drie minuten laten voortduren, omdat dat de tijd is die nodig is om het bindweefsel te laten reageren. Door deze oefening raken de spieren ontspannen en kom je bij de dieperliggende lagen, het bindweefsel terecht. Dat bindweefsel zit overal rond aderen en organen, het hele lichaam zit er vol mee. Uit wetenschappelijk onderzoek is gebleken dat het heel belangrijk is dat dit bindweefsel ontspannen, gezond en flexibel moet zijn, zeker op oudere leeftijd. Het moet goed kunnen functioneren.”

Acceptatie

Yoga is volgens haar bij uitstek geschikt om je lijf te accepteren, zeker na een ingrijpende ziekte of operatie. Het is een soort rouwverwerking die leidt tot acceptatie. “Je leert omgaan met verandering”, zegt ze. “Ondanks wat er gebeurt of gebeurd is leer je blij te zijn met wat er nog is. Ik heb zelf twee jaar geleden reuma gekregen. Dat is verlies. Maar ik bleef positief denken, dan kun je er gemakkelijker mee omgaan.”

Ook en vooral hartpatiënten kunnen veel baat bij yoga hebben. Vooral bij yin-yoga en hatha yoga, aldus Constance. Hatha yoga is een van de oudste vormen van yoga. Het woord komt van de woorden ha (zon) en tha (maan) uit het Sanskriet. De basis voor Yin yoga wordt al eeuwenlang beoefend in China en Taiwan als onderdeel van de taoïstische yoga (zg. Dao Yin). Yin yoga als yogastijl bestaat eigenlijk pas sinds een jaar of 40, 45, en is overgewaaid uit Amerika.  Yin yoga is erop gericht de spieren te ontspannen en los te laten en dieper te werken in je lijf. Hatha yoga probeert bepaalde spieren juist wel te verstevigen, bijvoorbeeld door het spier uithoudingsvermogen te versterken. “Yin Yoga is eigenlijk de rustigste vorm van yoga, waarbij we onder meer houdingen doen die de weefsels stimuleren, heel ontspannend en een stimulans voor je gezondheid. Je leert ook bewust te worden van je gevoel. Hatha yoga leert je om houdingen aan te nemen waarin je rust vindt”, aldus Constance.

Deze vormen van yoga kunnen voor hartpatiënten heel gezond zijn. “Ze voelen zich daardoor veel rustiger, ervaren minder stress, zijn meer ontspannen, flexibeler, en je wordt er sterker van, zowel fysiek en mentaal”, legt Constance uit.

Foto: Constance Coenegracht
Tekst: Henri Haenen

Dit artikel verscheen eerder in het Hartbrug Magazine

Unieke theaterlezing!

Kom op zaterdag 14 september naar de unieke theaterlezing, van de bekende neurowetenschapper Erik Scherder en cardioloog en hoogleraar Leonard Hofstra.

Wat doet optimisme met het brein? Beschermt een huwelijk tegen een hartinfarct, of kun je beter single zijn? Deze en andere vragen worden in een meeslepende theatershow beantwoord.

Kaarten bestellen kan hier!

Wij hopen u te zien!

Met vriendelijke groet,
Prof. Erik Scherder en Dr. Leonard Hofstra

 

Lachen is (meer dan) gezond

Een gezond en gelukkig leven, wie wil dat nu niet? Humor, ontspanning, optimisme en hoop zijn allemaal factoren die daaraan bijdragen. Factoren die ook nog eens te trainen zijn. Met hun boek Hoop voor hart en hersenen vragen hoogleraar neuropsychologie Erik Scherder en cardioloog Leonard Hofstra dan ook aandacht voor positiviteit.

Het was onder andere de coronatijd die Scherder en Hofstra aanzette tot het schrijven van dit boek. Mensen laten focussen op het positieve, dat was de drive, vertelt Scherder. “Positiviteit heeft veel effect op je brein en hart- en vaatziekten. Er is te weinig aandacht voor optimisme, vooral ook in de gezondheidszorg. Dat is jammer, want hier kun je juist hoop en perspectief bieden. Geen valse hoop natuurlijk, maar hoop binnen de ziekte. Ook hoop heeft namelijk een positieve invloed op je brein en hart.”

Optimisme trainen

Of je nu een optimistisch mens bent of niet, optimisme is te trainen. Ook als je van nature een pessimist bent, laten Scherder en Hofstra in hun boek zien. “Optimisme trainen is zelfs best makkelijk. Je hebt daarvoor allerlei tools. Haal allereerst het beste uit jezelf. Bedenk eens: wat zijn mijn capaciteiten, wat kan ik nu eigenlijk goed? Gebruik ik dat ook in mijn dagelijks leven? Een ander zeer eenvoudig advies is aan het einde van de dag een lijstje maken van dingen die vandaag leuk waren. Dat is onderzocht en werkt goed. Het gaat dan wel om positieve dingen, dus niet: het regende weer of ik miste net de bonusaanbiedingen. Nee, denk aan: ik had vandaag een leuk telefoongesprek met iemand die ik een tijdje niet heb gesproken. Juist die kleine dingen kunnen je het gevoel geven dat het een goede dag was.”

Lach eens

Een andere belangrijke tool voor een gezond en gelukkig leven is het opzetten van een glimlach. Die hoeft in eerste instantie niet eens écht te zijn. “Als je wakker wordt en je hebt helemaal geen zin in vandaag, zet dan toch een glimlach op. Ook op je werk kun je een glimlach veinzen. Wat blijkt? Die neppe glimlach wordt door de dag heen vanzelf echt. Daar word jij beter van, maar de patiënt denkt ook nog eens: wat aardig, Erik is in een goede stemming. Bedenk daarnaast eens wanneer je nu blij bent. Ga je nog weleens ergens heen, naar een leuke voorstelling bijvoorbeeld? Hoeveel leuke momenten creëer je voor jezelf? Zet die glimlach op en kijk wat er in je brein gebeurt. Lachen verwijdt je bloedvaten en dat is zeer gunstig voor je gezondheid.”

Positieve woorden

Een andere trainingsvorm is het gebruik van positieve in plaats van negatieve woorden en zinnen. “Je kunt tegen iemand zeggen dat je je kapot ergert als hij zo reageert, maar je kunt ook zeggen dat je er heel blij van zou worden als hij de volgende keer wat positievere woorden gebruikt. Of in plaats van tegen een collega zeggen dat hij moet opschieten omdat je eeuwig zit te wachten op zijn werk en daardoor niet verder kan, zeggen dat je iets meer tijd nodig hebt voor die klus en hij je daarom enorm zou helpen als het iets eerder af is. Het komt op hetzelfde neer, maar klinkt een stuk leuker.” Beweging doet overigens ook een hoop, net als muziek. Hiervan word je tevens een aardiger mens. “Als je alleen foto’s bekijkt, voel je misschien niet zoveel. Zet je er muziek onder, komt het meer binnen en leer je die gevoelens te intensiveren. Neem bijvoorbeeld een foto van een bruiloft. Als je daar muziek in die sferen onder zet, knalt het bij je naar binnen.”

De optimist en de pessimist

Of het beter is om optimistisch of pessimistisch te zijn? Ook daar hebben ze antwoord op. Volgens Scherder laten studies zien dat zowel mild pessimisten als mild optimisten even ver komen qua gezondheid. “Mild pessimisten komen een eind omdat zij risicomijdend zijn en iets sneller níet doen. Als het gaat om alcohol bijvoorbeeld, zal de mild pessimist misschien denken dat hij helemaal maar niet drinkt, omdat hij anders niet weet hoe hij daarvan moet herstellen, terwijl de mild optimist denkt dat het met één of twee glaasjes wel goed zal komen en hij er toch geen last van heeft. Wel heeft de mild optimist uiteindelijk een leuker leven, omdat hij blijer is. De enorme optimisten en enorme pessimisten vallen in ieder geval af. Een enorme optimist neemt namelijk risico’s die je niet zou moeten nemen, met de gedachte dat het tóch wel goed komt.”

Minder stress

Als je optimisme elke dag drie tot vijf minuten traint, voel je in een paar weken tijd al verschil. Dan merk je dat er veel dagen zijn waarop je zeker vijf dingen kunt opnoemen die die dag leuk waren, zegt hij. “Het beïnvloedt écht je stemming, en dat is waar we het tenslotte over hebben. Klaag wat minder en geef eens een compliment. We zijn al gauw geneigd om mensen af te serveren, maar zeg nu eens: wat leuk dat je er bent, of wat zie je er goed uit. Dat zorgt voor een beloningsgevoel in ons brein. Vergeef ook. Heeft hij het nu echt zo slecht bedoeld? Misschien viel dat wel mee. Als je mensen iets vergeeft, vermindert je stress. Anders blijf je je ergeren, piekeren. Je wordt er zelf ook voor beloond, want het geeft je een optimistischer gevoel. Minder (chronische) stress beschermt tegen hart- en vaatziekten. Hoe meer je werkt aan een positieve benadering, hoe beter je bloeddruk en vaten. Dat is precies wat je wilt.”

Tekst: Laura van Horik
Beeld: Erik Scherder

Waarom brengt HPNL dit onder de aandacht?
Hartpatiënten volgt alles op de voet en houdt haar lezers op de hoogte van relevante ontwikkelingen en uitgaven, zoals dit boek van Erik Scherder en Leonard Hofstra. Hartpatiënten draagt graag bij aan het verspreiden van interessante, maar vooral ook juiste informatie.

Dit artikel verscheen eerder in het Hartbrug Magazine.

Wat voor effect hebben microplastics in ons bloed?

Snoepverpakking, boodschappentas of een flesje cola. De hoeveelheid plastic die elk jaar wereldwijd wordt geproduceerd is uitgegroeid tot ruim 390 miljoen ton. Naast het feit dat plastic regelmatig in de natuur belandt, blijken zich er nu ook deeltjes van in ons bloed te bevinden. Wat betekent dat voor onze gezondheid? Sicco Brandsma is analytisch chemicus aan de Vrije Universiteit in Amsterdam en legt er in dit artikel alles over uit. “Het is verstandig om op voorhand bewustere keuzes te maken.”

Macro- en microplastics

Grote stukken plastic, zoals verpakkingen uit de supermarkt, worden volgens Brandsma macroplastics genoemd. “Wanneer deze bijvoorbeeld in de natuur terechtkomen, worden ze door verschillende factoren zoals wind en zon geleidelijk afgebroken”, vertelt de analytisch chemicus. “Op een gegeven moment worden de deeltjes plastic zo klein, dat ze voor het blote oog niet meer zichtbaar zijn. Deze deeltjes noemen we microplastics en kunnen qua grootte van elkaar variëren.” Maar het feit dat we microplastics niet kunnen zien, betekent niet dat ze er niet zijn. Sterker nog: volgens Brandsma zijn deze deeltjes in ons bloed aangetroffen. Hoe kan dat?

Plastic in ons bloed

Microplastics zijn volgens Brandsma terug te vinden in onder andere het milieu (sediment, water en vissen), cosmetica en ander verzorgingsproducten. “Ga je douchen en gebruik je cosmetica en verzorgingsproducten met microplastics? Dan komen de microplastics in het afvalwater terecht.” Verschillende onderzoeken hebben volgens de analytisch chemicus ook microplastics in plastic flesjes drinkwater aangetoond. “Wanneer voedsel of drank in contact komt met een plastic verpakking, komen er deeltjes vrij. Drink je water uit een plastic flesje, dan kun je duizenden deeltjes microplastics binnenkrijgen.” En daar blijft het niet bij. Verspreiding via de lucht – in bijvoorbeeld je huis of op je werk – is volgens Brandsma naast het eten van voedsel, een belangrijke oorzaak van microplastics in ons bloed. “Lucht adem je in en is daarmee een eenvoudige route om de deeltjes binnen te krijgen.” Inmiddels zijn microplastics niet alleen aangetoond in ons bloed. Volgens de analytisch chemicus hebben inmiddels wereldwijd verschillende onderzoeken microplastics aangetoond in de placenta, moedermelk en longen. Welk effect hebben de microplastics op onze gezondheid?

Effect van microplastics

Momenteel onderzoeken diverse studies het effect van microplastics in ons lichaam. “Denk aan het aantal deeltjes dat zich in ons lijf bevindt”, vertelt Brandsma. “Van hoeveel deeltjes in ons lichaam zouden we ziek kunnen worden? Dat is een belangrijke vraag, net als wat de grootte van de deeltjes precies zouden zijn. Grote microplastics kunnen wellicht het lichaam bij de ontlasting verlaten, maar hoe zit dat met kleinere deeltjes?” Deze studies zijn volgens Brandsma van grote waarde, want alleen al het idee dat er plastic in ons bloed terechtkomt is verontrustend. “Er is nu nog weinig bekend over het daadwerkelijke effect van deze microplastics, maar in dierenstudies zijn al wel schadelijke effecten aangetoond. Denk hierbij aan ontstekingen die kunnen leiden tot ziektes.” Moeten we ons nu zorgen maken over microplastics? “Het is zeker alarmerend”, vertelt Brandsma. “Maar we weten nog te weinig om hierover conclusies te trekken. Het is daarom verstandig om het zekere voor het onzekere te nemen en op voorhand maatregelen te nemen om microplastics te verminderen. Aangezien we in ons dagelijks leven veel gebruikmaken van plastic producten is dat helaas nog niet zo gemakkelijk.”

Maatregelen nemen

Hoe zorgen we ervoor dat er zo min mogelijk plastic in ons bloed terechtkomt? De belangrijkste tip die Brandsma heeft is bewustwording. “Omdat we niet weten wat het effect is van microplastics, kun je beter de blootstelling eraan zo veel mogelijk verlagen. Het is niet mogelijk om totaal niet aan microplastics blootgesteld te worden, omdat de deeltjes onder andere via de lucht verspreid worden. Dat zou betekenen dat we niet meer mogen ademen. Dat is natuurlijk niet haalbaar.” Wat we wel kunnen doen? Bewustere keuzes maken! “Drink uit een aluminium of stalen beker in plaats van een plastic beker en koop geen synthetische kleding. Ook een goede tip: gebruik geen plastic bakje in de magnetron om je voeding op te warmen. Een glazen ovenschaal is een prima alternatief om het aantal deeltjes microplastic in voeding te verminderen.” Volgens Brandsma zou nieuwe regelgeving met betrekking tot het gebruik van plastic ook een positief effect kunnen hebben. “Die ontwikkelingen wachten we hoopvol af. In de tussentijd zetten wij onze studies voort om een beter beeld te krijgen van wat deze microplastics in ons lichaam betekenen. Bewustwording is stap één. Stap twee wordt de impact op onze gezondheid, en daarmee ook het milieu, verminderen.”

Tekst: Julia Kroonen
Foto: Sicco Brandsma

Dit artikel verscheen eerder in het Hartbrug Magazine.

Ik heb achttien schokken gehad

Hartklachten zitten aan zijn vaders kant in de familie. Daardoor had Hans de Graaf (57) al het gevoel dat ook hij een keer aan de beurt zou zijn. Twee jaar terug bleek dat inderdaad het geval te zijn: als gevolg van een hartinfarct kreeg hij een hartstilstand. “Ze hebben me een uur gereanimeerd.”

Hans hield er nooit zo van om naar de dokter te gaan. Hij stak liever zijn kop in het zand. Toch had hij in zijn achterhoofd dat het hart een zwakke plek in zijn familie is. Ook zijn eigen cholesterol was hoog en zijn bloeddruk op het randje. Op een willekeurige zaterdag in maart 2022 had Hans een onbestemd gevoel en zei hij tegen zijn vrouw dat het weleens kon zijn dat hij die middag niet lekker werd. “Ik wist niet wat het was, maar het voelde niet goed. Ik heb op dat moment meteen mijn bloeddruk gemeten. Die bleek hoog te zijn. Mijn vrouw vond dat ik naar de huisartsenpost moest gaan, maar daar had ik niet zo’n zin in. Ik had tenslotte geen pijn op mijn borst of in mijn linkerarm, kon de trap nog op en af en was niet buiten adem. Alleen mijn armen voelden een beetje zwaar.”

Reanimeren

Hans besloot een dutje te gaan doen en daarna verder te kijken. Zijn vrouw moest eigenlijk even naar kantoor om wat spullen op te halen, maar hij zei tegen haar dat hij liever wilde dat ze thuisbleef. “Ik grapte nog: je weet dat we een AED hebben, toch? Mijn vrouw heeft altijd haar EHBO-diploma onderhouden en weet wat ze moet doen als het misgaat. Ik ben vervolgens gaan slapen en zij zat op de bank, terwijl ze voortdurend mijn ademhaling in de gaten hield. Na tien minuten gingen plotseling mijn handen de lucht in en werd ik eerst blauw en vrijwel meteen daarna grauw. Direct belde ze het alarmnummer, haalde ze de AED en heeft ze de buitendeur opengezet. Dat vind ik nog altijd heel bijzonder, dat ze er zo rustig onder is gebleven en erover nagedacht heeft dat de ambulancebroeders anders voor een dichte deur zouden staan. Ik heb uiteindelijk een hartstilstand gehad. Mijn vrouw heeft mij als eerste gereanimeerd. Ik was er zelf natuurlijk niet bij, maar heb in totaal maar liefst achttien schokken gehad. Mijn vrouw is na een minuut of vijfenveertig apart genomen. Ze vroegen haar wat ik mankeerde, omdat het tijd werd om te stoppen. Helemaal niets, zei ze. Vervolgens zijn ze doorgegaan met reanimeren. Vijftien minuten later was er weer een hartslag en hebben ze me naar het ziekenhuis gebracht.”

Zuurstoftekort

Hans lag vervolgens een dag in coma, waarna de artsen wilden proberen om hem eruit te krijgen. “Ze zeiden tegen mijn vrouw dat ze niet wisten hoe ik eruit zou komen. Ze moest zich op het ergste voorbereiden. Door de reanimatie heb ik namelijk zuurstoftekort in mijn hersenen gehad.” Toen hij vervolgens bij kwam, wist hij niet wat er was gebeurd. Wel maakte hij al snel weer grapjes. “Mijn vrouw vroeg me wat de namen van onze kinderen zijn en meteen zat ik te grappen. Het ging redelijk goed met me. Tien dagen heb ik uiteindelijk in het ziekenhuis gelegen. Daarna mocht ik naar huis. Natuurlijk had ik last van mijn ribben. Dat was niet zo prettig. Toch kon ik vanaf dag twee dat ik thuis was, al wel weer fietsen.”

Revalidatie

Lichamelijk was hij naar eigen zeggen na anderhalve maand zo goed als de oude. Hij fietste op dat moment alweer zestig kilometer. Wel merkte hij dat multitasken lastig voor hem was en had hij het gevoel dat er watten in zijn hoofd zaten. “Ik kon wel televisie kijken, maar op een gegeven moment kreeg ik daar dan niets meer van mee. Na een maand of drie mocht ik gaan revalideren, maar ik merkte dat de hartrevalidatie zich vooral op het lichamelijke en niet op het geestelijke richtte. Dat vond ik jammer.” Ook merkte hij tijdens het revalideren dat de anderen zich vaak afvroegen waarom dit hen was overkomen, maar dat had Hans totaal niet. “Voor mij was het heel eenvoudig: wij waren we de geluksvogels. Wij zaten er tenminste nog. De reanimatie had ook te laat kunnen beginnen of we hadden er van alles aan kunnen overhouden. Je kunt zeggen: waarom ik? Maar je kunt ook zeggen: waarom heb ik het wél overleefd?”

Vijf succesfactoren

Hans is er heilig van overtuigd dat er vijf succesfactoren zijn waardoor hij het heeft overleefd. “Allereerst voorbereiding. Wij hebben een AED en mijn vrouw heeft aandacht voor de symptomen, dus dat heeft heel goed uitgepakt. Daarnaast heb ik naar haar gecommuniceerd dat het niet helemaal lekker ging. Als je dat voor jezelf houdt, lig je ineens. Verder was ik best snel weer op de been. Ik denk dat dat te maken heeft met het feit dat ik redelijk fit en gezond was op het moment dat het gebeurde. Mijn vrouw en ik fietsen vaak en een paar jaar eerder was ik behoorlijk afgevallen. Als je goed in je vel zit, kun je de klap naar mijn idee beter hebben. Verder heeft het natuurlijk te maken met professionele hulp. Overal in de buurt zijn AED’s te vinden en er worden meerdere burgerhulpverleners opgepiept als zoiets gebeurt. De laatste succesfactor is wat mij betreft nog wel de belangrijkste: geluk. Als mijn vrouw wél weg was gegaan, had ze mij waarschijnlijk gevonden.”

Actief brein

Buiten het feit dat Hans nu eerder naar de dokter gaat als hij iets voelt, doet hij ter preventie ook een hoop voor zijn brein. “Ik ben datzelfde jaar lid geworden van een scheepskoor. Zingen is heel goed voor het brein. Inmiddels vind ik dit zó leuk, dat ik onder de naam Hannes van Bont ook solo optreed op onder andere bruiloften. Daarnaast doe ik aan tafeltennis. Ik vind het belangrijk om bezig te blijven. Tafeltennis is goed voor mijn lichaamsbeweging, maar ook mentaal, doordat je snel beslissingen moet nemen. Ik merk dat het goed met me gaat als ik actief bezig ben, maar zodra ik met mijn hoofd bezig ben, heb ik soms een pitstop nodig. ’s Middags ontstaat dan vaak wel het gevoel dat ik een dutje moet doen. Als ik tafeltennis en het wordt later op de avond, krijg ik last van het lawaai. De energie om te focussen is dan weg. Toch kan ik hier héél prima mee leven.”

Tekst: Laura van Horik
Foto: Hans de Graaf

Waarom dit interview met Hans?
We hebben allemaal onze verhalen met betrekking tot wat we hebben meegemaakt. Zo ook Hans. Delen hoe hij alles heeft beleefd, kan helpend zijn voor andere hartpatiënten.

Dit artikel verscheen eerder in het Hartbrug Magazine.

Bewezen effectief voor vrouwen: het Mediterraan dieet

Het mediterrane dieet is al langer een van de populairste diëten. Het is gebaseerd op de traditionele eetgewoonten van de landen rond de Middellandse Zee, zoals de naam al aangeeft. Dit dieet brengt niet alleen een gezond voedingspatroon met zich mee, maar roept misschien zelfs de sfeer en smaken van een vakantie aan de Mediterrane kust op. Misschien zijn daarom veel vrouwen enthousiast. Maar wat is het effect op langere termijn? Dit is onderzocht onder ruim 25.000 vrouwen en recent is het resultaat gepubliceerd.

Wat is het Mediterrane dieet?

Wanneer u het Mediterrane dieet volgt, betekent dit dat u vooral veel pure ingrediënten eet. Denk aan: groente, fruit, volkorenproducten, noten en zaden, olijfolie, vis en gevogelte. Bewerkte voeding en rood vlees wordt weinig gegeten. Hoewel er veel onderzoek is gedaan naar dit dieet, is er weinig bekend over hoe de gezondheidseffecten op de langere termijn samenhangen met de mate waarin dit eetpatroon wordt gevolgd.

Onderzoek naar het effect van het Mediterrane dieet

Recent werd een onderzoek gepubliceerd in JAMA dat antwoord geeft op deze vraag. Voor dit onderzoek werden ruim 25.000 gezonde vrouwen die deelnamen aan de Women’s Health Study gevolgd. In april 1993 tot januari 1996 werden bloedmonsters, biometrie (hartfrequentie, bloeddruk) en informatie over hun voeding verzameld en geanalyseerd van juni 2018 tot november 2023.

De deelnemers kregen een score voor de mate waarin zij het Mediterrane dieet volgden. De score varieerde van 0 tot 9 punten, gebaseerd op 9 voedingscomponenten. Het belangrijkste doel was om te zien hoe deze scores samenhangen met sterfte. Om het verband tussen verschillende factoren beter te begrijpen, werd er tijdens het onderzoek gekeken naar 33 verschillende meetbare indicatoren, ook wel biomarkers genoemd (zoals cholesterol, ontstekingswaarden, insulineresistentie en stofwisselingsparameters).

Uitkomst: Leef je langer dankzij het Mediterrane dieet?

Van de ruim 25.000 vrouwen was de gemiddelde leeftijd bij de start van het onderzoek 54,6 jaar. Na zo’n 25 jaar werden de vrouwen opnieuw onderzocht. Inmiddels zijn er bijna 3900 van hen overleden. Vergeleken met de deelnemers die het Mediterrane dieet op een laag niveau (score 0-3) volgden, hadden de vrouwen die het dieet gemiddeld (score 4-5) en op hoog niveau (score 6-9) volgden respectievelijk 16% en 23% minder kans om te overlijden.

Dus hoe beter men zich aan het Mediterrane dieet hield, hoe lager de kans op overlijden. Er waren minder ontstekingen te zien en ook de stofwisseling was beter. Cholesterolwaarden verbeterden en de lichaamsmassa-index (BMI) nam af: Tevens verbeterde de bloedsuikerregulatie, zodat het risico op diabetes afnam.

Dus, van een vakantiegevoel tot een langer en gezond leven: het mediterrane dieet biedt een uitkomst. Lang leve(n) het Mediterraan dieet!

Bron: Cardiologie Centra Nederland

De effecten van het stresshormoon cortisol

Stress als dikmaker en daarmee als risicofactor voor het ontwikkelen van hart- en vaatziekten? Het is misschien niet het eerste waar je aan denkt als je met stoom uit je oren uit je werk komt. Toch verdient stress veel meer aandacht dan het op dit moment van veel mensen krijgt, bepleit personal trainer en lifestylecoach Radmilo Soda.

Met het stresshormoon cortisol an sich is niets mis. Sterker nog, het hormoon heeft een nuttige functie. “Het is het hormoon dat ons langzaam maar zeker wakker maakt wanneer de zon opkomt, mits ons biologische ritme niet verstoord is”, vertelt Soda. “Dankzij cortisol komt ons lichaam in de actieve stand en hebben we energie om te doen wat we moeten doen. Hoe verder de dag vordert, hoe meer ons cortisolniveau stijgt, met een piek zo rond 12 à 1 uur ’s middags. Dan is je lichaam het actiefst. Vervolgens zie je die curve langzaam weer dalen. ’s Avonds wordt dan weer melatonine aangemaakt, waardoor we uiteindelijk weer in slaap kunnen vallen.”

Verstoord

Maar met die curve gaat het nou juist bij veel mensen mis, ziet Soda. “In de moderne wereld is de cortisolcurve helemaal verstoord. Veel mensen hebben continu een veel te hoog cortisolniveau. Het lichaam staat dan eigenlijk continu in een soort survivalmodus. Cortisol is namelijk het hormoon dat het effect van adrenaline als het ware verlengt. Adrenaline maakt ons alert in een situatie dat we scherp moeten zijn, en cortisol verlengt dat effect – zorgt dat we alert blijven. Als dat dag in, dag uit zo is, dan blijf je met een energie-overschot zitten waar je lichaam niets mee kan. Cortisol is namelijk een eiwit dat wordt omgezet in energie. Maak je die energie niet op, dan wordt deze omgezet in vet. Het is ook niet voor niets dat het stresshormoon vaak in verband wordt gebracht met buikvet.”

Overprikkeling

Hoe dat komt, dat de cortisolcurve volgens Soda bij zovelen verstoord is? “Overprikkeling, continu ‘aan’ staan en niet weten hoe je de knop van je lichaam ook eens uit kan zetten. Iedere dag werken tot minstens 5 uur, snel naar huis, avondeten, vaak nog sporten en vervolgens voor de televisie of met de telefoon in de hand totdat je naar bed gaat.” Met name die telefoon, en daarmee het zogeheten ‘blauwe licht’ waaraan je wordt blootgesteld, is volgens Soda een grote boosdoener. Blauw licht is namelijk aangetoond van negatieve invloed op onze biologische klok en kan het slaapritme verstoren. “Bovendien worden we geprikkeld door informatie die ook nog eens allerlei stressgevoelens en andere emoties kunnen oproepen. Het is veel beter om na het eten nog even te wandelen, een boek te lezen en vervolgens naar bed te gaan. Probeer maar eens vlak na het sporten te gaan slapen: dat lukt echt niet, dan is het cortisolgehalte nog veel te hoog. En als je piekerend over werk je bed in stapt, denkt je lichaam: wat moet ik hiermee? Al die stresshormonen kan het lichaam niet kwijt.”

Lichamelijke effecten

Af en toe een stressperiode of fase van overprikkeling is, afgezien van de mentale last, niet erg. Maar houdt dit aan, kunnen de effecten wel degelijk schade aanrichten – en niet in de laatste plaats door het aanmaken van al dat ‘onnodige’ buikvet. Wie dat maar op z’n beloop laat, loopt meer risico overgewicht te ontwikkelen, met de bijbehorende effecten van dien: een hogere lichaamstemperatuur, snellere ademhaling, hogere hartslag, hoger cholesterol en uiteindelijk een groter risico op hart- en vaatziekten. “Veel mensen moeten echt leren zichzelf even uit te schakelen. Je kunt zeggen: ‘Op zes uur slaap kan ik functioneren’, maar dat is niet zo. Dan herstelt het lichaam niet goed en kun je nooit op een gezonde manier je slaapcycli voltooien.” Het advies dus, hoe vanzelfsprekend en moeilijk dat tegelijk ook is: elimineer de stress van tijd tot tijd. ‘Reset’ het slaappatroon. Onderzoek het beweeg- en voedingspatroon. Kom tot rust. Soda: “Er zijn zoveel factoren die van invloed kunnen zijn op het cortisolgehalte in je lichaam, en daardoor dus ook zoveel wat je eraan kunt doen. Meet bijvoorbeeld je hartslag eens. Als je op je werk gedurende een stressmoment een hartslag van 115 hebt zonder dat je in beweging hebt, weet je genoeg. Je bent in survivalmodus en maakt teveel cortisol aan. Je lichaam is heel hard aan het vechten. Kies er dan bijvoorbeeld eens voor om ’s avonds met je hondje te lopen en je telefoon thuis laten. Of ga sporten zonder telefoon en spreek in de sportschool met wat vrienden af. Neem ’s avonds een uurtje voor jezelf zonder prikkels. Slap meer, ga op vakantie en focus op je rust. Veel mensen zijn daar niet mee bezig en vinden het vanzelfsprekend om maar door te gaan, maar dat is het niet. Je lichaam verdient een normaal biologisch ritme. Daar is je hart je uiteindelijk ook dankbaar voor.”

Tekst: Yara Hooglugt
Afbeelding: Radmilo Soda

Dit artikel verscheen eerder in het Hartbrug Magazine.

Welke chef ben jij?

Als we het hebben over voeding heb ik het regelmatig gehad over het kiezen van voeding die past bij jou en hoe belangrijk dit is. Waar ik in de loop der tijd in mijn werk steeds meer achter kom, is hoe belangrijk het is om ook te koken op een manier die past bij jou. Waarbij je afgestemd op jouw behoefte een kookstijl en strategie kiest die het beste past in jouw leven en je (gezins)situatie. Op een manier die leuk blijft én goed vol te houden is, zodat je jezelf optimaal kan voeden.

Daarom heb ik in dit artikel wat kookstijlen/types uitgewerkt, met de juiste strategieën die jou gaan helpen op een afgestemde manier te koken. Het kan zijn dat je je vooral in één type herkent maar het kan ook een mix van verschillende zijn.

De recepten chef

Jij floreert met een kookboek of recept voor je neus, je leest de recepten van begin tot eind door en volgt de stappen precies. Misschien ben je ook wel een beetje bang om af te wijken van het recept, want wat als het mislukt?

Valkuil: letterlijk elk recept aanhouden en niet je eigen inbreng gebruiken als een recept niet helemaal klopt, niet past bij je smaak of simpelweg niet lekker is.

Jouw ideale strategie: Net zoals alles in het leven zijn ook recepten niet perfect. Wat je enorm gaat helpen in de keuken is het gebruiken van een recept als een basis maar te allen tijde zelf ‘de vinger aan de pols’ houden en aanpassen en bijsturen als het niet lukt. Hier kun je ook het spelen met verschillende recepten aan toevoegen, waarbij je één keer een recept maakt volgens recept en de keren erop verschillende dingen gaat aanpassen. Hiermee word je al uitgedaagd om creatiever te worden maar je blijft wel enigszins in je ‘comfortzone’.

De pakjes-en-zakjes chef

Jouw go-to kookstijl is een verspakket, knorrpakje of een ander kant en klaar maaltijdpakket zoals HelloFresh óf het standaard AGV-tje (aardappels, groenten, vlees). Hierbij bedoel ik dus niet pakjes-en-zakjes persé in de negatieve zin, maar het gebruiken van makkelijke oplossingen waarbij je zelf vooral niet zoveel meer na hoeft te denken. Dit komt vaak voort uit niet zo vaardig zijn in de keuken waardoor je niet zo goed weet wat te doen.

Valkuil: een stukje gemakzucht die erin kruipt waarbij je altijd vertrouwt op de makkelijke oplossing, je niks bij leert en je eigen creativiteit in de keuken langzaam in een winterslaap terecht komt

Jouw ideale strategie: Een mooie mix maken van de kant en klare oplossing én zelf ook je creativiteit gebruiken door het 50/50 te doen. En bij het gebruiken van je eigen creativiteit bedoel ik dat je gaat koken zonder recept waarbij je dingen gaat combineren waarvan je weet dat die bij elkaar kunnen. Dit zorgt er ook voor dat je vaardiger wordt in de keuken en dingen gaat uitproberen, hierdoor kun je steeds meer afstappen van de pakjes en zakjes en meer zelf gaan koken.

De ‘fastfood’ chef

Je wil vooral niet teveel tijd in de keuken doorbrengen en Jamie Oliver’s 15 minute meals zijn voor jou de zevende hemel. Je wil makkelijke en snelle oplossingen, maar wel gezond en lekker kunnen eten. Je hebt een veeleisend en druk leven en wil, begrijpelijk, als je thuiskomt niet nog een uur in de keuken staan.

Valkuil: vervallen in eten bestellen, kiezen voor fastfood of ongezonde keuzes en toch maar niet zelf de keuken in gaan.

Jouw ideale strategie: één woord in dit geval, mealprep. Zoek een moment in de week dat je wel de ruimte hebt en gebruik ongeveer drie uur om allerlei dingen vooruit te maken: kook groente en rijst voor, maak sausjes, soepen en kruidenmixen, doe wat snijwerk, maak smoothies, dressings, salades, eiergerechten etc. Zodat je na de lange werkdag in ongeveer een kwartier je maaltijd kan samenstellen. Gebruik deze tijd ook om na te denken welke dingen je wil maken en daarmee een stukje maaltijdplanning te combineren met je ‘prep’. Dit kun je heel gestructureerd doen of de tip bij het volgende type gebruiken.

De freestyler (ook wel de creatieveling)

Je vindt het (vrijwel) onmogelijk om een recept aan te houden en koken is iets wat je vooral op gevoel doet, je bent behoorlijk vaardig in de keuken en weet vaak goed welke dingen bij elkaar passen. Waarschijnlijk heb je als je klaar bent 101 nieuwe ideeën opgedaan én is er een bom ontploft in de keuken.

Valkuil: Vervallen in chaos die overheerst, waardoor je: thuiskomt van de winkel met dingen die totaal niet samengaan, of je een incomplete maaltijd hebt, of je timing niet klopt of er dus een bom is ontploft in de keuken.

Jouw ideale strategie: Hier komt ie… de gamechanger. Want ik ben ook altijd nogal een freestyler geweest in de keuken en dit is hoe ik van chaotische freestyler naar total kitchen freak ben gegaan. Namelijk maaltijdplannen 3.0. Wat dit is? Je neemt even een uurtje de tijd. Je schrijft op welke maaltijden je op weekbasis gaat maken, welke dingen je wil mealpreppen en welke boodschappen je gaat doen en je haalt de boodschappen in huis. En dan laat je het weer los. Het opschrijven geeft net genoeg houvast om een beetje structuur in de chaos te brengen. En ergens hou je wat je hebt opgeschreven toch in je achterhoofd, waardoor je een mooie balans krijgt tussen chaos en structuur.

De total kitchen freak chef

Jou hoef ik eigenlijk niets te vertellen… de keuken is jouw domein en ‘you have everything under control’, je weet wat je doet en hoe dingen samengaan en welke strategie op elk moment klopt.

Wil jij zelf ook met zelfvertrouwen en het gevoel dat je alles onder controle hebt in de keuken staan?! Ik geef het komende jaar diverse workshops, online en offline, Freaking in the kitchen. Meld je aan voor de nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Tekst: Iris Heuer
© Fotografie Floris Heuer

Dit artikel verscheen eerder in het Hartbrug Magazine