Ziekenhuismenu moet plantaardig zijn, vinden veel artsen

HEERLEN – Plantaardig eten moet standaard menu worden in de ziekenhuizen. Zo’n 700 artsen en zorgmedewerkers schaarden zich achter een manifest van die strekking. In elf New Yorkse ziekenhuizen is plantaardig menu al standaard. Nu hier nog. Initiatiefnemer is Patrick Deckers, orthopedisch chirurg in de Zuyderland ziekenhuizen in Heerlen en Sittard, oprichter van Caring Doctors. Dat zijn zes artsen die iets willen doen aan allerlei welvaartsziekten die het gevolg zijn van teveel vlees en zuivel consumeren. Zij wijzen daarbij ook op de nadelige gevolgen voor het klimaat van de bio-industrie.

Onze planeet kan in de toekomst tien miljoen mensen voeden, maar onder voorwaarde dat eetgewoonten en voedselproductie en -aanbod veranderen. Dat bleek onlangs uit een rapport van de EAT-Lancet Commission on Food, Planet, Health opgesteld door 37 wetenschappers. De zes artsen van Caring Doctors baseren hun inzichten op dat rapport.

Deckers vreest onder meer dat dierenziekten veroorzaakt door de bio-industrie kunnen overslaan op mensen en voor nieuwe pandemieën gaan zorgen. Hij is niet tegen vlees eten, maar wijst erop dat met name rood en bewerkt vlees, dat kanker kan bevorderen, nog steeds geserveerd wordt in de ziekenhuizen.

Hartpatiënten Nederland is netwerkpartner van lifestyle4health

Erik Scherder : oud worden, jong blijven: het kan echt

Een mens op z’n vijfenzestigste oud? Nee! Onzin. Van dat idee moeten we af. Als het tenminste aan hoogleraar neuropsychologie Erik Scherder ligt. Met zijn nieuwe boek Oud worden, jong blijven geeft hij een duidelijke boodschap af: stop met al die vooroordelen over ouderen.

Ouder worden is tegenwoordig een actueel onderwerp, en ook één die nog altijd gepaard gaat met stereotypering. Waarom zou iemand op z’n vijfenzestigste bijvoorbeeld niet meer kunnen werken? Volgens Scherder moeten we ophouden met op deze manier naar ouderen kijken. “Velen van ons zijn opgegroeid met het idee dat ouder worden met gebreken komt. Natuurlijk heb je meer kans op gebreken, maar dat betekent niet dat je nergens meer toe in staat bent. Er zijn genoeg oudere mensen die nog heel graag willen werken, maar overal worden afgeserveerd vanwege hun leeftijd. Onterecht. De achteruitgang begint al op je dertigste en niet pas op je vijfenzestigste. Iemand van vijfenzestig kan wel net zo fit zijn als iemand van dertig. Als je maar actief blijft.”

Moeite doen

Oud worden en jong blijven is volgens Scherder dan ook zeker mogelijk, mits we moeite doen. Dit is een boodschap die als een rode draad door zijn boek loopt. Of je nu jong of oud bent: moeite doen is de sleutel tot succes, zegt de hoogleraar. “Als je jong bent, gaat moeite doen als het ware vanzelf. Je gaat naar school, vervolgens doe je een studie of cursus, solliciteer je, wissel je eens van baan… Kortom: je zet je in en daagt jezelf uit. Op den duur, als je ouder wordt, heb je vaak een vaste baan en een gezin, heb je je plekje als het ware gevonden. Dat is zo rond je dertigste tot vijfendertigste. Dat je op bepaalde vlakken dan minder wordt uitgedaagd en dat dat gevoel van moeite doen een beetje verdwijnt, merk je nog nauwelijks. Want, zo blijkt uit studies, je past je omgeving gewoon een beetje aan. Totdat je vijfenzestig bent, geen kinderen meer thuis hebt wonen en met pensioen gaat. Dan sta je opeens weer voor het nemen van grote stappen en kun je merken dat het wat minder makkelijk gaat. Juist daarom moet je je hele leven zowel fysiek als mentaal moeite blijven doen. Dan kun je die stabiele lijn doortrekken en daarmee het risico op alle negatieve effecten van het ouder worden – dus vanaf je dertigste – verkleinen.”

Lichamelijke uitdaging

Er is overigens wel een kanttekening. Het is een ander verhaal als je je hele leven zwaar lichamelijk werk hebt gedaan en ‘versleten’ bent, zegt Scherder. “Voor deze mensen is het vaak beter om met pensioen te gaan, zeker bij klachten. Als zij met pensioen gaan, zie je vaak dat ze fysiek echt opknappen doordat er rust in het lichaam komt. Echter kun je dan wel lichamelijk met pensioen gaan, maar dat betekent niet dat je jezelf cognitief niet kunt blijven uitdagen. Wat dat betreft moet je gewoon doorpakken. En op de zojuist genoemde uitzondering na, geldt voor iedereen dat de combinatie van jezelf zowel cognitief als lichamelijk uitdagen, het meest ideaal is.”

Cognitieve inspanning

Bij cognitieve inspanning kun je bijvoorbeeld denken aan een cursus. Iets dat dus écht wat van je vraagt. Scherder noemt als voorbeeld een bekende studie van de onderzoeksgroep van Denise Park, genaamd The Busier the Better. “Aan deze studie hebben allerlei mensen van tussen de vijftig en negenentachtig jaar meegedaan. Wat bleek? Hoe drukker deze mensen waren, hoe beter het met ze ging. In die studie hebben ze deze mensen twee intensieve cursussen op serieus niveau laten doen, namelijk quilten en fotografie. Na beide cursussen bleek ook het geheugen van de deelnemers te zijn verbeterd. En dat terwijl het geheugen helemaal niet specifiek getraind werd, maar tóch ging het vooruit. Waarom? Omdat ze iets compleet nieuws gingen doen dat moeite kostte. Juist daarom moet je je brein je hele leven lang, dus ook als je met pensioen gaat, blijven inspannen. Anders krijg je te maken met iets dat we ‘underuse’ noemen: je brein als het ware te weinig gebruiken.”

Elke stap is er één

Is er dan ook nog een bepaalde leeftijd waarop het te laat is? Nee, zegt Scherder. “Hoe eerder je jezelf gaat uitdagen, hoe beter. Toch zijn er ook door de jaren heen genoeg momenten waarop je dit alsnog kunt oppakken. Of je nu zestig of zeventig bent: grijp die kans. Probeer ook als hartpatiënt zowel cognitief als fysiek – en dat laatste natuurlijk wel in overleg met je cardioloog – in een zo goed mogelijke conditie te blijven. Probeer te bedenken waar je grens ligt, zonder over je grens te gaan. Als je de hele dag, of een groot deel van de dag, zit, kun je het zitten dan misschien onderbreken? Tussendoor even opstaan? Je hart is een spier en die is gebaat bij iedere vorm van activiteit. Elke stap is er één, zeg ik altijd. Je kunt die neergaande lijn van ouder worden dan wel niet meer omhoog krikken, maar je kunt ‘m nog wel horizontaal laten lopen. Dat is natuurlijk al geweldig. Voor elke leeftijd geldt hetzelfde: doe moeite!”

Waarom brengt HPNL dit onder de aandacht?

Wij willen onze lezers zo breed mogelijk van nuttige informatie voorzien en op die manier de samenleving transparanter maken. Dat behoort tot onze doelstelling. Wij helpen daarbij. Onafhankelijk en objectief.

Tekst: Laura van Horik
Beeld: Erik Scherder

Dit artikel verscheen eerder in het HPNLmagazine.

Radmilo Sado: sporten vanuit het hoofd

Als het lichaam wel wordt geactiveerd, maar het hoofd achterblijft, zal een gezonde levensstijl nooit helemaal binnen handbereik zijn. Dat is de filosofie van personal trainer en lifestyle coach Radmilo Soda. In zijn sportstudio begeleidt hij mensen met persoonlijke sportprogramma’s, maar niet voordat eventuele mentale bagage overboord is gegooid.

Al meer dan de helft van zijn leven staat Radmilo Soda bijna dagelijks in de sportschool. Niet alleen omdat hij het belangrijk vindt om zelf fit te blijven, maar te meer omdat het zijn levensdoel is om daar anderen bij te helpen. Als personal trainer en lifestyle coach begeleidt Soda mensen zowel fysiek als mentaal in het nastreven van een gebalanceerd sportritme en een gezonde levensstijl.

----

Als lid van Hartpatiënten Nederland heeft u onbeperkte toegang tot alle Premium-artikelen op hartpatienten.nl. Het enige wat u hiervoor hoeft te doen is inloggen op uw profiel. Het zijn artikelen waar we trots op zijn en die we graag met u als trouwe lezer delen.

De Nutri-Score: hoe zit dat nu eigenlijk?

Vanuit zijn opleiding Voeding en Diëtetiek en een passie voor voeding ontstond jaren terug het platform Voedingsweetjes. Inmiddels informeert Leroy van de Ree zijn volgers dagelijks op het gebied van gezonde voedingskeuzes in de supermarkt, waar consumenten tegenwoordig ook een handje bij geholpen worden door middel van de Nutri-Score op verpakkingen. Maar hoe waardevol is die score?

Vertel: wat houdt de Nutri-Score precies in?

“Kort gezegd is dit een voedingskeuzelogo dat ons, consumenten, zou moeten helpen om een bewustere keuze te maken. Op basis van de letters A tot en met E op het product, kun je zien hoe gezond een product is. A, donkergroen, is de beste keuze, en E, donkerrood, is de slechtste keuze. De Nutri-Score kun je eigenlijk zien als een rekensom die pluspunten toekent aan bepaalde factoren. Als je deze dan bij elkaar optelt en de minpunten, zoals een grote hoeveelheid suiker, er vanaf haalt, bepaalt deze som welke letter het product krijgt. De Nutri-Score bestaat al in andere landen, maar zit hier officieel nog in de testfase. Toch zie je het al in veel Nederlandse supermarkten voorbijkomen.”

Je zegt dat de Nutri-Score nog in de testfase zit: waar heeft dit mee te maken?

“Er wordt nog bekeken of de criteria wel kloppen. Dat is op dit moment het grootste pijnpunt. We hebben in Nederland de Schijf van Vijf, die is gebaseerd op de Richtlijnen Goede voeding van de Gezondheidsraad. Maar: de Nutri-Score is dus al uitgerold in andere landen en die productscores sluiten niet altijd aan bij de Nederlandse richtlijnen.”

Op welke manier sluit de Nutri-Score op dit moment niet helemaal aan bij onze richtlijnen?

“Allereerst kunnen sommige producten een A-score hebben gekregen, maar helemaal niet voorkomen in onze Schijf van Vijf. Of andersom. Daarnaast zijn er bepaalde aspecten die te weinig belicht worden, bijvoorbeeld of een product volkoren is en vezels bevat. Er wordt bij de Nutri-Score wel beoordeeld op vezels, maar er wordt niet gekeken naar wat voor soort vezels dit zijn. Als jij als fabrikant met je product van een C naar een A-score wilt gaan, voeg je gewoon een vezel van hele lage kwaliteit toe, zodat je voldoet aan de eisen voor een A-score. Er wordt binnen de Nutri-Score niet gekeken of het product van nature vezels bevat of dat er een goedkope vezelvariant is toegevoegd. Daarnaast wordt geen rekening gehouden met biologisch of niet-biologisch.”

Hoe moet je die score als consument nu precies lezen?

“Je moet die Nutri-Score als het ware per productgroep lezen. Je ziet dus op elk product hetzelfde logo staan, maar moet het als consument eigenlijk opsplitsen. Een simpel voorbeeld: in het pizza schap staat bijvoorbeeld een groene A op een pizza, omdat dit een betere keuze is dan een andere pizza in het schap. Het verwarrende is dat je vervolgens naar het olijfolie schap loopt en daar dan bijvoorbeeld een D-score op olijfolie vindt. Je denkt dan als consument dat je beter pizza kunt eten dan olijfolie gebruiken, maar dit is dus niet waar.”

Waar moet je nog meer op letten?

“Zoals ik net aangaf, krijgt olijfolie een D omdat er veel vet in zit. Logisch, want het is olie. Echter werkt de Nutri-score met honderd milliliter of honderd gram en je gebruikt natuurlijk nooit zo’n grote hoeveelheid olijfolie in één keer. Daar wordt dus geen rekening mee gehouden. Een ander voorbeeld is vis in de diepvries. Zalm krijgt een D-score en vissticks krijgen een B. Dat komt doordat vissticks minder vet bevatten, maar zalm wordt juíst gegeten voor alle gezonde vetten die erin zitten. Dan moet je dus echt zelf opletten en bedenken dat zalm de betere keuze is. Dat geldt ook voor yoghurt: pure, volle yoghurt krijgt een B-score en vanilleyoghurt, waar twee suikerklontjes per honderd gram aan toegevoegd zijn, krijgt dezelfde score. Dan denk je als consument: ik vind vanille veel lekkerder, dus ga ik daarvoor. Deze score zegt tenslotte dat het even goed is. Maar nee, dat is dus niet zo.”

Voegt die Nutri-Score volgens jou dan wel echt iets toe?

“Zoals het nu is opgezet, heeft het naar mijn idee weinig meerwaarde. Toch heb ik het nog niet opgegeven. Als de criteria worden verbeterd, zou het misschien wel een toevoeging kunnen zijn. Echter zorgt het nu helaas vooral voor een hoop verwarring en onrust. Ik hoop persoonlijk dat consumenten niet op basis van die Nutri-Score keuzes gaan maken en vooral zelf verpakkingen blijven lezen. Kijk wat voor ingrediënten een product bevat. Als je bijvoorbeeld een hele waslijst aan ingrediënten ziet staan, is het waarschijnlijk een product dat erg bewerkt is. Dan kun je je afvragen hoe gezond het is. En als je allemaal ingrediënten ziet staan waarvan je geen idee hebt wat het is, gaat het vaak ook om een ultra bewerkt product. Houd dat in ieder geval in gedachten.”

Achtergrond

Met zijn platform Voedingsweetjes (@voedingsweetjes op Instagram) wil Leroy mensen bewustere keuzes in de supermarkt laten maken en ze meer inzicht geven in wat ze kopen. Dit doet hij door voedingswaarden van producten met elkaar te vergelijken. Consumenten kopen tachtig procent van wat ze eten in de supermarkt, maar zien daar vaak door de bomen het bos niet meer. Hier draagt Leroy dan ook graag zijn steentje aan bij.   

Tekst: Laura van Horik
Beeld: Leroy van de Ree

Dit artikel verscheen eerder in het HPNLmagazine.

Van niks kunnen naar fitter dan ooit

Drie jaar terug viel Robby (38) plotseling neer in de sportschool. Het nog jonge gezin van Mikki Kuit (32) kwam daardoor in een rollercoaster terecht. Na ups en downs is haar man Robby inmiddels fitter dan hij ooit geweest is en heeft ook de rest van het gezin het een plekje kunnen geven.

Mikki weet nog precies wanneer het gebeurde. April, drie jaar terug. Op die bewuste dag belde Robby haar op vanuit de sportschool, om haar te vertellen dat hij zich helemaal niet goed voelde. “Robby kon altijd best wel rigoureus afvallen. Daardoor nam ik het eigenlijk niet zo serieus. Ik zei nog dat hij Dextro moest nemen. Maar toen ik ophing, voelde ik op een of andere manier toch dat ik naar hem toe moest gaan. Ik heb onze oudste zoon in de auto gezet en ben regelrecht naar de sportschool gereden. Toen ik hem zag zitten, wist ik direct dat het niet goed was. Hij is daar uiteindelijk dan ook neergevallen.”

----

Als lid van Hartpatiënten Nederland heeft u onbeperkte toegang tot alle Premium-artikelen op hartpatienten.nl. Het enige wat u hiervoor hoeft te doen is inloggen op uw profiel. Het zijn artikelen waar we trots op zijn en die we graag met u als trouwe lezer delen.

Plantaardig en onbewerkt

Elf jaar terug kreeg leefstijlarts Valentine Dillisse (52) - ook wel Dokter Valentine - te horen dat ze hartpatiënt is. Sindsdien heeft ze haar kwaliteit van leven door middel van leefstijlaanpassingen aanzienlijk weten te verbeteren. Haar missie is om anderen te laten zien dat je na een diagnose niet lijdzaam hoeft toe te zien, maar het heft in eigen handen kunt nemen. 

Van het ene op het andere moment kreeg Valentine na een drukke periode ineens hartkloppingen. Dit bleef aanhouden. Toen ze er ook benauwd bij werd, wist ze dat ze naar het ziekenhuis moest. Al snel kon ze bijna niet meer praten. Eenmaal in het ziekenhuis bleek ze boezemfibrilleren te hebben, vertelt ze. “Ik had ook pijn op de borst en op het hartfilmpje was te zien dat ik afwijkingen had. Het was geen infarct geweest, maar mijn hart had het zwaar gehad doordat ik drie tot vier uur een hartfrequentie van boven de honderdtachtig had. Vanaf dat moment ging ik de hele medische molen in. Ik bleek uiteindelijk geen afwijkingen aan de grote vaten te hebben, maar het had met de kleine vaatjes te maken. Het ging om Microvasculaire Coronaire Dysfunctie: een aandoening van de kleine vaatjes van mijn hartspier. Dit is vaak een combinatie van spasmen en aderverkalking of vernauwing.”

Bijwerkingen

Toen Valentine zich verder ging inlezen, kwam ze erachter dat er nog maar weinig kennis bestond over deze aandoening, die voornamelijk bij vrouwen voorkomt. Een operatie was hoe dan ook geen optie, alleen medicatie. “Ik bleef pijn op de borst en last van kortademigheid en vermoeidheid houden. Ik kon nog geen tien meter lopen. Van een actieve vrouw die volop in het leven stond, was ik ineens een patiënt en kon ik niks meer. Op scans was te zien dat de kleine vaatjes zich samenknepen en dat dat het probleem was. Samen met mijn arts ben ik dan ook gaan zoeken naar de juiste medicatie om die vaatjes zoveel mogelijk open te houden. Echter reageerde ik op veel medicijnen heel heftig en ik kreeg overal bijwerkingen van. Na lang zoeken hebben we gelukkig een redelijk evenwicht gevonden.”

----

Als lid van Hartpatiënten Nederland heeft u onbeperkte toegang tot alle Premium-artikelen op hartpatienten.nl. Het enige wat u hiervoor hoeft te doen is inloggen op uw profiel. Het zijn artikelen waar we trots op zijn en die we graag met u als trouwe lezer delen.

Timing van lichaamsbeweging gelinkt aan risico op hersen- en hartinfarct

Mensen die het meest bewegen in de ochtend hebben een lager risico op een hersen- en hartinfarct. Dat blijkt uit een studie van onderzoekers van het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC). Het gaat hierbij niet alleen om intensieve beweging zoals sporten, maar echt om alle lichaamsbeweging op een dag. De studie verscheen vandaag in de European Journal of Preventive Cardiology.

“Lichaamsbeweging is goed voor je gezondheid, dat weet bijna iedereen”, zegt PhD-student Gali Albalak. “Als we het over de gezondheidswinst van bewegen hebben gaat het al snel over hoe vaak en hoe intensief je moet bewegen, en vrijwel nooit over wannéér je het beste kan bewegen.” Door de beweeggegevens van ruim 85.000 Britten te onderzoeken, kwamen Albalak en collega’s erachter dat mensen die het meest bewegen in de late ochtend, van 09:00 tot 11:00 uur, 16% minder kans hebben op het krijgen van een hartaanval en 17% minder kans op een herseninfarct. Dit is in vergelijking met mensen zonder duidelijke piek in lichaamsbeweging.

Biologische klok

“Timing lijkt dus wel degelijk uit te maken”, zegt Albalak. De verklaring daarvoor ligt volgens de onderzoekers in onze biologische klok. Die zorgt er namelijk voor dat alles in ons lichaam, van cellen tot organen, een 24-uursritme heeft. “Het is belangrijk dat al deze ritmes gelijklopen”, zegt Albalak. “Als deze verstoord raken, wat soms bij mensen die nachtdiensten draaien gebeurt, neemt de kans op verouderingsziekten, zoals diabetes en dementie, toe.”

Lichaamsbeweging, maar ook de timing van eten en blootstelling aan licht, zorgt ervoor dat je biologische klok in het juiste ritme blijft. “Wij denken dat een piek in lichaamsbeweging in de ochtend het meest aansluit bij je biologische ritme en dat er op die manier meer gezondheidswinst te behalen valt. Met in dit geval een lagere kans op een hartaanval en herseninfarct”, legt mede-onderzoeker Raymond Noordam uit.

Groter effect bij vrouwen

De deelnemers aan dit bevolkingsonderzoek in het Verenigd Koninkrijk waren tussen de 42 en 78 jaar oud. Ze droegen een week lang een polsbandje die al hun bewegingen bijhield. Op basis daarvan werden zij ingedeeld in vier groepen: mensen die het meest in de vroege ochtend, late ochtend, middag en avond bewogen. “Deelnemers werden 8 jaar lang gevolgd om te kijken hoeveel van hen een hart- of herseninfarct kregen. Dat bleken er bijna 3800 te zijn. Vervolgens berekenden wij bij welk beweegpatroon het risico hierop het laagst was”, zegt Noordam. Dit bleek dus in de late ochtend te zijn en is onafhankelijk van de totale hoeveelheid beweging op een dag en geldt daarom ook voor mensen die heel weinig bewegen.

Interessant genoeg was dit effect het grootst bij vrouwen. Na verdeling op basis van geslacht zagen de onderzoekers dat vrouwen die het meest bewogen in de ochtend 22% tot 24% minder kans hadden op een hartaanval. Hoe dat precies komt kunnen de onderzoekers met deze studieopzet, waarbij ze gebruikmaakten van historische gegevens, niet verklaren.

Sportlessen

De invloed van timing van beweging op je gezondheid is een relatief nieuw onderzoeksveld. De onderliggende mechanismen zijn daarom veelal nog onduidelijk, maar dat timing uitmaakt, daar is steeds meer bewijs voor. Of in de ochtend bewegen daadwerkelijk de enige oorzaak is voor een verlaagd risico op een hartaanval of beroerte moet blijken uit studies waarin mensen van te voren worden geïnstrueerd op een bepaalde tijd te bewegen. Zelf starten Noordam en Albalak binnenkort met zo’n interventiestudie voor ouderen waarin ze hen sportlessen in de ochtend of avond aanbieden. Albalak: “Uiteindelijk willen we mensen niet alleen vertellen dat ze méér moeten bewegen, maar ook wannéér ze dat het beste kunnen doen.”

Dit onderzoek is gefinancierd door de Hartstichting en het NWO-gefinancierde project BioClock. Lees het hele artikel in de European Journal of Preventive Cardiology.

Bron: www.lumc.nl

Fototentoonstelling (kinder)hartcentrum UMCG op de Nieuwe Markt in Groningen

Fotograaf Kim Feenstra maakte 50 indringende portretten van kinderen en volwassenen met een aangeboren hartafwijking en 25 portretten van verschillende medewerkers van het UMCG en het Beatrix Kinderziekenhuis van het UMCG die hen behandelen. Vanaf woensdag 9 november tot en met zondag 20 november zijn de foto’s te bewonderen op de Nieuwe Markt voor het Groninger Forum.

‘Streepje voor’

Met de tentoonstelling ‘Streepje voor’ staan we stil bij het 75-jarig bestaan van het Centrum voor Congenitale Hartafwijkingen (CCH) van het UMCG. In dit expertisecentrum worden patiënten met een aangeboren hartafwijking uit Noord- en Oost-Nederland en Noord-West Duitsland behandeld. Waar vroeger de meeste kinderen met een hartafwijking jong overleden, is de overlevingskans inmiddels sterk verbeterd. De zorg heeft in de afgelopen 75 jaar een enorme ontwikkeling doorgemaakt: veel kinderen worden nu volwassen.

Litteken op de borst

Maar dit volwassen worden is niet altijd even makkelijk. Door de operatie zijn de meeste kinderen getekend voor het leven, met een groot litteken op hun borst. Dit kan schaamte met zich meebrengen en onzekerheid, vooral tijdens de puberteit. Maar voor sommigen staat het juist voor trots, levensvreugde en de kracht om door te zetten. Ieder heeft zijn unieke verhaal en met deze tentoonstelling krijgen deze verhalen het podium dat ze verdienen.

Inspiratiebron voor jongeren

De tentoonstelling ‘Streepje voor’ bestaat uit 50 portretten van patiënten en 25 portretten van medewerkers van het Centrum voor Congenitale Hartafwijkingen. Belangrijk doel van de expositie is om patiënten met een aangeboren hartafwijking – die trots zijn op hun lichaam zoals het is – een inspiratiebron te laten zijn voor jongeren die kampen met onzekerheden over hun lichaam en litteken.

Toekomst kinderhartcentrum

Het kinderhartcentrum van het UMCG is afgelopen jaar veel in het nieuws geweest vanwege het voorgenomen besluit om deze zorg te concentreren in twee centra (Utrecht en Rotterdam). Op dit moment is de NZa bezig met het in kaart brengen van de impact van dit besluit. In december zal dit rapport aan minister Kuipers aangeboden worden. Deze expositie laat zien wat het belang van dit centrum is voor de patiënten met een aangeboren hartafwijking in Noord- en Oost-Nederland.

Opening

De tentoonstelling is tot en met zondag 20 november op de Nieuwe Markt in Groningen te bewonderen en is mede mogelijk gemaakt door diverse partners zoals de gemeente Groningen, de provincie, de Fotofabriek en stichting FB Oranjewoud.

Bron: www.rug.nl 

Bloed uit een warm hart

Kunnen hartpatiënten ‘zomaar’ bloedgeven bij de bloedbank? Wordt er onderscheid gemaakt tussen patiënten met verschillende typen hartaandoeningen? Deze en nog vele meer vragen legden we voor aan Sanquin.

In de bloedbank wordt bij niemand bloed afgenomen zonder dat de donor eerst een intakeprocedure heeft doorlopen. Tijdens de keuring, die aan iedere bloed- of plasma-afname voorafgaat, wordt de bloeddruk gemeten en het hemoglobinegehalte (ijzer) bepaald. Tevens wordt een ingevulde vragenlijst besproken. Dit voortraject stelt de bloedbank in staat om te bepalen of de donor- en ontvangerveiligheid gegarandeerd kunnen worden. “Het afstaan van een halve liter bloed is een lichte belasting voor het hart en de bloedvaten”, vertelt Merlijn van Hasselt van Sanquin, de organisatie die verantwoordelijk is voor de bloedvoorziening in Nederland. “Daarom is er voor mensen met een cardiologische achtergrond mogelijk een klein donorrisico. Dat geldt niet voor alle hartpatiënten, daarin maken we een onderscheid tussen de verschillende hartaandoeningen.”

----

Als lid van Hartpatiënten Nederland heeft u onbeperkte toegang tot alle Premium-artikelen op hartpatienten.nl. Het enige wat u hiervoor hoeft te doen is inloggen op uw profiel. Het zijn artikelen waar we trots op zijn en die we graag met u als trouwe lezer delen.

Kanarie in de kolenmijn

Mannen met weinig of geen ochtenderecties hebben meer kans op overlijden. Dat blijkt uit onderzoek naar het verband tussen erectiestoornissen en de kans op hart- en vaatziekten. De penis is voor het lichaam wat de kanarie is in de kolenmijn: een waarschuwingssignaal voor een groter probleem.

De penis als de antenne van het hart: al eerder toonde onderzoek aan dat erectiestoornissen kunnen duiden op een hoger risico op hart- en vaatziekten. Een erectie ontstaat doordat de zwellichamen in de penis volstromen met bloed. Gaat daar iets mis en ontstaan erectieproblemen, dan kan dat er op duiden dat er iets mankeert aan de bloedtoevoer.

----

Als lid van Hartpatiënten Nederland heeft u onbeperkte toegang tot alle Premium-artikelen op hartpatienten.nl. Het enige wat u hiervoor hoeft te doen is inloggen op uw profiel. Het zijn artikelen waar we trots op zijn en die we graag met u als trouwe lezer delen.