Alles wat je nog niet wist over je hart

Alles wat je nog niet wist over je hart

 

Reizen doen we graag, maar tijdens een vakantie zijn we al snel geneigd om ons verstand op nul te zetten. Echter, wat luchtig leesvermaak over het hart kan nooit kwaad, vooral als we daarmee onszelf helpen. HartbrugReizen zet daarom een aantal interessante en bruikbare weetjes over het hart en hartpatiënten op een rij.

 

Hartpatiënten kunnen drukke snelwegen beter vermijden. Daarnaast is het aan te raden om jong te trouwen en kan een goed gebit van levensbelang zijn. Waarom? Omdat mensen die een hartaanval hebben overleefd en/of aan hart- en vaatziekten lijden en aan een drukke snelweg wonen een groter risico hebben om vroeg te sterven. Volgens onderzoekers komt dit mogelijk door een combinatie van luchtvervuiling, het bij een snelweg horende lawaai en de daardoor ontstane stress.

 

Mensen die minder dan 100 meter van een snelweg vandaan wonen, hebben 27% meer risico om binnen tien jaar te sterven. Diegenen die tussen de 100 en 199 meter van een snelweg wonen, hebben een verhoogd risico van negentien procent. Bij personen die tussen de 200 tot 999 meter van een snelweg vandaan wonen, bedraagt dit risico 13%.

 

Van slechte mondhygiëne tot jong trouwen

Maar gelukkig is er nog genoeg waar wij zelf iets aan kunnen doen. Zo wordt slechte mondhygiëne vaak in verband gebracht met hart- en vaatziekten. Het is daarom erg belangrijk om het gebit twee keer per dag grondig te reinigen. Ontstoken tandvlees kan herkend worden als het bijvoorbeeld bloedt tijdens het tandenpoetsen of als het tandvlees is teruggetrokken. Ga op tijd naar de tandarts, zeker als je vermoedt dat je gaatjes hebt en laat tandsteen regelmatig verwijderen.

 

Met een goed gebit kom je ook sneller aan de man/vrouw. Bijkomend voordeel is dat hartpatiënten alleen maar meer baat hebben bij een levenspartner aan hun zijde. Uit onderzoek blijkt dat trouwen op jonge leeftijd de nodige voordelen met zich meebrengt. Getrouwde mensen hebben drie keer een grotere kans om een openhartoperatie te overleven in vergelijking met alleenstaanden onder ons. Daarnaast is hun kijk op het leven vaak aanzienlijk positiever en zijn zij beter in staat om te dealen met pijn, ongemakken en zorgen.

 

Maar er is meer…

Over het hart zijn tal van weetjes en feitjes te achterhalen en bij bovenstaande drie blijft het bij lange na niet. Zie de wetenswaardigheden hiernaast.

 

Andere interessante wetenswaardigheden zijn:

  • De langste hartstilstand duurde vier uur. Dit overkwam de Noor Jan Egil Refsdahl op 7 december 1987. Hij viel overboord bij Bergen in Noorwegen. Zijn lichaamstemperatuur zakte tot
    24 graden. Hij herstelde volledig nadat hij aan een hart-longmachine was gekoppeld.
  • Een gezondheidscheck voor een duik in koud water, is een must. Dit omdat koud water een enorme activatie van het stressgedeelte in het zenuwstelstel geeft. Hierdoor komt er veel adrenaline vrij. Ook met erfelijke belasting zoals de kansen op een hartinfarct, moet rekening gehouden worden.
  • In de vierde en zesde week van de bevruchting begint in de foetus al een miniscuul hartje te kloppen. Dit hartje heeft de grootte van een speldenkop.
  • Het hart ligt niet achter de linkerborst wat velen van ons denken, maar achter het middenrif.
  • Het hart van een volwassen persoon weegt tussen de 250 en 300 gram.
  • Het hart slaat in rust 100.000 keer per dag. Dat is 35 miljoen keer per jaar en 2,5 miljard keer in een mensenleven.
  • De snelheid van de slagen wordt bepaald door je hersenen en wordt beïnvloed door je gevoel.
  • Het hart verschilt in slagen, afhankelijk van de leeftijd. Bij volwassenen betreft dit tussen de 60 en 70 slagen per minuut, terwijl kinderen en jongeren 80 tot 100 slagen per minuut nodig hebben. Bij pasgeborenen is een hartslag van 120 normaal.
  • Het volwassen lichaam bevat 4 tot 6 liter bloed.
  • Het hart heeft een minuut nodig om het bloed door het hele lichaam te pompen.
  • Per dag pompt het hart tussen de achtduizend en negenduizend liter bloed rond.
  • Per minuut is dat zo’n zes liter.
  • Het hart pompt in rust zoveel bloed rond dat daarmee met gemak een tankwagen van 7000 liter kan worden gevuld.
  • Het bloed gaat met elf kilometer per uur door ons lichaam.
  • Het hart pompt het bloed in het bloedvatenstelsel rond, welke een gezamenlijke lengte van zo’n 97.000 kilometer heeft. Oftewel: tweemaal de wereld rond.
  • Het enige lichaamsdeel dat nooit rust, is het hart.

Kleedt u warm, blijf thuis en drink warme dranken!

Kleedt u warm, blijf thuis en drink warme dranken!

Waak voor Koning Winter

 

ROERMOND – Sneller dan iedereen gewild heeft, valt weer steeds regelmatiger zijn naam: Koning Winter. Naast Sint Nicolaas en de Kerstman blijkt hij elk jaar opnieuw de meest besproken figuur in de dikwijls donkere en naargeestige maanden van het jaar. 

 

Niemand kent zijn beeltenis, maar wel zijn verschijning die talloze gedaanten kan aannemen. Hij doemt op in felle hagelbuien, openbaart zich in wollige sneeuwvlokken of een jachtige sneeuwstorm, hij spiegelt zich in een zwarte ijsvloer of vormt zich tot wonderlijk mooie ijskristallen. Elke dag, zelfs meermalen per etmaal, toont hij een ander gezicht.

 

Koning Winter leent zijn naam echter veelvuldig aan de actualiteit, zeker wanneer er sprake is van overlast, hinder en soms ontreddering. Duidelijk in minderheid zijn de keren dat ‘de wintervorst’ een synoniem is voor schoonheid, vrolijkheid en pret.

 

Neem alleen al de krantenkoppen en de aankondigingen in actualiteitenprogramma’s op radio en tv. Zij getuigen voornamelijk van maatschappelijke overlast die de Vorst veroorzaakt, zoals:

 

  • Koning Winter zorgt voor verkeersellende
  • Land in greep van Koning Winter
  • Koning Winter blijkt geen vriend van glasvezelkabels
  • Dieren bezwijken onder druk van Koning Winter
  • IJskoning geeft zich nog niet gewonnen

 

De waardering voor ‘Vadertje Vorst’, zoals de Russen hem aanduiden, is wisselend. Het volksgebruik om de winterperiode toe te schrijven aan een god of een ‘persoon’ kent overigens een lange geschiedenis, meldt de internet-historicus Roy Sprangers van de interessante website www.isgeschiedenis.nl. ‘Zo wordt de winter volgens de Griekse mythologie veroorzaakt door de godin Demeter, die elk jaar in een depressieve stemming vervalt op het moment dat haar dochter Persephone weer af moet dalen naar de onderwereld.’

 

Deze geschiedenis-site, die zich tot taak stelt de historische achtergronden bij de dagelijks actualiteit te duiden, gaat ook in op het oude Russische sprookje over ‘Vadertje Vorst’, verzameld door Alexandr Afanasjev. Het verhaal gaat over een wrede vrouw die zó’n hartgrondige hekel heeft aan haar eigen stiefdochter, dat zij op een dag haar man opdraagt het onfortuinlijke meisje mee te nemen naar de wintervelden en het achter te laten in het bos, opdat het zal doodvriezen. Het kind wordt echter al snel ontdekt door ‘Vadertje Vorst’. Zij is zo aardig tegen hem dat hij haar overlaadt met dure gewaden, edelstenen en andere cadeaus. Op het moment dat de vrouw de vriendschap tussen het tweetal ontdekt, besluit zij ook haar eigen dochter in het bos achter te laten, natuurlijk in de hoop dat ook haar dure giften ten deel vallen. Als dit meisje ‘Vadertje Vorst’ ontmoet, is zij echter zo onaardig tegen hem, dat hij besluit haar wél dood te laten vriezen…

 

De mens wikt, de winterkoning beschikt. Zo was het toen al, zo is het nu nog steeds. Nogmaals een krantenkop:

 

  • Koning Winter blijkt gevaarlijker voor het hart

 

Internationale onderzoekers meldden tijdens een Europees cardiologencongres in de Amsterdamse RAI, oktober 2013, dat de koude jaargetijden hogere risicofactoren met zich meebrengen voor hart- en vaatziekten dan de relatief warme zomerperiode. De Zwitserse professor Pedro Marques-Vidal van de Universiteit van Lausanne onderzocht daartoe de toename van risicofactoren bij circa honderdduizend personen in zeven landen. Hij zei het zo: ‘Het dodental als gevolg van cardiovasculaire aandoeningen is hoger in de winter en lager in de zomer.’

 

Uit zijn bevindingen blijkt dat veel van die risicofactoren zoals bloeddruk, buikomvang en cholesterolgehalte, ten opzichte van het jaargemiddelde ’s winters hoger zijn en juist lager in de zomer. De buikomvang is in de bikinimaanden één centimeter minder dan in de winterjassentijd. Het cholesterolniveau ligt gemiddeld 0.24 mmol/L lager als we op het strand liggen. ‘Dit kan verklaren waarom er meer sterfgevallen door cardiovasculaire ziekten zijn in de winter. Mensen moeten extra veel moeite doen hun eetgewoonten in bedwang te houden en aan voldoende lichaamstraining te doen’, stelt Marques-Vidal. Een belangrijk advies, zeker nu de pepernoten en de kerststollen alweer ruimschoots in de schappen liggen.

 

Ofwel, u doet er verstandig aan rekening te houden met het soms strenge gezicht van Koning Winter. En voorzorgsmaatregelen te nemen om uzelf of uw partner te beschermen tegen lage temperaturen, sneeuw of ijzel. Globaal: kleedt u warm, blijf thuis (als het even kan), drink warme dranken maar géén alcohol! In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht, is alcohol geen goede remedie tegen de koude: alcohol versnelt de vermindering van de lichaamstemperatuur, wat het risico op onderkoeling juist verhoogt.

Vijf uitgaansgelegenheden

Vijf uitgaansgelegenheden

Omdat ‘uitgaan à la hartpatiënt’ meer dan een drankje in de plaatselijke kroeg is

 

Je bent hartpatiënt en daarmee ‘beperkt’. Tenminste, dat roept men te pas en te onpas. Niets is minder waar! HartbrugReizen bewijst het tegendeel en brengt een reeks van bezigheden waarin dit duidelijk wordt. Per nummer een onderwerp. Na de aftrap in het oktobernummer met vijf vrijetijdsbestedingen, is nu de tijd gekomen om het nachtleven te ontdekken.

 

Als sardientjes in blik uithangen in een overvolle discotheek is voor hartpatiënten niet de meest ideale vorm van uitgaan. HartbrugReizen biedt inspirerende alternatieven aan.

 

  1. Hapje, drankje en entertainment

Eten op topniveau, drinken als een tempelier en entertainment in overvloed? Kies voor een ‘Dinner Show’. Terwijl jij je laat verwennen, verzorgen anderen een spectaculaire show.

 

  1. Lachen, gieren, brullen

Train je buikspieren al lachend tijdens een stand up comedy in bijvoorbeeld het ‘Comedy Café’ in Amsterdam. Een diner voorafgaand aan de show behoort ook tot de mogelijkheden.

 

  1. Uit eten, maar dan anders

Genoeg van de plaatselijke Griek? Kies voor het concept van restaurant ‘Vandaag’. Bepaal je arrangementsduur tegen een vaste prijs en geniet onbeperkt van de tropische, mediterrane en  Aziatische, maar ook Franse keuken.

 

  1. Back to the youth

Een filmpje pakken blijft leuk. Verruil de muffe bioscoopzaal eens voor een ‘Drive-in bioscoop’ en laat de nostalgische gevoelens de vrije loop.

 

  1. Wegdromen

Een musical is altijd goed; verstand op nul en je even in een andere wereld wanen. Op en top genieten gegarandeerd!

 

Naar buiten bij koud weer: altijd sjaal om en jas aan!

Naar buiten bij koud weer: altijd sjaal om en jas aan!

 

ANTWERPEN – Het lijkt een boerenwijsheid: loop niet in je shirt de kou in. Je kunt er namelijk meer dan alleen een griepje of verkoudheid van oplopen. Het risico op een hartinfarct wordt snel groter wanneer je uit je warme huis, kantoor of winkel de koude buitenlucht in loopt. Sjaal om en jas aan, is het devies van prof. Dr. Marc Claeys uit Antwerpen.

Claeys is adjunct-diensthoofd cardiologie van het Universitair Ziekenhuis Antwerpen. Hij heeft de afgelopen vier jaar een uitgebreide studie verricht onder 14.000 Belgische patiënten die in het ziekenhuis terecht kwamen met een acuut hartinfarct en daarbij een stent kregen. ‘Daarbij keken we naar welke factoren het hartinfarct hebben getriggerd’, legt Claeys uit. ‘De oorzaak is vaak aderverkalking, waardoor er een scheurtje kan ontstaan in een zwakke wand in de kranslagader, en dat kan leiden tot een hartinfarct. Maar onduidelijk was waarom en wanneer mensen zo’n scheurtje oplopen. Daarbij speelt een aantal factoren een rol, zoals stress, voeding, te veel alcohol, en mogelijk ook chronische luchtverontreiniging. Naar dat laatste zijn wij gaan kijken.’

 

‘We hebben statistische gegevens opgevraagd, en de gegevens van zo’n zeventig meetstations in België. We keken daarbij bijvoorbeeld naar fijnstof, maar ook naar de vochtigheidsgraad van de lucht, de temperatuur en zwarte rook. Daaruit concludeerden we al gauw, dat pieken in de concentraties fijnstof niet van grote invloed waren op het krijgen van een acuut myocardinfarct. Heel anders was dat bij de temperatuur! Hoe lager de temperatuur, des te meer infarcten. Hoe hoger de temperatuur, des te minder hartinfarcten. We stelden dus vast dat de belangrijkste factor bij het krijgen van een infarct de temperatuur is, veel belangrijker dan bijvoorbeeld fijnstof. Voor elke tien graden lagere temperatuur is er een relatieve risicostijging van zeven procent voor het ontwikkelen van een hartinfarct. We hebben het hier over factoren die hele bevolkingspopulaties treffen. Iedereen is immers aan temperaturen blootgesteld.’

‘Het grootste aantal infarcten vindt daarom in de winter plaats, maar we zagen ook een duidelijk verband in de herfst en het voorjaar. Dus het gaat niet om de absolute temperatuur, maar ook om relatieve temperatuursveranderingen bij het naar buiten gaan uit een warme ruimte. Om het verschil tussen binnens- en buitenshuis, kortom.’

Wat gebeurt er als je vanuit een warme ruimte een relatief koudere ruimte in wandelt? ‘De huid vangt op dat het kouder wordt. Receptoren in de huid brengen dan een cascade aan mechanismen in werking, waarbij een aantal stofjes geactiveerd wordt die aanleiding kunnen geven tot samentrekken van de bloedvaten en verhoogde klontering van het bloed. Dat voorkom je door de huid minder bloot te stellen aan relatieve koude.’

 

Het onderzoek werd gepresenteerd tijdens een groot internationaal cardiologisch congres in Amsterdam, dat plaats
vond van 31 augustus tot en met 4 september j.l. Maar Claeys wil het breder trekken. ‘De komende weken halen we er gegevens bij over infecties en griepepidemieën en van zaken als de invloed van ozon. En de daarop volgende stap is heel belangrijk: de mensen moeten het wéten. Jas aan, sjaal om, pet op!’

 

Irma Vrolijks: Leren accepteren dankzij spiritualiteit

Irma Vrolijks: Leren accepteren dankzij spiritualiteit

 

Irma Vrolijks is een spirituele therapeut in opleiding, maar daarnaast ook hartpatiënt. Haar interesse in het spirituele heeft de 43-jarige uit Bergeijk geholpen om vrede te krijgen met het feit dat zij al jarenlang een hartpatiënt is: ‘Ik heb leren accepteren om van mijzelf en mijn lichaam te houden zoals ik ben en zoals het is.’

 

De interesse in spiritualiteit heeft Irma al langere tijd. Na een cursus Reiki (een methode waarin energie wordt overgebracht op anderen) is zij daaropvolgend een studie ’Spirituele Therapie’ gaan volgen. In 2014 hoopt de vrolijke Irma af te studeren: ‘Tijdens zo’n studie kom je jezelf behoorlijk tegen. Je werkt aan jezelf, kijkt in de spiegel en leert mede daardoor jezelf enorm goed kennen.’

 

(Zelf)acceptatie

Volgens Irma is (zelf)acceptatie voor hartpatiënten het belangrijkste: ‘De kunst is om het lichaam dat je hebt gekregen en het lichaam dat je nu hebt zodanig te accepteren dat je overeenstemming bereikt in je hoofd. Je gedachten en gevoel spelen hierbij ook een belangrijke rol. Hierin wil ik ook anderen (gaan) begeleiden als coach.’

 

Irma heeft een lange weg afgelegd om in het reine met zichzelf te komen: ‘De (zelf)acceptatie ging bij mij ook niet vanzelf. In het verleden heb ik daar veel moeite mee gehad. Mijn hoofd en lichaam waren, bij wijze van spreken, geregeld met elkaar in gevecht. Ik wilde van alles en in gedachten kon dat prima, maar de werkelijkheid bleek anders, want mijn lichaam werkte niet altijd mee. Dat is zeer frustrerend.’

 

Zij vervolgt: ‘Ik ben nu van mening dat ik ziek ter wereld ben gekomen, omdat ik een bepaalde taak heb meegekregen. Mijn aangeboren hartafwijking heb ik overleefd, want ik kon het aan deze ziekte te dragen en omdat ik hier op aarde nog iets moest volbrengen. Alles heeft een doel, zo ook mijn hartaandoening. Eén daarvan is dat ik nu in staat ben om geestelijk te groeien.’

 

Drie in één

De Bergeijkse is geboren met meerdere hartafwijkingen. Als Irma net een paar dagen oud is, constateren cardiologen dat zij een vernauwing aan haar aorta heeft, een gedeelde hartkamer en een iets lekkende hartklep: ‘Na vier dagen merkte de verloskundige dat ik niet in orde was. Ik at niet en huilde constant. Uiteindelijk zijn mijn ouders met mij naar een lokaal ziekenhuis gegaan waar ik aan mijn lot ben overgelaten. Gelukkig kwam er een plaats vrij in het toenmalige Dijkzicht ziekenhuis in Rotterdam. Men ging daar gelijk over tot actie.’

 

Na in een zuurstoftent te hebben gelegen, werd uiteindelijk besloten om na een aantal maanden de kleine Irma naar huis te sturen: ‘De artsen wilden wachten met een operatie, omdat het een riskante ingreep was en al helemaal voor die tijd. Op mijn vijfde ben ik na jarenlange controles eindelijk aan mijn aandoeningen geopereerd. Aangezien er ook vocht achter mijn longen zat, moesten de artsen via mijn ribben, links over mijn rug de operatie uitvoeren.’

 

Irma’s vernauwing aan de aorta werd verholpen. Haar hartklep vervingen de chirurgen niet vanwege het feit dat het lekken minimaal bleek te zijn. Aan de gedeelde hartkamer was niets te doen aangezien die in het hart zit. Helaas kwam de vernauwing aan de aorta later terug: ‘Door een nieuwe manier van wonden hechten, die toentertijd als proef is getest, is er later een nieuwe vernauwing aan mijn aorta ontstaan, bestaande uit littekenweefsel. Een ander gevolg hiervan is een te hoge bloeddruk waarvoor ik medicijnen slik. ‘

 

Beseffen en begrijpen

Het besef dat Irma hartpatiënt is, komt bij haar pas op de lagere school: ‘Ik was sneller moe en kon niet altijd met gym meedoen. Toen besefte ik dat ik ‘anders’ was dan mijn leeftijdsgenoten. Op het voortgezet onderwijs deed ik vrijwel alles wat anderen ook deden, velen wisten niet eens dat ik hartpatiënt was. In mijn pubertijd had ik moeite met het grote litteken dat aan de linkerkant van mijn lichaam van onder mijn linkerborst helemaal doorloopt tot boven aan mijn rug.’

 

Tegenwoordig maakt Irma zich daar niet meer druk om: ‘Als je ouder wordt, zijn dat soort dingen veel minder belangrijk. Ik heb nooit dingen of belevenissen laten schieten omdat ik hartpatiënt ben. Het constant aanpassen aan het hartpatiënt zijn, is voor mij niet weggelegd. Dat zou betekenen dat ik mijn hele leven op mijn tenen moet gaan lopen en dan had ik onder andere alle leuke ritjes in pretparken moeten missen!’

 

Het vrij late besef komt volgens Irma ook vanwege het feit dat haar ouders haar nooit als een zieke hebben behandeld: ‘Tijdens mijn jeugd hebben mijn ouders mij niet anders behandeld. Als ik vervelend was kreeg ik net zo goed een standje. Vanzelfsprekend hebben zij vooral in de beginperiode een zware tijd doorgemaakt. Mijn ouders moesten elke dag honderd kilometer op en neer om even naar mij achter een glazen wand te mogen kijken. Tegenwoordig zijn er veel goede voorzieningen op dat gebied. Het is niet niets als je iedere dag afscheid moet nemen van je kind en niet weet of je haar de volgende dag nog terugziet.’

Toen de tijd rijp was voor kinderen heeft Irma voor alle zekerheid navraag gedaan bij haar cardioloog. Zij wilde de kans op een aangeboren hartafwijking in kaart brengen. Alles bleek in orde en inmiddels is zij de trotse moeder van twee zonen van negentien en zestien jaar oud: ‘Tijdens hun opvoeding hebben zij niet veel meegekregen van hun moeder als hartpatiënt. Ik probeerde mijn rust te nemen als zij ook sliepen of naar school waren.’

 

Verwerken en doorgaan

Ondanks haar positieve instelling is ook Irma door de jaren heen een aantal typische dingen tegengekomen. ‘Mensen zien vaak aan de buitenkant niet dat je hartpatiënt bent, vervolgens ontstaat er onbegrip en denken sommigen dat je je aanstelt als je een keer niet lekker bent. Daarnaast vind ik dat je bijvoorbeeld tijdens een sollicitatie niet direct moet vertellen dat je een hartaandoening hebt. Bij velen gaan bij het woord ‘hartpatiënt’ onterecht allerlei alarmbellen rinkelen.’

 

Maar de spirituele Irma laat zich niet kennen: ‘Ik sta erg positief in het leven en doe van alles. Twee keer per week sport ik. Dertien jaar geleden ben ik zeventien kilo afgevallen en dat houd ik graag zo. Vorig jaar heb ik een gedichtenbundel uitgebracht en opgedragen aan mijn zoons. De titel is ‘Munay’ en betekent ‘Ik houd van jou’ en ‘Wees diegene die je echt bent’. Op dit moment ben ik met drie anderen bezig een vrijwilligersorganisatie op te zetten die organisaties en vrijwilligers bij elkaar brengt.’

 

Irma is van mening dat kracht en positiviteit in ieder mens zitten, maar je moet er wel voor gaan: ‘Je bent waardevol om wie je bent zoals je bent en niet om wat je wel of niet kunt. Ik geniet van elke dag.’ Haar levensmotto is kristalhelder: ‘Geniet van iedere dag die je hebt, ook al ben je ‘anders’ dan anderen. Iedereen is anders en jij bent ‘jij’.’

Vijf Vrijetijdsbestedingen

Vijf Vrijetijdsbestedingen

Omdat ‘ontspanning à la hartpatiënt’ meer dan geraniums kijken is

 

Je bent hartpatiënt en daarmee ‘beperkt’. Tenminste, dat roept men te pas en te onpas. Niets is minder waar! HartbrugReizen bewijst het tegendeel en brengt een reeks van bezigheden waarin dit duidelijk wordt. Per nummer een onderwerp. We steken de kop af met vijf vrijetijdsbestedingen.

 

De zomervakantie ligt achter ons en de herfst heeft zijn intrede gedaan. Met de typische Nederlandse plensbuien en frisse briesjes voor de deur hangt een depressieve bui in de lucht, maar er is meer. De natuur brengt ons gratis en voor niets levensechte schilderijen in warme tinten. Met daarnaast het aangename herfstzonnetje dat af en toe ook van zich laat zien, is het plaatje compleet. The magic words; loslaten, durven en doen!

 

  1. Wandelen in onbekend gebied

De typische wandeling is bij Jan en alleman bekend, maar in plaats van het vertrouwde rondje om het blok wagen we ons als echte avonturiers op onbekend terrein. Hoe? Lukraak een punaise aanstippen op een ouderwetse Nederlandse landkaart.

 

  1. Dagje ‘Picasso-en’

Zoek je het liever dichter bij huis? Pak de schildersezel uit de kast en laat je gaan. Is het uiteindelijk een wirwar van kleuren? Geen paniek! Jezelf creatief laten gaan zorgt voor een heldere geest en een uitgerust lichaam.

 

  1. Zen momenten

Na al dat gewandel en geschilder is het tijd voor ontspanning. De sauna laten we verstek gaan, maar een paar baantjes heen en weer trekken in het zwembad kan prima.Of wat dacht je van een exotische massage?

 

  1. Geven in plaats van nemen

Eenmaal opgefrist en opgeknapt zijn we weer in staat om ons van onze beste kant te laten zien. Vrijwilligerswerk is het ideale antwoord daarop. Inderdaad, want iets voor anderen betekenen is nog steeds mogelijk. Eveneens een goede reminder voor jezelf; je kan nog zoveel!

 

  1. Hutje op de hei

Combineer je het liefst al deze bezigheden in één? Kamperen it is! Wil je het iets minder drastisch? Kies dan voor een hutje op de hei. Onbekend, ‘Picasso-inspiratie ten over’, zen in overvloed en de plaatselijke boer zal het enorm waarderen als je even zijn bladeren aanharkt.

Op naar de top

Op naar de top

 

De bergen in met een hartziekte? Meestal is het geen probleem en kunt u zelfs probleemloos skiën en wandelen. Mits u van tevoren goed advies inwint bij uw arts en – vooral de eerste dagen – uw inspanningen goed doseert.

 

Veel hartpatiënten zijn na hun behandeling of operatie weer zo fit dat het geen probleem is om de bergen in te gaan. Meestal wordt het hartpatiënten dan ook niet afgeraden om de bergen in te gaan. Dit staat ook in de veiligheidsrichtlijn voor personen met een medische aandoening in de bergen, opgesteld door de internationale bergsportfederatie UIAA.

 

Ook skiën, bergwandelen en soms zelfs klimactiviteiten mogen dan gewoon weer, zolang u maar binnen uw grenzen blijft. Is uw aandoening stabiel en vertoont u op normale hoogte geen symptomen, dan kunt u volgens de richtlijn meestal tot 3000 meter probleemloos reizen. Reizen op extreme hoogte, boven de 4000 meter, zal uw arts wellicht wel afraden.

 

Toch is het belangrijk om het boven de 2500 meter wel rustiger aan te doen. In de bergen bevat de lucht minder zuurstof dan op zeeniveau. Heeft u thuis ook bij geringe inspanning al klachten, dan is het beter nog lager te blijven. In alle gevallen geldt: raadpleeg uw behandelend arts/cardioloog voor u vertrekt. Niet iedere hartpatiënt is hetzelfde en de eventuele risico’s zijn per individu verschillend. In bepaalde gevallen adviseert uw arts mogelijk om een andere (lagere) reisbestemming te kiezen of in ieder geval extra op te passen met zware inspanningen. Bijvoorbeeld na een hartklepoperatie of harstilstand, of bij gebruik van bepaalde medicijnen, zoals antistollingsmiddelen of bètablokkers. Vraag sowieso altijd bij ons een Internationale Hartpas aan waarop in kunt vullen welke medicijnen u slikt.

 

Voor iedereen – ook niet-hartpatiënten – geldt: een goede voorbereiding is belangrijk. Dit geldt vooral als u gaat sporten in de bergen. Doe bijvoorbeeld de maanden voor uw wintersportvakantie regelmatig aan fitness, onder begeleiding. Ga ook niet ongetraind wandelen en klimmen op grote hoogte. Doe het vooral de eerste dagen op wintersport rustig aan. Op de skipiste vinden de meeste hartaanvallen (ook bij voorheen gezonde patiënten)  plaats tijdens de eerste twee dagen, blijkt uit een Oostenrijkse analyse. Meteen de zwaarste pistes afduiken is dus geen goed idee.

 

Meer lezen?

www.hoogteziekte.nl (informatieve site van een arts/bergsportfanaat)

www.nkbv.nl (Koninklijke Nederlandse Klim- en Bergsport Vereniging)

Helma Verhoeven: ‘Kop op en zet je schouders eronder!’

Helma Verhoeven: ‘Kop op en zet je schouders eronder!’

Je bent 48 en staat midden in het leven. Tal van dromen staan er nog op je ‘To Do-lijstje’, maar wanneer en óf je ze volbrengt is een onbeantwoorde vraag, want je bent ongeneeslijk ziek. Dit is de harde realiteit voor Helma Verhoeven. Zij vecht al haast haar hele leven tegen het Marfan1 en Ehlers-Danlos-Syndroom (EDS2) en ze heeft daarnaast epilepsie. Desalniettemin blijft ze strijden, want vechten om te leven is haar drijfveer: ‘Ik probeer er alles uit te halen wat erin zit!’

 

In de pubertijd begint Helma met dokteren. Op haar twintigste krijgt de Cuijkse te horen dat zij het Marfan syndroom heeft en kort daarna wordt ook de diagnose EDS gesteld. Tevens twee zusteraandoeningen van elkaar: ‘Epilepsie heb ik al sinds mijn vijftiende, maar met deze twee syndromen erbij vertelde een professor in het ziekenhuis dat ik ongeneeslijk ziek ben en niet oud word. Ik moest gaan genieten, want je kunt nog zo gezond willen leven, maar Marfan houdt daar geen rekening mee.’

Ondanks alle klachten die de ziektes met zich meebrengen, probeert Helma een zo normaal mogelijk leven te leiden. Voor haarzelf, maar nog meer voor haar 20-jarige dochter die ook EDS blijkt te hebben: ‘Onze ziektes hebben invloed op ons hele gezin, want wij zijn samen ziek. Het scheelt dat wij heel erg open zijn, want goed communiceren is het belangrijkste. Hiermee steunen wij elkaar elke dag en overal. Als ervaringsdeskundige kan ik haar veel bieden, maar zij is zichzelf goed bewust van het feit waar ook zij mee moet (leren) leven. Vroeger is mijn dochter veel gepest, omdat de aandoeningen niet zichtbaar zijn en zij door vermoeidheid niet altijd mee kon komen op school. Gelukkig gaat het als volwassene stukken beter.’

 

Helma vervolgt: ‘Ik probeer de eigenschap van het sterk zijn aan haar door te geven, want uit deze eigenschap kan iedereen heel veel kracht halen. Vanzelfsprekend wil ik een goed voorbeeld voor mijn dochter zijn. Naar mijn mening lukt dat aardig. Ik sta altijd positief in het leven en geniet van elke dag en dat laat ik haar al twintig jaar zien en voelen. Immers, ik weet dat het leven snel voorbij kan zijn en probeer er alles uit te halen wat erin zit. Kop op en je schouders eronder zetten; dat heb ik geleerd van mijn ouders. Je krijgt het leven niet cadeau, je moet het zelf doen. Ik geloof erg in het zelfgenezend vermogen van een mens. Je bent veel sterker dan je zelf vaak denkt!’

 

Met volle kracht vooruit

De uitgesproken woorden dat Helma ongeneeslijk ziek is, hakken er aardig in, maar desondanks heeft zij zich nooit uit het veld laten slaan: ‘In eerste instantie was ik boos en verdrietig, omdat je geen enkele regie meer denkt te hebben over je leven. Op een gegeven moment krijgt het een plaatsje en groeit het besef dat het niet anders is. Ondanks alle boosheid en verdriet kwam de strijdlust in mij weer naar boven. Gelukkig heb ik een ontzettend lieve en zorgzame man die mij hierin helpt en steunt. Wij kennen elkaar al vanaf de puberteit. Hij wist waar hij voor koos. Wij vormen samen een goed team en dat verbindt ons alleen maar meer. Ik voel me rijk, want ik heb een maatje voor het leven en samen kunnen wij de hele wereld aan. Mijn wereld is klein en bestaat niet uit alleen maar meer willen en een groot sociaal netwerk om mij heen. Het is uniek én daarmee prima voor mijn naasten en mij.’

 

Vanzelfsprekend kent ook deze levensvechtster moeilijke momenten, maar Helma laat die momenten niet haar leven bepalen: ‘Het moeilijkste aan het ziek zijn en alles wat daarbij komt kijken vind ik de eenzaamheid. Mijn wereld is beperkt als gevolg van energiegebrek, alles vooraf plannen en niet kunnen doen wat ik wil. Maar ik sleep mijzelf er altijd weer doorheen, want het ziek zijn heeft ook mijn leven ‘verrijkt’. Het heeft meer gebracht dan alleen ellende, want ik kan genieten van hele kleine momenten in het leven en vooral ook van het samen zijn. Met elkaar proberen wij zoveel mogelijk eruit te halen wat erin zit en kijken niet te ver vooruit. Wij plukken de dag en werken aan mijn ‘To Do-lijstje’, waaronder de Hellumstocht.’

 

De Hellumstocht

De Hellumstocht is een wandeltocht van tien wandeldagen vanuit Helma’s woonplaats Cuijk naar Den Haag. Een tocht van 250 kilometer waarmee zij aandacht wil vragen voor een vergeten probleem; het weigeren van mensen met hulphonden in openbare gelegenheden: ‘Aan het einde van de tocht bied ik een petitie aan, omdat dit een onderkend probleem is in heel Europa. Zeker wanneer je een niet zichtbare beperking hebt en in mijn geval Banios er niet uitziet als een alom bekende hulphond. Als ik mijn braces en spalken niet draag zie ik er niet ziek uit.  Samen vormen wij een vreemd stel en worden meestal geweigerd. Zelfs mijn officiële legitimatie neemt men niet serieus.’

 

Maar Helma doet het niet alleen voor zichzelf: ‘Ik ga overal waar ze mij toelaten in twaalf dagen officiële Europese stickers plakken zodat iedereen met een hulphond vanuit heel Europa kan zien waar zij welkom zijn met hun hond. Daarbij gaat mijn wandeltocht nog een stapje verder. Iedereen mag met mij meelopen en een bedrag doneren. Dat geld wil ik in zijn geheel schenken aan Stichting BultersMekke Assistance Dogs. Zij hebben mij geholpen om Banios op te leiden tot hulphond. Er zijn steeds meer mensen met een beperking die geen hulphond vergoed krijgen door de bezuinigingen van de zorgverzekeraars. Met de donatie kan er weer voor iemand anders een hulphond opgeleid worden door de stichting.’

 

Tijdens het drukken van deze Hartbrug-Magazine moest Helma nog aan de tocht beginnen. De Hellumstocht heeft plaatsgevonden van 31 augustus tot en met 11 september. Benieuwd naar hoe het is verlopen? Check dan haar site: www.hellumstocht.nl.

 

1Marfan syndroom: Het marfansyndroom is een aangeboren en erfelijke aandoening van het bindweefsel en kan afwijkingen aan hart, bloedvaten, ogen, skelet en longen veroorzaken.

Bron: Contactgroep Marfan Nederland.

2Ehlers-Danlos-syndroom: EDS is een zeldzame chronische ziekte met als belangrijkste kenmerk een erfelijke stoornis in de aanleg van het bindweefsel.

Bron: Vereniging van Ehlers-Danlos patiënten.

 

 

Frank Visseren:  Zelftest cholesterol is van weinig waarde

 

Frank Visseren:  Zelftest cholesterol is van weinig waarde

 

Ze zijn in allerlei vormen en maten verkrijgbaar tegenwoordig: de zelftesten voor het cholesterolgehalte in het bloed. Maar heb je er ook wat aan? Daarover bestaan de nodige twijfels. En dus legden wij onze vraag voor bij hoogleraar vasculaire geneeskunde en epidemioloog Frank Visseren. De hoogleraar is internist op het Universitair Medisch centrum (UMC) in Utrecht en staat bekend als deskundige op het gebied van cholesterol. Zo doet hij onder meer onderzoek naar de rol van buikvet bij het ontstaan van kanker en hart- en vaatziekten.

 

Om maar gelijk met de deur in huis te vallen, Frank Visseren windt er geen doekjes om: ‘Ik vind zelfmanagement heel belangrijk, maar ik zou zelf niet zo’n thuistest aanschaffen.’ En daarmee geeft hij alvast een schot voor de boeg.

 

De Consumenten

gids testte drie verschillende soorten thuistest begin deze zomer. Daaruit bleek al dat de consumentengids weinig vertrouwen heeft in de zin van de aanschaf van deze apparaten. Je hebt er namelijk niet zoveel aan en bovendien is het gebruik ervan erg ingewikkeld en omslachtig, bleek uit de tests.

 

De thuistest lijkt een beetje op de glucosemeters voor suikerpatiënten. Zij kunnen enkele malen per dag testen hoe het staat met hun bloedsuikerspiegel. Aan de hand daarvan kunnen ze met de huisarts overleggen of het voedingspatroon moet worden aangepast, of er meer beweging nodig is en of het medicijngebruik moet worden aangepast. Heel nuttig dus. Dat geldt echter in aanzienlijk mindere mate voor de zelftests voor cholesterol, zoals ook de consumentengids al constateerde. Visseren is het daarmee eens. ‘Zulke testen meten alleen het totaal aan cholesterol’, legt de hoogleraar uit. ‘Daar heb je feitelijk niet zoveel aan. Je hebt namelijk goed en slecht cholesterol. Om te weten of het goed met je gaat moet je van allebei die soorten cholesterol een beeld krijgen. Dus van het slechte LDL-cholesterol en van het goede HDL-cholesterol.’ HDL staat voor high-density lipoprotein, LDL voor low-density lipoprotein. Een teveel aan LDL, het slechte cholesterol dus, vergroot het risico op hart- en vaatziekten. Het kan leiden tot verharding en vernauwing van de slagaderen. HDL daarentegen neemt overtollig cholesterol in het bloed op en voert het af naar de lever. Daar kan het slechte cholesterol worden afgebroken. ‘Kort samengevat: een hoog HDL is dus goed, een hoog LDL is dus slecht’, aldus Visseren.

 

Helaas meten de zelftests voor thuis alleen het totaal aan cholesterol. ‘Dat leidt mogelijk tot foute conclusies’, vreest Visseren. ‘Als het totaal cholesterol volgens de test hoog is, lijkt dat slecht. Maar het kan komen, omdat je HDL-gehalte hoog is, en dat is juist goed.’

 

Visseren heeft niets tegen zelftesten. Integendeel. ‘Maar dan moet je dingen meten waar je wat aan hebt. Deze zelftesten voor cholesterol geven niet de informatie waar je iets mee kunt. Het totaal aan cholesterol zegt onvoldoende. Voor het berekenen van het risico op het krijgen van een hartinfarct of herseninfarct heb je het totale cholesterol nodig en het HDL-cholesterol.’

Helemaal zinloos vindt hij thuis meten nu ook weer niet. Dus wie zo’n meter heeft aangeschaft, hoeft die niet gelijk bij het vuilnis te gooien. ‘Thuis meten kan soms zinvol zijn’, zegt Visseren. ‘Als je een afwijking ziet in het totale cholesterol, heeft dat een signaalfunctie. Dat kan betekenen dat je naar de dokter moet gaan voor verder onderzoek.’

 

Alles samenvattend vindt Visseren de waarde van de zelftests voor cholesterol niet hoog. ‘Als je wilt weten hoe het zit met je cholesterol zou ik zeggen: ga naar de huisarts of naar een laboratorium.’

 

Statines

Enkele jaren geleden woedde een hevige discussie over de zin of onzin van het gebruik van cholesterolremmers, de zogenoemde statines. Die discussie is nu verflauwd, de strijdbijlen zijn begraven. Tegelijkertijd constateert Visseren dat sommige mensen  last hebben van bepaalde bijwerkingen van statines. Dit zijn meestal milde bijwerkingen die niet gevaarlijk zijn, maar wel vervelend als je statines vele jaren moet gebruiken. Hoewel het slechts om een relatief beperkt aantal gebruikers van dit medicijn gaat, is er voor hen goed nieuws. Een aantal centra, waaronder het UMC Utrecht, is momenteel bezig met grote studies naar alternatieven voor statines. Dit zou mogelijk gevonden kunnen worden in de nieuwe medicijnen die nu de namen PCSK9-remmers en CETP-remmers hebben. ‘Het gaat om twee groepen geneesmiddelen waarvan de eerste resultaten indrukwekkend zijn’, zegt Visseren. ‘De medicijnen zijn in eerste instantie bedoeld voor mensen die statines niet kunnen verdragen en voor patiënten met erfelijke vorm van hoog cholesterol die de streefwaarde voor het cholesterol niet halen. Ik ben heel optimistisch gestemd, maar natuurlijk moet je nooit te vroeg juichen. Bovendien’, waarschuwt de hoogleraar, ‘het duurt nog wel een paar jaar voor de nieuwe medicijnen voor iedereen beschikbaar zijn.’

Buikvet

Omdat Visseren onderzoek doet naar de rol van buikvet nog even kort over de gevaren van overgewicht. ‘Het is heel erg belangrijk dat mensen op hun gewicht letten’, zegt de hoogleraar. ‘Vetcellen zijn namelijk heel actieve cellen. Ze produceren stofjes waar je suikerziekte, kanker of hart- en vaatziekten van kunt krijgen.’ Hij wijst ook op de samenhang met cholesterol. ‘Hoe zwaarder je bent, des te meer zakt het gehalte aan goed HDL-cholesterol in je bloed, en des te groter worden de risico’s op hart- en vaatziekten.’ Kortom: de weegschaal op, Nederland, want we zijn veel te dik met zijn allen! De strijd tegen kanker, suikerziekte en hart- en vaatziekten begint met afvallen – en natuurlijk moeten we stoppen met roken.

Nog even… en het is alweer Wintertijd!

Nog even… en het is alweer Wintertijd!

De seizoenen in ons hart

ROERMOND – Dít wordt weer de maand van De Grote Omschakeling. De periode die ons van zomer naar herfst voert en die uiteindelijk de opmaat is naar de winter.

 

Op zondag 27 oktober, week 43 alweer, is de zomertijd voorbij en worden we bijna plompverloren voor vijf lange maanden op ‘wintertijd’ gezet. Daarbij gaat de klok in de nacht van zaterdag op zondag van drie uur ’s nachts naar twee uur, een uur achteruit dus. Waarmee we feitelijk weer zijn terechtgekomen in de tijd zoals hij eigenlijk behoort te zijn, althans de tijd volgens de gangbare tijdmeting die we hanteren.

 

Want de zomertijd is een bedenksel van onszelf. Om iets langer te kunnen genieten van het daglicht in de maanden met gemiddeld meer zon. Trouwens geen nieuw idee: hoewel het onderscheid tussen zomer- en wintertijd in 1977 werd ingevoerd, was feitelijk sprake van een herinvoering. Ook begin vorige eeuw (in de jaren 1916 – 1945) was namelijk sprake van een zomertijd.

 

Tot ver in de negentiende eeuw kende vrijwel elke streek of plaats in ons land overigens nog z’n eigen tijd, die uitging van de hoogste stand van de zon boven het eigen gebied. Dit had zo zijn gevolgen voor het dagelijkse leven: niet alleen konden de boeren op het land een uur  langer werken, maar er bestond ook een tijdsverschil van zeker een kwartier tussen het oosten en het westen van Nederland. Logisch, want de zon komt nu eenmaal op in het oosten en gaat onder in het westen. De hoogste zonnestand werd dan ook het eerst in het oostelijk deel van Nederland bereikt. Overal beierden de klokken dan op een ander moment 12 uur. In het westen dus een kwartiertje later dan in het oosten.

 

Toch gaf dat ook in die voor onze begrippen minder gejaagde tijd al groeiende verwarring. In het bijzonder bij de opkomst van het toen snelst denkbare vervoermiddel: de trein. Een landelijke standaardtijd voor het snel uitdijende spoorwegnet met steeds meer vertrek- en aankomsttijden werd daardoor nodig. Die ‘algemene’ tijd werd inderdaad vastgesteld en de ‘Amsterdamse tijd’ genoemd. Tijd die uitging van een soort landelijk gemiddelde tijdwaarneming, alhoewel het nog niet de tijd was zoals wij die thans kennen. Die Amsterdamse klok liep overigens zo’n 20 minuten voor op de ‘Midden-Europese Tijd’ die we uiteindelijk hebben overgehouden aan de Duitsers, die daartoe in mei 1940 bevolen…

 

Hoe het ook zij: bij de overgang van zomer- naar wintertijd schuift de daglichtperiode een uur op waardoor het ’s ochtends eerder licht is en ’s avonds de duisternis eerder intreedt. Deze toestand – verschuiving van het licht, daling van temperatuur, verandering van luchtdruk en een toename van vochtige weersomstandigheden – bepaalt ontegenzeggelijk mede hoe wij ons voelen. Veel mensen ervaren de warmte van de zon als weldadig, voor anderen is het puur afzien – zoals heel veel ouderen in hun zorg- en verpleeghuizen zonder airco. Anderen gedijen beter bij koelte… of juist niet.

 

In hoeverre het weer menselijk welzijn en gedrag bepaalt, is een vraag die volgens het NRC-Handelsblad van 28 augustus 1997 van alle tijden is. ‘Die vraag stelde de Griekse wijsgeer Hippocrates zich al omstreeks 400 voor Christus’, schrijft redactrice Aranka Klomp. ‘Zijn advies aan de heren medici luidde: ‘Niet opereren aan de buik tijdens seizoenswisselingen, dat zou fataal aflopen, maar wachten tot ten minste tien dagen erna’. Hoewel zijn veronderstellingen nauwelijks wetenschappelijk waren, staat vast dat sommige ziektebeelden kunnen verergeren onder invloed van luchtvochtigheid, luchtdruk of zonlicht.’

 

De meest stabiele en veilige temperatuur voor de mens is 17-18 graden. Zodra het kouder of warmer wordt, neemt het aantal sterfgevallen evenredig toe, zo bleek al eerder via onderzoek door de Erasmus Universiteit in Rotterdam. ‘Een strenge winter en een kille herfst zorgen tezamen voor een sterfte van zes- tot achtduizend mensen meer dan in de rest van het jaar,’ stelt de NRC. Maar ook elke tropische periode maakt slachtoffers.

 

Tweederde van de seizoensgebonden sterfte is toe te schrijven aan een slechte reactie van het hart en de bloedvaten bij extreme temperaturen. Blijkbaar worden de bloedvaten minder elastisch, terwijl de bloeddruk toeneemt. Toch moeten dan al wel klachten aanwezig zijn, of moeten hart en bloedvaten door ouderdom zijn versleten. Overigens lijkt ons cholesterol ook seizoensafhankelijk. Dit kan volgens nieuw Braziliaans onderzoek betekenen dat mensen met een cholesterolwaarde die op de grens ligt, in de wintermaanden een verhoogd risico lopen op hart- en vaatziekten.