Hartpatiënten op de Camino de Santiago

Hartpatiënten die zich niet uit het veld laten slaan door hun medische dossiers en gewoon lekker de camino of andere langeafstandspaden gaan lopen. Ze bestaan. Waar halen ze de fysieke én mentale kracht vandaan? Hartpatiënten Nederland sprak met Nico, grotendeels solo onderweg, en Lilliane, die regelmatig met een groep op pad gaat.

NICO SLUTTER (67)

“Toegegeven, ik heb mijn hele leven veel gedaan aan mijn fysieke conditie. Ik bekleedde diverse leidinggevende functies bij de Nationale Politie dus dat moest ook wel. Rond de vijftig jaar, zat ik met een hectische baan nog midden in de rat race. Thuis was er een opgroeiend gezin. In 2005 moest ik na hartfalen gedotterd worden. Het drukte me met de neus op de feiten. Dat een mens niet te veel moet uitstellen. Ik nam meer tijd voor mijn gezin én voor de Camino de Santiago. Het zat al in mijn hoofd om die ooit eens te gaan doen. Met het ouder worden, wil je je wat meer bezinnen. Tijdens het dagenlange wandelen ben je alleen met basale dingen bezig: je oriëntatie, fysieke gesteldheid, eten en slapen. Dat geeft ruimte om over het leven na te denken. Wat doe ik? Is dit het? Na die eerste camino, de Francés, ben ik er meerdere gaan doen: de Del Norte en de Primitivo. Ik was eraan verslaafd geraakt.”

----

Als lid van Hartpatiënten Nederland heeft u onbeperkte toegang tot alle Premium-artikelen op hartpatienten.nl. Het enige wat u hiervoor hoeft te doen is inloggen op uw profiel. Het zijn artikelen waar we trots op zijn en die we graag met u als trouwe lezer delen.

Oktober blijft mijn maand!

Op de vraag hoe het met mij gaat, was er anderhalf jaar lang maar één antwoord passend: goed, heel goed. Ik genoot van alles. Nog steeds leek het zo te zijn dat ik grenzen aan het verleggen was.

Werken, thuiskomen, voor het eten zorgen, spelen met mijn bonuskinderen en daarna nog even bij een vriendin op visite een theetje drinken en bijkletsen. En dan met een goed gevoel en energie over, in bed stappen, om de dag daarna weer te gaan werken.

Tot maandag 17 oktober 2022. Aan het eind van de ochtend de huisarts gebeld, omdat ik het zo benauwd had. En aangezien ik voorafgaand aan het weekend last had van twee ontstoken ogen, keel- en oorpijn, had ik rekening gehouden met een longontsteking. En omdat ik naast hartpatiënt ook astmapatiënt ben, wilde ik er niet te lang mee wachten. In de middag nog een keer gebeld, want de klachten verergerden en ik kon niet meer wachten op de afspraak van dinsdag.

Ik mocht meteen komen. Mijn longen klonken schoon, 100% zuurstof, temperatuur en bloeddruk waren goed. Maar wel een zeer afwijkende hartslag. De huisarts heeft gelijk naar het ziekenhuis gebeld en ik moest mij melden bij de Eerste Harthulp. Ik had een zeer versnelde hartslag met veel extra overslagen. In rust was mijn hartslag tussen de 175 en 195. ’s Avonds met medicatie naar huis gestuurd. Maar 3,5 dag later weer in het ziekenhuis geweest voor een ECG. De ECG was nagenoeg hetzelfde als maandagavond, zonder medicatie. De medicatie is nu verdubbeld. Ik kan zeggen dat mijn hartslag wat rustiger lijkt, maar nog steeds niet stabiel is.

Het is nu afwachten op de oproep van de cardioloog om verder onderzoeken te laten doen, wachten op de uitslag en dan goed na te gaan denken en praten over een plan. Ik heb al een ablatie gehad in oktober 2017, oktober 2020 en in februari 2021. Blijkbaar een oplossing voor de korte termijn; maar wat is de oplossing voor de toekomst?

Identificeer de problemen, maar geef je kracht en energie aan de oplossing.
Want, het komt goed, beter dan ooit!

Ashley Verkerk

Ook op zoek naar lotgenotencontact? Check ons forum of onze besloten FB-groep.

Dit artikel verscheen eerder in het HPNLmagazine.

Hartchirurg Marc Buijsrogge stierf zelf aan hartaanval

Een hartchirurg die talloze mensen redt van de dood en dan zelf wordt getroffen door een hartstilstand: dat was het trieste lot van Marc Buijsrogge. Hij overleed op 29 januari 2020 – alleen thuis. Zijn vrouw Dorien Verloop, die psycholoog is, maakte zich zorgen over hun twee puberdochters. Zouden zij na dit grote verlies nog kunnen opgroeien tot gelukkige mensen?

 “Marc heeft heel veel pech gehad, het leven kan nu eenmaal hard zijn”, zegt Dorien. Tweeënhalf jaar na de dood van haar man, kan ze zich meer berusten in het noodlot dat hem trof. Marc Buijsrogge had pas sinds kort – op aandringen van zijn vrouw – besloten een vaste vrije woensdag te nemen. Terwijl Dorien naar haar werk ging en de kinderen naar school, bleef hij alleen thuis achter met de krant. Oudste dochter Anne vond haar vader toen ze uit school kwam. Reanimatie mocht niet meer baten. “Ik heb het daar wel moeilijk mee gehad”, vertelt Dorien. “Als ik niet had aangedrongen dat hij minder zou gaan werken, had hij misschien nog geleefd. Collega’s van Marc denken dat hij een goede kans had gemaakt als hij op het moment van de hartstilstand in het ziekenhuis was geweest. Marc was dag en nacht bezig om anderen te redden en op het moment dat hij zelf hulp nodig had, was er niemand voor hem.”

----

Als lid van Hartpatiënten Nederland heeft u onbeperkte toegang tot alle Premium-artikelen op hartpatienten.nl. Het enige wat u hiervoor hoeft te doen is inloggen op uw profiel. Het zijn artikelen waar we trots op zijn en die we graag met u als trouwe lezer delen.

Courgetti met kippendijen

Zin in een heerlijke courgetti met kippendijen? Maak dan eens dit heerlijke recept van Donna!

Hartpatiënten Nederland besteedt veel aandacht aan gezonde leefstijl. Medewerkster Donna geeft leefstijladvies aan donateurs. In deze kookvideo deelt zij het recept voor een heerlijke en gezonde Courgetti met kippendijen.

Benieuwd naar het recept? Klik hier en wij sturen het u toe!

Ons hart klopt voor alle hartpatiënten. Nu en in de toekomst. Helpt u ons? Ons hart klopt voor alle hartpatiënten. Nu en in de toekomst. Helpt u ons? Het delen van objectieve en onafhankelijke informatie vormt de basis van onze dienstverlening. Dat betekent gratis toegang tot alle openbare informatie op de website, inschrijven voor de digitale nieuwsbrief én deelname aan het forum voor contact met hartgenoten! Ook kunnen donateurs gratis deelnemen aan al onze Webinars. Inschrijven kan hier.  Daarnaast bieden we extra voordelen voor iedereen die de stichting ook financieel een warm hart toedraagt. Mogen we u ook verwelkomen als vriend, abonnee, supporter of steunt u ons liever met een losse gift?

Gepersonaliseerde voeding op basis van stofwisseling beter voor de gezondheid

Voor het eerst is er wetenschappelijk bewijs dat een gepersonaliseerd voedingspatroon, gebaseerd op iemands stofwisselingsprofiel, tot een betere gezondheid leidt. Dit is een belangrijke stap richting effectievere voedingsinterventies die gericht zijn op het verbeteren van de gezondheid en voorkomen van chronische ziekten.

Deze conclusie is gebaseerd op jarenlang onderzoek in een grootschalige publiek-private samenwerking binnen TiFN, waarin het Maastricht UMC+ (MUMC+) en Wageningen University & Research de krachten bundelden met diverse kennisinstellingen en bedrijven in de voedingsindustrie. Het onderzoek werd uitgevoerd onder leiding van hoogleraar humane biologie Ellen Blaak van het MUMC+.  De resultaten verschenen gisteren in het vooraanstaande wetenschappelijke tijdschrift Cell Metabolism.

Gepersonaliseerd voedingspatroon

In de praktijk wordt al vaak aangenomen dat gepersonaliseerde voeding positieve effecten heeft, maar zonder wetenschappelijk inzicht in de werking en effect van zo’n voedingspatroon. De onderzoekers ontwierpen daarom een studie waarin 242 onderzoeksdeelnemers een voedingsprogramma van drie maanden volgden, dat was aangepast aan hun stofwisselingsprofiel. De geadviseerde voeding voldeed aan de richtlijnen Goede voeding van de Gezondheidsraad. Voorafgaand aan en na dit programma werden de glucose- en vetstofwisseling en de gevoeligheid voor het hormoon insuline gemeten. Insuline speelt een belangrijke rol bij de regulatie van de suikerstofwisseling. Dit zijn belangrijke maatgevers voor het risico op diabetes en hart- vaatziekten. Het onderzoek was dus niet gericht op lichaamsgewicht en afvallen.

Stofwisselingsprofiel

De deelnemers aan het onderzoek werden ingedeeld in twee groepen op basis van hun stofwisselingsprofiel. Het functioneren van de stofwisseling verschilt namelijk per persoon. De indeling werd gebaseerd op hoe goed insuline zijn werk doet in de lever en in de spieren. Bij een verminderde werking van insuline zijn de cellen in het lichaam minder of niet goed in staat het suikergehalte in het bloed onder controle te houden, waardoor uiteindelijk diabetes type 2 en hart- en vaatzieken kunnen ontstaan. De deelnemers kregen vervolgens op basis van loting een gepersonaliseerd voedingsprogramma. Mensen die minder gevoelig waren voor de werking van insuline in de spieren bleken meer baat te hebben bij voeding die relatief hoog is in eiwit (bijvoorbeeld veel zuivel en noten) en voedingsvezels (bijvoorbeeld volkoren producten en groenten) en laag is in vet. De deelnemers met een verminderde werking van insuline in de lever hadden meer baat bij een voeding met veel enkelvoudig onverzadigde vetzuren (bijvoorbeeld veel olijfolie en noten).

Niet ziek, wel verhoogd risico op chronische ziekte

De proefpersonen hadden overgewicht (BMI boven 25 kg/m2) en verstoringen in de stofwisseling, maar nog geen diabetes of hart- en vaatziekten. Met gerichte interventies kunnen deze mensen de eigenschappen van hun stofwisseling verbeteren en daarmee het risico op chronische ziektes, zoals diabetes type 2, verlagen. Blaak: ‘Laten we bijvoorbeeld stilstaan bij diabetes: één van de meest voorkomende chronische ziektes. Zo’n 1,2 miljoen Nederlanders hebben het en wekelijks komen er ongeveer 1000 diagnoses bij. Er is dus grote behoefte aan preventieve interventies, die bewezen de gezondheid van mensen verbeteren en het risico op diabetes én andere chronische ziekten verminderen.’

Persoonsgebonden interventies

Het onderzoek opent de weg richting meer persoonsgebonden interventies, aldus Blaak: ‘Dit is de eerste studie die aantoont dat het afstemmen van voeding op iemands stofwisselingstype meer verbetering geeft in gezondheid dan wanneer de algemene voedingsadviezen worden gevolgd. Deze stofwisselingstypes kunnen bepaald worden op basis van een eenvoudige suikertest. Dit biedt perspectief voor toepassing in de praktijk binnen afzienbare tijd. In vervolgonderzoek willen we meer typen stofwisselingseigenschappen bepalen en ook nader onderzoek doen hoe die beïnvloed kunnen worden met voedings- en leefstijlinterventies. Ook zullen de testen, die deze eigenschappen meten, verder ontwikkeld moeten worden. Mogelijk zelfs tot een eenvoudige diagnostische of zelftest. Dit betekent dat op de wat langere termijn mensen op basis van hun eigen gezondheidshandtekening meer persoonlijke voedingsbegeleiding kunnen krijgen of voedingskeuzes kunnen maken, waarmee ze hun gezondheid kunnen verbeteren en chronische ziekten kunnen voorkomen.’

Samenwerking

Dit project is uitgevoerd binnen TiFN, een publiek-private samenwerking voor precompetitief onderzoek op het gebied van voeding en gezondheid. Financiering voor dit onderzoek is verkregen van de industriële partners DSM Nutritional Products, FrieslandCampina en Danone Nutricia Research en AMRA Medical AB en van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek. Academische partners waren Maastricht University Medical Center+, Wageningen University en Radboud University Medical Centre.

Beluister ook het interview met prof. Ellen Blaak bij BNR Nieuwsradio!

Bron: Maastricht UMC+

Doe mee met de Nationale Cholesterol Test!

Hoogleraar Cardiologie Leonard Hofstra is woensdag 4 januari begonnen met een interessant onderzoek: de Nationale Cholesterol Test. Onder meer via onze stichting roept hij mensen op daaraan mee te doen.

Wat is er aan de hand? Met name de kersttijd is volgens Hofstra desastreus voor het cholesterolgehalte in ons bloed, door het vele en vette, suikerrijke eten en nuttigen van alcohol. Daarnaast word je er snel dikker van, en het duurt maanden om daar weer van af te komen, aldus Hofstra.

Van eventjes te veel cholesterol word je niet ziek, maar als het lange tijd aanhoudt, is het beter statines te slikken. Maar dan wel in combinatie met een gezonde leefstijl. Omdat alleen bouwen op een gezonde leefstijl in onze samenleving, waar overal eten om ons heen is, bijna niet vol te houden is, is medicatie vaak noodzakelijk. “Maar dan wel in combinatie met gezonde voeding, dan kan de medicatie laag gehouden worden en zijn er minder bijwerkingen”, legt Hofstra uit.

Hij wil graag weten hoe Nederlanders hierover denken. Vandaar dat hij de enquête ontwikkelde. Met de oproep daaraan mee te doen.

Zoals bekend staat Hartpatiënten Nederland kritisch jegens het slikken van cholesterol medicatie. Met name vanwege de vele bijwerkingen, zoals het veroorzaken van diabetes. Althans er zijn onderzoekers die dit stellen. Wat vindt u van statines, gebruikt u ze, of juist niet. “We hopen dat ook mensen die kritisch staan jegens het slikken van cholesterolverlagers een tegengeluid laten horen in onze enquête”, legt Hofstra uit. “We willen dat kritische mensen zich gehoord voelen, ze krijgen in het onderzoek de ruimte om hun mening te geven.”

Meedoen aan de enquête kost ongeveer een kwartier. Wilt u meedoen? Klik dan hier.

"*" geeft vereiste velden aan

Wat vindt u ervan dat HPNL meewerkt aan de enquête van Leonard Hofstra?*

Mechanische hartklep

Al haar hele leven heeft Mirjam Oerlemans (57) klachten. Ze is geboren met een hartafwijking: een bicuspide aortaklep. Door de jaren heen ging Mirjam steeds verder achteruit, waardoor haar vorig jaar een risicovolle operatie te wachten stond. Ze had afscheid genomen van haar familie en al, maar wist wonder boven wonder goed uit de operatie te komen.

Vroeger al kon Mirjam nooit meekomen met leeftijdsgenoten. Gingen zij een stukje rennen, was zij in een mum van tijd moe. Ze was nog maar zestien jaar toen ze haar eerste hartaanval kreeg en net de twintig gepasseerd toen het opnieuw fout ging met haar hart. “Ik stond altijd onder controle, maar er werd verder nooit echt actie ondernomen. Echter lieten nieuwe onderzoeken en technieken door de jaren heen zien dat ik steeds meer defecten aan mijn hartklep had. Maar mijn annulus, waar een eventuele nieuwe hartklep in zou moeten komen, bleek te klein en vervormd te zijn. Daardoor zou er volgens artsen nooit een klep in kunnen die ervoor zou zorgen dat ik weer normaal functioneerde.”

(meer…)

Maakt het uit ‘wat voor’ hartinfarct ik heb gehad?

Regelmatig zit er een patiënt tegenover me die me vraagt of hij/zij echt een hartinfarct heeft gehad. In veel gevallen is er onduidelijkheid, waarbij sommige mensen hebben gehoord dat ze een schampschot hebben en anderen een ernstig infarct. Maar wat is dat nou precies, een hartinfarct?

Een hartinfarct is de medische beschrijving voor het afsterven van een deel van de hartspier door onvoldoende aanvoer van ‘voedingsstoffen’ (vooral zuurstof) via de bloedvaten naar het hart. Een hartinfarct kan in zoverre zowel het gevolg zijn van te weinig aanbod in absolute zin, als van een relatief te grote vraag.

Een klassiek hartinfarct is het gevolg van te weinig aanbod van bloed via een toevoerend bloedvat (in het geval van het hart: een probleem met de kransslagvaten of coronairarteriën). Hierbij is het aanvoerende bloedvat om een of andere reden vernauwd (stenotisch). Het bekendste voorbeeld is een bloedvat dat is afgesloten door aderverkalking en/of een bloedpropje. Hoe groter het afgesloten bloedvat en des te ernstiger de vernauwing c.q. hoe langer het dicht heeft gezeten, des te groter de kans op een groot hartinfarct. Deze groep patiënten geven we levenslang tenminste een cholesterolverlager en een bloedverdunner, maar vaak hebben ze aanvullende medicatie nodig, bijvoorbeeld voor andere risicofactoren zoals een te hoge bloeddruk.

In zeldzamere gevallen is er bijvoorbeeld sprake van een spastisch bloedvat of een scheurtje (dissectie) van een kransslagvat, waardoor er onvoldoende bloed doorheen kan stromen. Dit zien we vaker bij vrouwen en bij jongere mensen. Ook hier geldt: hoe groter het vat en des te meer en des te langer het dichtzit of heeft gezeten, hoe groter de kans op een groot hartinfarct. Deze hartinfarcten zijn veel complexer te behandelen, want de oorzaak ligt vaak niet in een hoog cholesterol of een bloedpropje. Deze patiënten hebben een geïndividualiseerd behandelplan nodig.

Soms is er geen sprake van een vernauwing, maar is het hartinfarct het gevolg van een relatief te grote ‘vraag’ naar zuurstof/voedingsstoffen vanuit het hart. Denk hierbij aan iemand die bijvoorbeeld een hele zware fysieke inspanning (een marathon) of mentale stress (een heftige ruzie) ondergaat. In dit geval zijn de bloedvaten voldoende of zelfs helemaal goed doorgankelijk. Deze groep patiënten heeft vrijwel altijd een zogenaamd ‘schampschot’ omdat er geen bloedvat heeft dichtgezeten. Bij deze patiënten zijn aderverkalking en/of bloedpropjes eveneens zelden de hoofdoorzaak. Ook in dit geval is een geïndividualiseerd behandelplan, bijvoorbeeld met een sportadvies of psychosociale begeleiding, daarom minstens zo belangrijk als een medicamenteuze behandeling.

Remko Kuipers: Scheid het kaf van het koren

Mensen met een hoog gehalte aan omega-3 in hun bloed hebben de laagste kans op hart- en vaatziekten en een dodelijk hartinfarct. Het meervoudig onverzadigde omega-3 vet biedt in onderzoek maar liefst een risicoverkleining van 90 procent! De aanbeveling om regelmatig vette vis te eten komt dus niet uit de lucht vallen. Maar niet iedereen eet vis en veel mensen krijgen omega-3 vetten vooral binnen door te suppleren. Klinkt goed, maar er zit een behoorlijk addertje onder het gras. Sommige fabrikanten van supplementen maken er een potje van. De soms bizar goedkope prijzen doen bij mensen die er verstand van hebben de wenkbrauwen fronsen. Waar komen die supplementen vandaan? En wat zit erin? De pillen kunnen namelijk vervuild zijn met giftige stoffen, omdat ze slordig geproduceerd en vervolgens niet getest zijn. Daarom zijn ze ook zo goedkoop.

Cardioloog Remko Kuipers waarschuwt voor stuntaanbiedingen en goedkope merken. “Het probleem zit ‘m hierin: anders dan bij medicijnen zijn supplementen niet strikt door de overheid gereguleerd. Als bijvoorbeeld het ene potje 5 euro kost en het andere 1,50 euro, kan de goedkopere wellicht zo goedkoop zijn, omdat er veel minder omega-3 in zit dan het potje suggereert, of omdat het supplement niet op zuiverheid getest is en de capsule dus behalve omega-3 vet ook allerlei vervuiling kan bevatten. Omega-3 komt van visvet, en als vis rot is, dan ruik je het geoxideerde vet. Welnu, het kan zijn dat sommige fabrikanten geoxideerd vet in een capsule stoppen. Dat ruik je dan niet meer omdat er een coating overheen zit, zodat je ook die rotte vis niet meer proeft. Maar in tegenstelling tot de normale omega-3 vetten zijn geoxideerde omega-3 vetten helemaal niet zo gezond.”

Vetten

“Ons eten bestaat wat betreft de calorieën die we consumeren uit drie zogenaamde macronutriënten: koolhydraten, eiwitten en vetten”, legt Kuipers uit. “Bij die vetten heb je verzadigde en onverzadigde vetten, en die onverzadigde vetten vallen weer in twee categorieën uiteen: enkel en meervoudig onverzadigd. De meervoudig onverzadigde vetten kunnen vervolgens weer worden onderverdeeld in twee categorieën: omega-3 en omega-6. Die hebben tegengestelde werkingen en moeten daarom goed in balans zijn. Zo bevordert omega-6 vet ontstekingen, verhoogt het de bloeddruk en maakt het bloed dikker. Omega-3 beschermt en remt juist ontstekingen, verlaagt de bloeddruk en verdunt het bloed.”

“Hoe zijn ze daarachter gekomen”, gaat Kuiper verder. “Studies onder Eskimo’s, Inuit worden ze genoemd tegenwoordig, toonden aan dat zij makkelijk bloedend tandvlees hadden, maar geen hart- en vaatziekten. Hoe kwam dat? Omdat ze geen honden of koeien aten, maar zeehonden en zeekoeien, waarin veel omega-3 zit. In de jaren nadien volgden  meerdere grote onderzoeken waaruit bleek dat mensen met de meeste omega-3 in hun bloed de laagste kans op hart- en vaatziekten hebben.”

Lobby

“Maar in het cardiologische wereldje heeft dit besef nog geen vaste voet aan de grond gekregen. En waarom niet: vette vis is niet te patenteren, je kunt geen vette vis op doktersrecept krijgen. Hoewel dus de preventieve rol van omega-3 veelvuldig bewezen is gaat het hierbij niet om medicijnen, waardoor de lobby voor dit product en het gebruik ervan, lang zo sterk niet zijn.”

“En dat terwijl omega 3-vetten tenminste in de buurt komen van wat cholesterolverlagers feitelijk doen: ze bieden bescherming tegen hart- en vaatziekten. Ook als supplement.”

“Bij een hartinfarct worden statines, aspirientjes en ACE-remmers voorgeschreven. Die drie geneesmiddelen hebben in feite precies dezelfde drie eigenschappen die omega-3-vetten ook hebben! Waarom schrijven cardiologen dan niet dát recept voor? Dat komt omdat het geen medicijn is en omdat patiënten er zelf voor moeten betalen. Dus doen ze dat niet. Bovendien is het onmogelijk om omega-3 vetten in een 1-op-1 studie te vergelijken met statines, aspirientjes en/of ACE-remmers, want zo’n studie zou meteen als onethisch worden weggezet (in ieder geval door de farmaceutische industrie).”

Screenen

EPA en DHA zijn de belangrijkste en bekendste omega-3 vetten. Amerikaanse onderzoekers hebben van dat EPA onlangs een speciaal molecuul gemaakt, en vervolgens gepatenteerd. Eenmaal gepatenteerd is het na toelating een medicijn, maar het is nog niet op de Europese markt toegelaten. Dat EPA-medicijn biedt 30 procent reductie op hart- en vaatziekten. “Dat lijkt mij genoeg reden om cardio-patiënten te laten denken over hoeveel omega-3 ze eten en hoeveel ze ervan in hun bloed hebben”, zegt Kuipers. “Want niet iedereen neemt dat vet even makkelijk op. Mensen met een omega-3-vetgehalte (een omega-3 index) van 9 tot 11 procent in hun bloed lopen de laagste kans op een hartinfarct, sterfte of hart- en vaatziekten. Maar je moet er niet te veel van in je bloed hebben: dat doet juist weer de kans op boezemfibrilleren toenemen. Om mensen daartegen te beschermen zou je de mogelijkheid moeten bieden om mensen te screenen op hun omega-3-status. Dat doet nog praktisch niemand, terwijl dit een sterkere risicovoorspeller voor hart- en vaatziekten lijkt te zijn dan cholesterol! Het is toch te gek dat we wel bloeddruk en cholesterol meten, maar niet die omega-3 index? Bij je huisarts kun je momenteel geen omega-3-status aanvragen.”

Meten

Samengevat pleit Kuipers ervoor dat de overheid de mogelijkheid creëert dat mensen hun omega-3-status kunnen laten meten en het eten van (vette) vis stimuleert en als alternatief het gebruik van omega-3-supplementen. Daarbij moet er dan wel een garantie zijn dat de omega-3-supplementen getest zijn. “Momenteel is de wetgeving rond omega-3-oxidatie zo matig dat in supplementen de kans op vervuiling sterk aanwezig is”, aldus Kuipers. “Sommige fabrikanten tonen al heel netjes hun TOTOX-waarde, ofwel de mate waarin de omega-3 vetten geoxideerd zijn. Dit zou niet optioneel, maar verplicht moeten zijn.”

Demoniseren van supplementen

Wat Kuipers betreft verdienen micronutriënten (vezels, vitaminen en mineralen) in hun algemeenheid meer aandacht, van arts en overheid. “In Nederland lopen grote groepen mensen dagelijks met tekorten van deze essentiële voedingsstoffen rond, doordat ze onvoldoende (gezond) eten.’ De grote onderzoeksinstituten (zoals CBS en RIVM) hebben dit al herhaaldelijk aangetoond, maar gezonde voeding is een ‘vrije keuze,’ het testen van deficiënties bij ‘gezonde’ mensen is ‘not done’. Supplementen zijn in de artsengemeenschap de afgelopen jaren vakkundig gedemoniseerd waardoor er vrijwel geen bijscholing over te volgen is, want die worden niet geaccrediteerd. En dus durft geen arts ze nog aan te raden. Als de overheid meer wil inzetten op preventie, zou het niet meer dan logisch zijn om juist bij ogenschijnlijk gezonde mensen eens te testen in hoeverre zij werkelijk gezond zijn en daar dan ook actie op te ondernemen. Dat betekent ook dat supplementen aan dezelfde voorwaarde zullen moeten voldoen als medicatie, behalve dan aan die belachelijk hoge prijzen die – zolang er een patent aan hangt natuurlijk – gevraagd kunnen worden.”

Tekst: Henri Haenen
Beeld: Remko Kuipers

Dit artikel verscheen eerder in het HPNLmagazine.

Jopen brengt koolhydraatarm bier op de Nederlandse markt

 

Hij was in Amerika toen Michel Ordeman, eigenaar van Jopen, voor het eerst te maken kreeg met het fenomeen koolhydraatarm bier. Dat kwam, voor zover hij wist, in Nederland nog helemaal niet voor. Het idee om zélf koolhydraatarm bier te gaan brouwen, werd dan ook geboren.

Bier met weinig koolhydraten: het klinkt misschien te mooi om waar te zijn. Toch is het Jopen inmiddels gelukt om - als eerste op de Nederlandse markt - twee koolhydraatarme varianten te brouwen. “In Amerika zijn ze veel meer bezig met dit soort dingen, dus bijvoorbeeld met de hoeveelheid koolhydraten en calorieën in een product”, vertelt Michel. “Maar dat kunnen wij hier natuurlijk ook. De uitdaging zit ‘m dan niet alleen in hoe je bier met minder koolhydraten kunt brouwen, maar vooral in hoe je ervoor zorgt dat het tóch vol van smaak blijft. Hoe meer koolhydraten je er namelijk uithaalt, hoe leger de smaak wordt. Dan moet je dus zorgen dat je voldoende andere smaken toevoegt om het bier toch lekker te houden.”

----

Als lid van Hartpatiënten Nederland heeft u onbeperkte toegang tot alle Premium-artikelen op hartpatienten.nl. Het enige wat u hiervoor hoeft te doen is inloggen op uw profiel. Het zijn artikelen waar we trots op zijn en die we graag met u als trouwe lezer delen.