default-header
HomeNieuwsMaakt het uit ‘wat voor’ hartinfarct ik heb gehad?

Maakt het uit ‘wat voor’ hartinfarct ik heb gehad?

Columns

donderdag 5 januari 2023, door Hartpatiënten Nederland

Regelmatig zit er een patiënt tegenover me die me vraagt of hij/zij echt een hartinfarct heeft gehad. In veel gevallen is er onduidelijkheid, waarbij sommige mensen hebben gehoord dat ze een schampschot hebben en anderen een ernstig infarct. Maar wat is dat nou precies, een hartinfarct?

Een hartinfarct is de medische beschrijving voor het afsterven van een deel van de hartspier door onvoldoende aanvoer van ‘voedingsstoffen’ (vooral zuurstof) via de bloedvaten naar het hart. Een hartinfarct kan in zoverre zowel het gevolg zijn van te weinig aanbod in absolute zin, als van een relatief te grote vraag.

Een klassiek hartinfarct is het gevolg van te weinig aanbod van bloed via een toevoerend bloedvat (in het geval van het hart: een probleem met de kransslagvaten of coronairarteriën). Hierbij is het aanvoerende bloedvat om een of andere reden vernauwd (stenotisch). Het bekendste voorbeeld is een bloedvat dat is afgesloten door aderverkalking en/of een bloedpropje. Hoe groter het afgesloten bloedvat en des te ernstiger de vernauwing c.q. hoe langer het dicht heeft gezeten, des te groter de kans op een groot hartinfarct. Deze groep patiënten geven we levenslang tenminste een cholesterolverlager en een bloedverdunner, maar vaak hebben ze aanvullende medicatie nodig, bijvoorbeeld voor andere risicofactoren zoals een te hoge bloeddruk.

In zeldzamere gevallen is er bijvoorbeeld sprake van een spastisch bloedvat of een scheurtje (dissectie) van een kransslagvat, waardoor er onvoldoende bloed doorheen kan stromen. Dit zien we vaker bij vrouwen en bij jongere mensen. Ook hier geldt: hoe groter het vat en des te meer en des te langer het dichtzit of heeft gezeten, hoe groter de kans op een groot hartinfarct. Deze hartinfarcten zijn veel complexer te behandelen, want de oorzaak ligt vaak niet in een hoog cholesterol of een bloedpropje. Deze patiënten hebben een geïndividualiseerd behandelplan nodig.

Soms is er geen sprake van een vernauwing, maar is het hartinfarct het gevolg van een relatief te grote ‘vraag’ naar zuurstof/voedingsstoffen vanuit het hart. Denk hierbij aan iemand die bijvoorbeeld een hele zware fysieke inspanning (een marathon) of mentale stress (een heftige ruzie) ondergaat. In dit geval zijn de bloedvaten voldoende of zelfs helemaal goed doorgankelijk. Deze groep patiënten heeft vrijwel altijd een zogenaamd ‘schampschot’ omdat er geen bloedvat heeft dichtgezeten. Bij deze patiënten zijn aderverkalking en/of bloedpropjes eveneens zelden de hoofdoorzaak. Ook in dit geval is een geïndividualiseerd behandelplan, bijvoorbeeld met een sportadvies of psychosociale begeleiding, daarom minstens zo belangrijk als een medicamenteuze behandeling.


Geef een reactie