Tegen een burn-out aan

Kent u deze nog: “Opzij, opzij, opzij, maak plaats, maak plaats, maak plaats, wij hebben ongelofelijke haast. Opzij, opzij, opzij, want wij zijn haast te laat, wij hebben maar een paar minuten tijd. We moeten rennen, springen, vliegen, duiken, vallen, opstaan en weer doorgaan. We kunnen nu niet blijven, we kunnen nu niet langer blijven staan…”? Herman van Veen zong eind jaren zeventig over het alledaagse, maar drukke leven. Anno 2019 lijkt er niets veranderd. Sterker nog, het aantal burn-outs neemt toe. En blijft maar toenemen. Maar hoe te voorkomen?

Zoals van Veen zong, we willen van alles, waardoor van alles moet, maar eigenlijk lopen wij onszelf voorbij. Aangezien we in het begin van het nieuwe jaar zijn, doet zich een ideale gelegenheid voor om te relativeren. Dus trek aan uw spreekwoordelijke rem, doe een stap terug en vraag uzelf af: ‘Draai ik op mijn reserves?’

Een burn-out

Letterlijk betekent burn-out ‘opgebrand’. En in feite is daarmee alles gezegd. Bij een burn-out bent u overbelast, raakt u het overzicht kwijt en verliest u de grip. Een tijdlang te veel spanning (stress) zorgt voor psychische en lichamelijke klachten die u belemmeren in uw functioneren. U raakt overspannen door een combinatie van verplichtingen, problemen en gebeurtenissen. Maar wanneer klachten maandenlang aanhouden en overgaan in algehele (emotionele) uitputting, heeft u een burn-out. Klachten zoals uitputting, moeheid en slaapproblemen horen bij een burn-out, net zoals concentratieproblemen, prikkelbaarheid en piekeren.

Het herstel

Herstellen van een burn-out verloopt in drie fases. De eerste fase is gericht op inzien en accepteren. Zodra u accepteert dat u een burn-out heeft, kunt u pas rust nemen en ontspannen. Daarna gaat u oorzaken analyseren en oplossingen bedenken, en tot slot is het zaak om de bedachte oplossingen uit te voeren. Maar herstellen doet u niet alleen, zorgverleners begeleiden u hierin en behandelen waar nodig. De huisarts, bedrijfsarts en psycholoog of een maatschappelijk werker, zijn over het algemeen direct betrokken. En wist u dat blijven bewegen een positieve uitwerking heeft op het verminderen van stressklachten? Daarnaast helpt (blijven) werken eveneens bij het herstel.

Even ontspannen

Een stelregel voor ontspannen is er niet, want ontspannen is voor iedereen anders. Blijf dicht bij uzelf en zoek hetgeen bij u past. Voor sommigen zijn dat rustige bezigheden, terwijl anderen het liefst activiteiten ondernemen en met hun handen bezig zijn. Een boek lezen, muziek luisteren of televisie kijken kunnen ontspannend werken. Anderen zweren bij beweging zoals wandelen, hardlopen of sporten. En weer anderen vinden rust in ontspanningsoefeningen zoals yoga. Blijft u in uw hoofd zitten? Mindfulness of een variatie daarop kan helpen om te ontspannen.

Feiten & Cijfers

  • 29 procent van de Nederlanders is zeer vermoeid.
  • 14 procent kampt met verschijnselen van een burn-out.
  • 12 procent heeft milde psychische stoornissen.
  • 4 procent heeft ernstige mentale stoornissen.
  • Bovenstaande klachten kunnen op den duur leiden tot psychisch verzuim.
  • De grootste redenen voor langdurig psychisch verzuim in Nederland zijn: angst, depressie en burn-out.
  • De drie meest voorkomende klachten zijn: niet goed kunnen slapen, piekeren en te veel stress.
  • Meer dan een miljoen mensen loopt jaarlijks het risico op een burn-out en andere werkgerelateerde psychische aandoeningen.
  • 1 miljoen Nederlanders heeft last van burn-out klachten.
  • 1 op de 7 werknemers heeft last van burn-out klachten.
  • 36% van het werkgerelateerde ziekteverzuim ontstaat door werkstress. Dat zijn 7.555.000 verzuimdagen.
  • Jonge werknemers van 25 tot 35 hebben relatief veel burn-out klachten, namelijk 17%. Oftewel, 240.000 werknemers.
  • Een werknemer die uitvalt met een burn-out, zit gemiddeld 242 dagen thuis.
  • Bij uitval door spanningsklachten duurt het verzuim gemiddeld 167 dagen.
  • Een werknemer die uitvalt met overspannenheid moet een werkgever gemiddeld 183 dagen missen.
  • Vrouwen verzuimen langer dan mannen.
  • Stress op de werkvloer is volgens het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid beroepsziekte nummer 1.
  • Van het langdurig verzuim wordt 20% veroorzaakt door stress.
  • Gelukkige werknemers (gezond en vitaal) zijn 15 tot 20 procent meer productief.

Bron: Trimbos Instituut, ArboNed & Arboportaal

HartbrugReizen

Even helemaal weg van alledaagse bezigheden en uzelf terugtrekken? Wellicht is het dé ontspanning die u zoekt! Met HartbrugReizen gaat u in groepsverband op reis, maar met tijd voor uzelf. Een zorgeloze reiservaring waarin aan alles is gedacht, zelfs aan net dat beetje meer. Immers, een ongeluk zit in een klein hoekje. Oftewel, een georganiseerde reis met begeleiding waardoor u met een gerust hart reist!

Kijk voor een overzicht van onze reizen op www.hartbrugreizen.nl

voor meer artikelen over o.a mentale vitaliteit klik hier

Hans Kazàn: als de prut uit de slangetjes is, kun je weer even mee

Voor goochelaar en tv-presentator Hans Kazàn (65) is werken een hobby. Na een hartaanval in 2011 ging hij daar volop mee door. In de oude auto waren wat slangetjes vervangen en klaar, aldus nuchtere Hans. Een jaartje terug gooide hij wel zijn dieet om. In zijn blokhut in de Spaanse bergen vertelt hij waarom.

Wat gebeurde er in 2011 precies?

Ik reed ’s ochtends vanuit Amsterdam op de snelweg. Plots stonden de zweetdruppels op mijn hoofd en voelde ik druk op mijn borst. Zulke symptomen waren totaal nieuw voor me, maar ik wist wel dat het niet verantwoord was om zelf een ziekenhuis te zoeken. Langs de weg heb ik gebeld bij zo’n paal. In het ziekenhuis werd ik gedotterd en kreeg ik twee stents. Een bloedprop in twee aderen had de bloedtoevoer belemmerd. Na twee dagen op de intensive care voelde ik me redelijk oké en had om mijn telefoon en agenda gevraagd zodat ik kon doorwerken. De dokter riep dat ik rust moest houden, maar werken is mijn hobby en juist goed voor mij. Ik was ook niet extreem moe na het voorval.

Wat voor traject heb je na je ontslag in het ziekenhuis doorlopen?

Ik ben nog één keer naar de controle gegaan. Ik heb op zo’n testfiets gezeten, maar de uitslag van dat onderzoek zegt niks. Mijn hartklachten zijn nooit meer teruggekomen. Natuurlijk is er de gebruikelijke medicatie.

Deed je na de hartaanval iets anders dan voorheen?

Nee, ik ging door als voorheen. Ik moet werken, omdat ik het fijn vind. Natuurlijk is het soms ook zwaar. Optreden is het topje van de ijsberg. Als ik op het podium sta, ben ik relaxed. Je kunt doen wat je wilt. Maar er zit zoveel omheen. Je moet jezelf verkopen, je bent ondernemer. Problemen horen er soms bij. Die zijn wel echt slecht voor je hart. Je kunt ze helaas niet minimaliseren, maar wel proberen er zo relaxed mogelijk mee om te gaan. Dat gaat makkelijker met het ouder worden. Het heeft geen zin je druk te maken. Bepaalde dingen zijn altijd zo geweest. Het schilderijlijstje wisselt door de eeuwen, maar de basis van mensen, de onderlinge verhoudingen, blijven hetzelfde.

De afgelopen twee jaar had je wel opnieuw gezondheidsklachten.

Ja, ik was steeds zo ziek en moest overgeven voor ik het podium opging. Geen idee wat er aan de hand was. Uiteindelijk bleek ik diabetes 2 te hebben en heftig ook. Ik had het veel te ver laten komen. Ik kreeg pilletjes, Trulicity en insuline. Dat hielp, medisch gezien dan. De bloedsuikerwaarden gingen omlaag, maar ik voelde me vreselijk. Ik reageerde anders op dingen en mensen. Ik was een andere Kazàn. Ik haat medicatie. Ik doe er alles aan om dat te verminderen. Toen kwam er een koolhydraten- en suikervrij dieet op mijn pad en dacht meteen: dat gaan we doen. Op eigen houtje. Samen met mijn vrouw Wendy. Ja, ik ben wel eigenwijs. We kochten ook het boek over het Pioppi-dieet. De manier van eten is totaal anders, het is even wennen, er zijn mensen voor en tegen, maar het werkt grandioos voor mij. Na een aantal weken duikelden de bloedsuikerwaarden naar beneden. De insuline staat nu bijna op 0, da’s toch magie?

Ik ben trouwens ook minder gaan roken en sinds kort ben ik helemaal gestopt. Ik zou wel meer moeten bewegen nog. Ik zit achter de computer, stap in de auto. Wendy sleurt me soms wel mee om te gaan lopen.

Kijk je nu anders tegen het leven aan?

Uiteindelijk ben ik dezelfde Hans gebleven. Bij de pakken neerzitten is niets voor mij. We wonen ver van de bewoonde wereld, in het bergachtige achterland tussen Marbella en Málaga. Je hoort wat vogeltjes, er lopen paarden en geiten, het vuurtje brandt. Dan denk ik: wat heb ik een heerlijk leven. Goed, je hebt niet alles in de hand. Zodra je merkt dat veters strikken moeilijker gaat, weet je dat je ouder wordt. Dat is nu eenmaal zo. Maar je moet zo blij mogelijk zijn.

Heb je tips voor andere hartpatiënten?

Je moet vooral relaxed met je ziekte omgaan. Als je je door angst laat leiden, durf je geen stap meer te zetten. Als ik tegen de berg oploop, ben ik snel buiten adem, maar ik heb geen heel beste  conditie. Ik maak me er geen zorgen over. Ik ben een oude auto en er zat wat olieprut in de slangetjes. Nu het probleem verholpen is, kan ik weer even mee. Daar moet je op vertrouwen.\

voor meer artikelen over o.a BNers klik hier

Ga jij mee wandelen, joggen of hardlopen?

Het nieuwe jaar is begonnen en traditiegetrouw staan de goede voornemens voor de deur. Een van de meest voorkomende is uiteraard meer bewegen. Kijk jij er nu al tegenop? Onnodig! Want samen bergen verzetten, gaat veel gemakkelijker. En daarom helpt Young & Yearning jou vooruit!

We weten inmiddels wel hoe belangrijk het is om dagelijks voldoende te bewegen, maar we gaan er toch nog even verder op in. Vooral hart- en vaatpatiënten zijn gebaat bij bewegen. Want bewegen draagt bij aan het up and running houden van lichaam en geest. De doorbloeding van het hart en bloedvaten wordt bevorderd en het vernauwingsproces in de kransslagaders wordt afgeremd. Dus laten we bewegen, maar opbouwend en bewust!

Wandelen

Bewegen ziet iedereen anders, maar als jij moeite hebt jezelf ertoe aan te zetten, begin klein en bouw op. Waarom? Door bewust, letterlijk en figuurlijk, steeds een stap vooruit te doen, is de kans klein(er) dat je na verloop van tijd opgeeft. Integendeel! Dus laat intensieve trainingen achterwege, en begin met wandelen. Voor wandelen zijn geen dure materialen nodig of een kostbaar lidmaatschap, maar belangrijker nog: het is een van de makkelijkste en veiligste manieren van bewegen. En wandelen is niet per definitie gekoppeld aan een streng schema, want bewegen is al de wandeling na het avondeten in plaats van onderuit op de bank te gaan liggen. Lopen in plaats van de auto pakken of op z’n minst de auto verder weg parkeren en een halte eerder op- of uitstappen wanneer je met het Openbaar Vervoer reist. Daarnaast is wandelen ideaal om alleen te doen, of juist samen en in groepsverband.

Joggen

Heb jij eenmaal het wandelen onder de knie? Kijk verder en probeer eens te joggen. Joggen is een stap tussen wandelen en hardlopen in en ideaal om geleidelijk een betere conditie op te bouwen. En kan jouw uithoudingsvermogen een boost gebruiken? Mooi, want met joggen train jij ook om langer hetzelfde tempo aan te houden. Onder andere vanwege het snellere tempo en de grotere aanslag op jouw lichaam, is de kans op blessures groter. Dus begin rustig en breid uit. Vooral in het begin is een intervaltraining waarbij je afwisselt tussen wandelen en joggen een goede zet. Wil jij heel graag joggen, maar twijfel jij in hoeverre jouw hart dit toelaat? Overleg met jouw behandelend arts en/of cardioloog en schakel bij groen licht de hulp van bijvoorbeeld een fysiotherapeut in om een wandel- en jogschema voor je op te stellen.

Hardlopen

Na wandelen en joggen komt hardlopen, maar hardlopen is van een heel ander kaliber. Officieel is het een vorm van atletiek en dat is het niet zomaar. Bij hardlopen probeer jij jezelf steeds te verbeteren door onder andere grotere afstanden af te leggen in combinatie met sneller te rennen. En daarvoor is een goede basis nodig, met name wanneer jij geen getrainde sporter bent en jouw lichaam het af en toe laat afweten. Dus begin altijd met wandelen en joggen en bouw het hardlopen langzaam op, maar alleen als jouw hart het toelaat.

10 redenen om nu te gaan wandelen, joggen en hardlopen

  1. Slechts dertig minuten wandelen per dag verlaagt de kans op hart- en vaatziekten, maar ook ouderdomsziekten. Althans volgens bepaalde onderzoeken… dus neem het zekere voor het onzekere, want baat het niet, schaadt het niet.
  2. 000 stappen per dag is volgens de Japanse arts Yoshiro Hatano de minimale hoeveelheid dagelijkse beweging die wij nodig hebben voor een betere gezondheid. Wees gerust, het is geen onmogelijke opgave, met ongeveer dertig minuten stevig doorwandelen, zit je op ongeveer 5.000 voetstappen. De rest van de stappen zet je gedurende de dag: thuis, op het werk, met boodschappen doen, tijdens het reizen en in je vrije tijd. Dus let’s go…
  3. Wandelen, joggen of hardlopen? Het maakt niet uit voor de nachtrust. Alle vormen hebben een positieve uitwerking op het slapen.
  4. Daarnaast heeft het een positieve uitwerking op je geest door de aanmaak van bepaalde lichaamsstoffen waardoor jij je beter voelt. O happy day…
  5. Ook is uit onderzoek door de Universiteit van Cambridge gebleken dat sporten een positieve uitwerking heeft op het geheugen en dementie-symptomen vermindert.
  6. Wandelen, joggen en hardlopen versterken spieren en botten in onder andere het bovenlichaam. Het heeft dus vele lichamelijke voordelen, waaronder een positieve uitwerking op rug en benen!
  7. Je wilt resultaten zien? En het liefst snel… pas op! Want de kans op blessures neemt toe wanneer je te vaak, te veel en te snel traint, dus doe het rustig aan en bouw op!
  8. Verder heeft (hard)lopen mogelijk een positief effect op het tegengaan van verschillende oorzaken van hartaandoeningen, zoals het verlagen van de bloedruk, maar ook het verminderen van aderverkalking, verlaging van het cholesterolgehalte en het overtollig vet.
  9. Tevens kan hardlopen een positieve uitwerking hebben op jouw hartspier. Het kan deze versterken en een sterkere hartspier betekent een mogelijke, vergrote capaciteit om zuurstof door het lichaam te pompen.
  10. En tot slot one for the ladies… hoogstwaarschijnlijk is de menopauze nog niet aan de orde, maar onder het mom van ‘good to know’: volgens een Amerikaans onderzoek onder 73.000 vrouwen, is regelmatig wandelen goed voor vrouwen die de menopauze achter de rug hebben. Dagelijks een uur wandelen verkleint de kans op borstkanker.

 

voor meer artikelen over o.a mentale vitaliteit klik hier

Een sabbatical? Doen!

Afstand nemen van de dagelijkse sleur, de tijd nemen om na te denken of helemaal niets doen; een sabbatical is ideaal. Associeert u een sabbatical met verlaten stranden en lapjes stof om de edele delen mee te bedekken? Welnee! Een sabbatical is tegenwoordig zoveel meer en persoonlijk in te vullen. Wij vertellen er meer over…

Wat is, en waarom, een sabbatical?

Kortgezegd biedt een sabbatical de mogelijkheid om even weg te zijn; letterlijk of figuurlijk. Van Dale is er kort over: een verlof, bijvoorbeeld voor studie of om eens iets anders te doen. Het ‘eens iets anders doen’ is wat mensen aantrekt in een sabbatical, want niets hoeft en alles mag. Doordat u tijdens een sabbatical, of verlof, afstand neemt van uw leven, kunt u gaan relativeren en alles in een ander perspectief plaatsen. Hierdoor ziet u bijvoorbeeld uw persoonlijke twijfels in een ander licht. En wordt het nemen van belangrijke beslissingen misschien gemakkelijker.

Maar hoe zet ik de stap?

Een sabbatical begint met het besluiten daartoe. Dus besluit bewust met verlof te gaan en héél belangrijk: formuleer een doel, klein of groot. Door doordacht deze stap te nemen, krijgen twijfels en bijbehorende gedachten (maar ook onderliggende angsten) als ‘Waarom wil ik er even tussenuit?’ en ‘Het is een gekkenhuis op het werk’ geen kans. Een doel helpt de bewustheid te vergroten en daarmee de focus, waardoor de kans aanzienlijk wordt verkleind om onbevredigd van verlof terug te keren.

En hoe plan ik een sabbatical?

Een sabbatical vergt voorbereidingen, en al helemaal als u werkt in dienstverband, maar ook als zelfstandige. Pak uw CAO erbij en check het beleid erop na met betrekking tot (onbetaald) verlof. Dus ga na wat de voorwaarden zijn voor het opnemen van verlof, wat de maximale verlofperiode is en hoe u deze moet aanvragen. Werkt u in dienstverband? Vergeet niet om tijdig uw leidinggevende op de hoogte te brengen en afspraken op papier te zetten. Maar deel niet alleen mee, ga ook in gesprek en vertel het hoe en waarom erachter. En waarom uw werkzaamheden (en daarmee het bedrijf) baat hebben bij uw sabbatical.

Waaraan moet ik denken?

Maak een to do-lijst en stel een begroting op. En vooral het laatstgenoemde is belangrijk, met name als u op onbetaald verlof gaat. Want een sabbatical willen is één, maar het financieren een tweede. Dus ga na welke vaste lasten blijven doorlopen en wat uw sabbatical gaat kosten. Blijft u thuis of gaat u reizen en hoeveel bent u daaraan kwijt? Wellicht kunt u een spaarpotje aanspreken en anders is het zaak om creatief te zijn. Op reis en inkomsten genereren? Indien u flexibel bent, is het verhuren van uw huis tijdens uw afwezigheid een mogelijke inkomstenbron. De to do-lijst is eveneens van groot belang als u gaat reizen, want zoals al bekend: een sabbatical vergt veel voorbereidingen. Enkele voorbeelden: van het stallen van uw fiets en/of auto, tot automatische overboekingen regelen (want de rekeningen moeten betaald worden), maar ook reisverzekering(en) checken, inentingen en (reis)documenten nalopen. En vergeet vooral niet om de reis zelf te regelen (vervoer, vluchten en verblijfplaatsen). En zorgt u ervoor dat uw werk netjes is overgedragen? Indien u huisdieren heeft, wie draagt er zorg voor hen? Maar neemt u juist een sabbatical om thuis te blijven, niets te doen en de dagen te ervaren zoals ze zijn? Een to do-lijst is dan uiteraard overbodig…

Check, check, dubbelcheck… vergeet deze vijf punten niet!

  1. Werkende? Tijdens onbetaald verlof geldt de arbeidsovereenkomst, maar u heeft geen recht op loon.
  2. Daarnaast bouwt u gedurende deze periode geen vakantiedagen of -geld op.
  3. Gaat u niet langer dan achttien maanden er tussenuit? U blijft verzekerd voor sociale verzekeringen, maar u wordt niet doorbetaald tijdens ziekte gedurende uw onbetaalde verlof. Tip: spreek met uw werkgever af om in geval van ziekte, het verlof voortijdig te stoppen.
  4. Reizen, maar met minimale kosten? Er zijn bedrijven, (werk)boerderijen en zelfs hostels die gratis kost en inwoning aanbieden in ruil voor een paar uur werk.
  5. Sabbatical of (onbetaald) verlof ten einde? Plan een overgangsperiode in, vooral als u op reis bent geweest. Dus geef uzelf de tijd om weer rustig te aarden en indrukken te verwerken, in plaats van vanuit het vliegtuig direct aan het werk te gaan. Ga na wat de sabbatical voor u (en uw gezin) heeft betekend en hoe u uw ervaringen kunt toepassen in het alledaagse leven.

Een sabbatical met kinderen

Op verlof, maar met uw kinderen? Indien u thuis blijft en werkt, overweeg dan het ouderschapsverlof (uw recht op ouderschapsverlof bedraagt 26 keer het aantal uren dat u per week werkt, voor een kind tot acht jaar). Op reis? Onder de vijf jaar hebben kinderen geen leerplicht, vanaf vijf tot en met zestien jaar is deze leerplicht er wel en tegenover verzuim staat een boete van honderd euro per dag, per kind. Alsnog reizen? Door uw gezin in Nederland uit te schrijven, valt u buiten de leerplicht. Maar vergeet bij terugkomst niet binnen vijf dagen uw gezin weer in te schrijven. En houdt u ook rekening met overige dingen die een uitschrijving met zich meebrengt? Denkt u ook na of u uw kind(eren) op reis wilt lesgeven?

voor meer artikelen over o.a mentale vitaliteit klik hier

‘Elke keer dat ik een schat vond, kwam er wat vuur in me naar boven’

In april onderging Bert Terlouw (55) uit Raalte een zware openhartoperatie. Het herstel duurde lang, maar zelfs tijdens die maanden zat hij niet helemaal stil. Als amateurarcheoloog ontdekte hij – gewoon, vanuit de huiskamer – een hele serie onbekende kasteelterreinen.

Al zo’n 25 jaar houdt Bert Terlouw (in het dagelijks leven sociaal psychiatrisch verpleegkundige en raadslid voor D66) zich hobbymatig bezig met archeologie. ‘Sommige amateur-archeologen vinden het leuk om te graven, maar ik vind het leuk om dingen te ontdekken. Ik vergelijk het met sportvissen: ik hengel in de vijvers waar niemand vist en als ik beet heb, heb ik mijn doel bereikt.’

De openhartoperatie die de Raaltenaar moest ondergaan was zwaar, zowel fysiek als emotioneel. Zijn vader had dezelfde kwaal, maar overleed een dag voor hij geopereerd zou worden. Bij Bert ging het wel goed, maar het was geen makkelijke tijd: na vier omleidingen en een hartklepcorrectie kreeg hij nog de nodige complicaties op zijn bordje. De extreem hete zomer hielp enerzijds niet mee in het herstel, maar was anderzijds juist een cadeautje. De aanhoudende droogte bleek namelijk een zegen voor archeologen!

‘Als gewassen verdrogen, reageert de ondergrond en worden dingen zichtbaar die anders verborgen waren gebleven, zoals restanten van oude nederzettingen. Ik hoorde via via dat er in Engeland en Ierland door de droogte onbekende kastelen waren gevonden en dacht: dat kan in Nederland ook! Omdat ik last had van concentratieproblemen, had de dokter juist geadviseerd om iets te gaan doen waarvoor ik me goed moest focussen. Dit leek me een mooi project.’

Middeleeuwen

Met behulp van satellietbeelden, oude landkaarten, hoogtekaarten en Google Maps struinde hij vanachter zijn computer Oost-Nederland af, op zoek naar minimale veranderingen in het landschap. ‘Kringen en lijnen kunnen verraden dat er op die plek ooit een kasteel of burcht heeft gestaan’, legt hij uit. ‘Muren zijn meestal niet bewaard gebleven, aangezien kastelen in de Middeleeuwen hier – in tegenstelling tot bijvoorbeeld Frankrijk en Engeland – meestal van hout waren. Maar je kunt soms wel de ligging van grachten laten zien. Als je er langs loopt, zouden die zogeheten crop marks nooit opvallen, maar vanuit de lucht zijn ze zo duidelijk zichtbaar dat ik soms al binnen tien minuten beet had. Ik weet na al die jaren inmiddels waar ik op moet letten. In maïsvelden is het bijvoorbeeld makkelijker zoeken dan in aardappelvelden.’

In niet veel meer dan een half uurtje per dag vond Terlouw een hele serie oude kasteelterreinen in onder meer Wesepe, Ommen, Lochem en op de Veluwe. Zijn vondsten meldde hij aan bij regio-archeologen, die verder onderzoek konden doen. ‘Daarna kon ik het weer loslaten’, zegt hij. ‘Ik blijf een visser, die gooit zijn gevangen vis ook weer terug nadat iedereen hem heeft gezien. Al vind ik het altijd wel leuk als mijn naam in de landelijke database van archeologische vondsten wordt vermeld. Sommige locaties zijn bijzonder genoeg voor jarenlang wetenschappelijk onderzoek’.

Wandelingen

Toch kan hij het niet helemaal loslaten. Sinds kort is hij, na een lang herstel, weer een paar uurtjes per week aan het werk. ‘De eerste maanden kon ik geen wandelingen maken door weilanden en bossen. Maar nu ik weer wat mobieler ben, probeer ik af en toe een locatie in de buurt te bekijken. Dat helpt ook om mijn conditie terug te krijgen. Dan loop ik samen met de boer door het landschap en praten we over de historie en de gevolgen van de vondst. In Wesepe ben ik bijvoorbeeld gevraagd om mee te vergaderen over de mogelijkheden, zo blij was de bevolking met de wetenschap dat er een stuk geschiedschrijving binnen hun gemeentegrenzen ligt.’

Zijn hobby heeft zijn herstel absoluut bevordert, denkt hij. ‘Niet alleen omdat het mijn concentratie heeft verbeterd, maar het was ook een welkome afleiding. Elke keer dat ik een ‘schat’ vond, kwam er weer wat vuur in me naar boven.’ Zoeken naar meer kasteelterreinen doet hij voorlopig niet meer. ‘Anders word ik straks weer net zo druk als voor de operatie’, zegt hij. ‘Maar wie weet, als de volgende zomer weer zo droog wordt…’

voor meer artikelen klik hier

Het verhaal van Paulien

Wanneer bij een pasgeborene Paulien een hartafwijking wordt gediagnosticeerd, is dat heftig. Laat staan meerdere hartafwijkingen. En wanneer daarbovenop de cardioloog ook zegt dat een toekomstige kinderwens uitgesloten is, is de klap immens. Maar als later een andere cardioloog een kinderwens niet uitgesloten acht, volgt een nieuwe klap. Paulien Lei maakte het mee. Haar verhaal…

De 23-jarige Paulien wordt geboren met ‘heel veel’ zoals zij zelf zegt, maar als mensen vragen wat zij heeft, noemt zij maar één van haar zes aangeboren hartafwijkingen: Tricuspidalis Atresie. Een hartafwijking waarvoor zij als kind een zogeheten Fontan-operatie, ook bekend als Fontan-circulatie, heeft ondergaan: ‘De overige hartafwijkingen zijn opgelost en onder controle. Maar Tricupidalis Atresie is en blijft nog steeds van invloed op mijn leven.’

Leren leven

Inmiddels heeft Paulien haar hartafwijking een plek gegeven, maar als kind was dit nog anders: ‘Vroeger als kind had ik moeite met mijn hartafwijking. En ik dacht altijd: “Waarom niet iemand anders?” Doordat ik mij moest aanpassen, voelde ik mij anders dan leeftijdsgenoten. Ik was boos en verdrietig. Op school deed ik niet mee aan alle gymlessen en ging eerder naar huis om uit te rusten. Toen we in groep acht op kamp gingen naar Schiermonnikoog, ging mijn hele klas op de fiets naar de boot (ik woon in het hoge Noorden), maar ik werd samen met mijn elektrische fiets met de auto gebracht. Buiten school wilde ik graag voetballen, maar van de cardioloog mocht ik niet op een actieve sport.’

Door haar omgeving daarentegen, is zij niet anders behandeld: ‘Mijn omgeving behandelde mij voor zover als mogelijk ‘normaal’. Ik werd niet buitengesloten op school. Wel maakte klasgenoten soms nare opmerkingen, omdat ik eerder naar huis mocht. Ik lachte het weg, maar diep van binnen dacht ik: “Je zou eens moeten weten.” Mijn ouders deden altijd hun best om mij niet ‘anders’ te laten voelen, ook al voelde ik mij een buitenbeentje. Met name door bepaalde situaties.  Zo mocht ik niet meedoen met mijn klas aan de avondvierdaagse, omdat ik simpelweg geen vijf kilometer kon lopen. Samen met mijn moeder en buurvrouw, ‘liep’ ik de avondvierdaagse alsnog. Weliswaar apart van mijn klas, en veelal in mijn rolstoel, maar ik deed mee. En aangezien sporten er niet inzat, mocht ik naar eigen keuze een muziekinstrument bespelen.’

Maar naarmate ze ouder werd, leerde Paulien met haar hartafwijking leven en meer in perspectief te zetten, mede door haar stiefzusje: ‘Rond mijn zestiende heb ik mijn hartafwijking echt geaccepteerd. Sindsdien bedek ik mijn litteken niet meer en ben ik open over wat ik heb. In de tussentijd zijn mijn ouders gescheiden. Ik kreeg een stiefzusje. Mijn stiefzusje, met wie ik vijf jaar in leeftijd scheel, heeft mij onbewust hierin geholpen. Toevalligerwijs heeft ook zij een aangeboren hartafwijking en wij hebben zelfs dezelfde cardioloog gehad. Maar naast haar hartafwijking, lijdt mijn stiefzusje nog aan andere dingen. Hierdoor besefte ik dat ik het niet slecht heb getroffen. Ik vond het wel confronterend om te zien hoe zij door de jaren heen met dezelfde dingen worstelde als ik.’

Een kinderwens

Doordat Paulien niet beter weet, ervaart zij niet of en hoe haar leven door haar hartafwijking is veranderd: ‘Doordat ik direct met een hartafwijking ben geboren, weet ik niet beter. Ik ben eerder moe, heb meer slaap nodig en moet na drukke activiteiten veel langer bijkomen in vergelijking met anderen. Maar in feite kan ik niet vergelijken, want ik heb nog nooit gevoeld hoe het is om bijvoorbeeld minutenlang achter elkaar te rennen. Ik voel mij een gezonde burger, maar wel één die het ziekenhuis van binnen en van buiten kent. Gelukkig heb ik geen nare herinneringen aan het ziekenhuis. Integendeel, ik vind het prima om daar te lopen en dan vooral op de kinderafdeling.’

Maar met het ouder worden, loopt zij wel tegen nieuwe dingen aan: ‘Het onderwerp ‘kinderen krijgen’ is iets waar ik, nu ik ouder word en al mijn broers en zussen kinderen hebben, tegenaan loop. Ik heb altijd graag moeder willen worden en heb op mijn twaalfde, het onderwerp al aangekaart bij mijn toenmalige kindercardioloog. Er werden mij meerdere redenen meegedeeld waarom ik geen kinderen mocht/kon krijgen. Het was voor mij moeilijk om aan te horen en in de daaropvolgende jaren gaf het mij geen rust. Uiteindelijk heb ik toen besloten om in de toekomst kinderen te adopteren.’

Maar op haar achttiende komt Paulien bij een nieuwe cardioloog die haar niet gelooft dat ‘kinderen krijgen’ voor haar niet weggelegd is en zij doet navraag bij haar oude cardioloog. Pauliens oude cardioloog ontkent vervolgens dat hij dit gezegd heeft: ‘Ik vond dat heel, heel naar, want waarom zou ik als kind zoiets verzinnen? De band met mijn nieuwe cardioloog is daarna beschadigd, want ik voelde mij niet serieus genomen. Wel vertelde zij mij dat ik wel zwanger mag worden en de kans dat de baby hetzelfde krijgt, minder dan een halve procent is. Gek genoeg moest ik deze informatie opnieuw verwerken, want ik had mij er al bij neergelegd.’

Blijven geloven

Inmiddels heeft Paulien wederom een nieuwe cardioloog en is zij onderzocht door een gynaecoloog gespecialiseerd in zwangere vrouwen met een hartaandoening. Hieruit is gebleken dat ondanks enkele risico’s, zij zwanger kan en mag worden, maar wel onder begeleiding. En als kers op de slagroomtaart, zit zij nu in haar derde leerjaar van haar HBO-opleiding ‘Social Work’: ‘Mijn kindercardioloog heeft gezegd dat ik een zittend beroep moest kiezen, maar ik was het daar zwaar mee oneens. Ik wilde maatschappelijk werker worden in het ziekenhuis en kinderen voorbereiden op wat zij kunnen verwachten. Maar ik dacht dat het voor mij te hoog gegrepen zou zijn, omdat ik op het VMBO-B zat. Niets is minder waar!’

voor meer artikelen klik hier

Hella de Jonge:ik ben zo’n vrouw  die niet werd herkend als hartpatiënt

Kunstenares en schrijfster Hella de Jonge (69) werd met haar lichamelijke klachten eindeloos van het kastje naar de muur gestuurd. Pas na een hartinfarct tijdens de fietstest belandde ze bij de cardioloog. Zelfs specialisten weten niet precies hoe het vrouwenhart functioneert. Dat concludeert Hella in haar autobiografische werk Hartschade. Ze ging op zoek naar de oorzaken van haar hartpijn, inclusief trauma’s in haar leven.

Hoe kwam je tot het schrijven van een boek over hartzaken?

Twee jaar geleden was ik zo ziek van alle medicatie na het hartinfarct dat ik niets meer kon. Ik zat daar maar met mijn iPad. Tot ik een artikel op nu.nl las, over cardioloog Janneke Wittekoek en haar visie op de zorg voor vrouwen met hartfalen. Dat veel vrouwen niet worden herkend als hartpatiënt. Klachten worden gebagatelliseerd, de focus is niet op het hart. Het was zo’n eyeopener. “Ik ben die vrouw!”, dacht ik onmiddellijk. Ik werd steeds maar weggestuurd, van het kastje naar de muur. Geen arts, maar mijn eigen dochter had aangedrongen op een fietstest. Ik belandde direct met een hartinfarct in het ziekenhuis. De reumatoloog had het niet gezien. Er was wel een alerte gastro-enteroloog. Omdat hij coschappen gelopen had op de hartafdeling herkende hij wel de symptomen. Mannen krijgen veelal pijn op de borst bij hartproblemen, maar vrouwen hebben rug- of buikpijn of andere klachten. Ik vind het nu ontzettend belangrijk om het vrouwenverhaal door te geven. Artsen moeten bij vrouwen eerder aan het hart leren denken. Hoogleraar Cardiologie voor vrouwen Angela Maas heeft het over holistisch kijken. Omdat stress een risicofactor bij het ontstaan van hartklachten is, wilde ik voor mijn boek ook op zoek waar stress in mijn geval vandaan kwam. Ik ging het gesprek aan met mijn vader en mijn dochter Roos. Roos verloor haar zevenjarige dochter Maggie. Een hartoperatie werd haar fataal. Het verdriet van je dochter aanzien, het was een zwaar proces. De stress was onvoorstelbaar. Zelf had ik mijn zoon Jork met drie maanden verloren, mogelijk ook aan hartfalen. Er was verwantschap.

Met al die hartklachten in de familie is het toch verbazingwekkend dat je ook zelf niet aan je hart dacht.

Klopt. Ik heb een immuunziekte en last van mijn darmen. Mijn hart was ijzersterk, dacht ik. Misschien hield ik mezelf voor de gek. Ik was nooit bij een cardioloog geweest.

Waarom ging je het gesprek met je vader aan?

De reden dat ik mijn vader opvoerde, was om de man-vrouwrelatie te laten zien. Met de arrogantie waarmee hij over vrouwen sprak, mijn schrijfwerk en gezondheidsklachten nooit serieus nam, is hij het prototype van de patriarch. Het houdt direct verband met hoe het gaat in het ziekenhuis. Het moet echt anders.

Leef je nu anders dan voorheen?

Ik leefde al gezond, maar mijn ontbijt heb ik toch rigoureus veranderd. Lactose-intolerant was ik voorheen ook, maar ik nam toch yoghurt en melk vanwege het calcium. Toen mijn man wilde stoppen met melkproducten, zijn we overgestapt op kokosyoghurt, soja- en havermelk. Sindsdien drink ik geen druppel melk meer. Voedingssupplementen gebruik ik ook. Verder staat er vis op het menu, geen vlees. Witmeel ook niet. Het is een streng dieet, maar zo blijf je sterk met zo min mogelijk pillen. Niet dat ik anti-dokter ben. Zonder stents was ik er niet meer geweest. Maar zoals gezegd maakten die pillen me ziek. Ik neem nu alleen nog medicatie die écht nodig is en ook helpt. Dat is één pil, een bloedverdunner, en een kwart pleister Minitran om de vaten te verwijden. Los van voedsel krijg ik energie door dingen te doen die ik leuk vind. Dat ik afgelopen oktober samen met Freek dagelijks de tentoonstelling Het Volle Leven in het Groninger Museum draaide, vond ik knap van mezelf. Ik ben hartpatiënt, maar geef niet toe. Ik wil niet angstig leven.

Heb je tips voor andere hartpatiënten, vrouwen met name?

Omdat je wilt blijven leven, slik je in eerste instantie het voorgeschreven standaardpakket. Maar de invloed die het op je gestel kan hebben, blijkt soms heel heftig. Op je geest, je seksualiteit, je spieren. Nu bekend is dat de meeste pillen op mannen getest worden, blijkt dat je als vrouw vaak al met de helft afkunt. Als je last hebt van bijwerkingen overleg met je cardioloog of het mogelijk is om de medicatie te minderen. Als patiënt ben je een leek en afhankelijk, maar dat betekent nog niet dat je alles hoeft te slikken. Laat je niet overrompelen. Luister naar je lichaam, blijf alert en denk mee. En vooral geniet van de dingen die je wel hebt, hoe moeilijk dat soms is.

voor meer artikelen klik hier

Gaan de reguliere en complementaire geneeskunde eindelijk samenwerken?

Onlangs werd bekend gemaakt dat de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) de traditionele Chinese geneeskunde erkent. In de elfde versie van een soort handboek, de International Statistical Classification of Diseases and Related Health Problems (ICD), die volgend jaar wordt gelanceerd, zal namelijk voor het eerst plaats zijn voor traditionele Chinese geneeskunde. Veel westerse artsen en onderzoekers zijn hier zeer bezorgd over. Volgens hen is er nauwelijks of geen bewijs voor de werkzaamheid en effectiviteit van deze geneeskunde.

Persoonlijk vind ik deze ontwikkeling zeker niet verkeerd. Integendeel zelfs. Het lijkt me juist goed als de westerse (reguliere) geneeskunde en de oosterse (complementaire) geneeskunde zouden samenwerken. Daar zijn wij voorstander van. Ik noem het bewust complementaire geneeskunde in plaats van alternatieve geneeskunde, door de nare bijsmaak die met dat laatste woord gepaard gaat.

Ik ben ervan overtuigd dat de gezondheidszorg erop gericht zou moeten zijn om zoveel mogelijk mensen te genezen. In de praktijk ligt dit echter iets complexer. Neem het verrichten van onderzoek. Vaak wordt er meer onderzoek gedaan naar medicijnen dan naar de positieve effecten van bijvoorbeeld een andere leefstijl. Eigenlijk is dit toch de omgekeerde wereld? Voorkomen is beter dan genezen…

Dat geldt volgens mij ook voor dit onderwerp. In de oosterse wereld wordt er gekeken naar zowel lichaam en geest, terwijl er in de westerse wereld meestal uitsluitend plaats is voor het lichamelijke aspect. Bij lichamelijke klachten is het ook belangrijk om verder te kijken naar de oorzaken, in plaats van alleen maar naar de symptomen. Als deze klachten (deels) op andere manieren zijn op te lossen, en niet alleen maar door bijvoorbeeld het voorschrijven van medicijnen, is dit toch alleen maar mooi meegenomen? Er wordt nogal eens gezegd dat ‘alternatieve geneeswijzen’ bij mensen tussen de oren zitten. Ik heb zelf een mooi praktijkvoorbeeld meegemaakt met een hond die homeopathische middelen kreeg toegediend. Deze middelen werkten verbazingwekkend goed, en het lijkt mij dat er bij een hond geen sprake kan zijn van een placebo-effect. En ongeacht hoe het werkt: dát het werkt, dat is waar het om gaat.

Zoals u weet worden wij door geen enkele industrie gesubsidieerd. Niet door de farmaceutische- of voedingsmiddelenindustrie, en dus ook niet door de complementaire industrie. Dat is nog steeds ons bestaansrecht, en daar zijn we ook trots op! Wij zijn en blijven de waakhond op het gebied van hart- en vaatziekten.

Door deze fundamentele principes wordt het echter ook steeds lastiger om onze Stichting te laten voortbestaan. Vooral omdat wij volledig afhankelijk zijn van mensen zoals u. Aangezien het einde van het jaar nadert, is bij deze uitgave een acceptgiro/machtigingsformulier bijgesloten. Net zoals u altijd op ons kunt rekenen, hopen wij van harte dat we ook weer op u kunnen en mogen rekenen in het nieuwe jaar. Zodat we ons mooie en broodnodige werk kunnen voortzetten. Doe ons een plezier en bespaar ons geld: machtig ons alstublieft. Wij moeten op de kleintjes letten en voor u is het voordeliger: mooi meegenomen dus!

Ik wens u, mede namens alle medewerkers, alvast prettige feestdagen en een voorspoedig 2019!

Marly van Overveld

Roel Vanderstukken: Ik liet mijn litteken met reden aan het publiek zien

De Vlaamse acteur, zanger en presentator Roel Vanderstukken (41) is in Nederland vooral bekend om zijn rol in de vroegere tv-serie Flikken Gent. Vorig jaar herfst werd hij getroffen door een hartaanval. Een donderslag bij heldere hemel, zegt hij zelf.

Wat gebeurde er precies?

Ik had twee nachten last van maagpijn gehad, althans, dat dacht ik. Zondagnacht had ik een beetje pijn, maar die verdween snel. De volgende nacht was de pijn er weer, maar nu veel sterker en het ging niet over. Het straalde ook uit naar mijn arm. Toen ik de volgende ochtend mijn arts raadpleegde, zei die me niet ongerust te zijn: ‘Op uw leeftijd is daar geen reden toe’. Hij vond zo snel ook niets afwijkends. Hij nam wel bloed af en schreef wat voor voor mijn maag. Met de medicatie ging het een beetje beter. Ik ging zelfs naar mijn werk, naar opnames voor de Vlaamse soapserie Familie. Aan het einde van de dag voelde ik me alleen wel belabberd. Toen bleek dat de dokter en mijn vrouw me hadden proberen te bellen. Het was mis. Ik moest direct naar de cardioloog en het hospitaal, aan de hartbewaking. Mijn kransslagader zat aan twee kanten behoorlijk verstopt. Onderzoek wees uit dat ik een aantal jaren ervoor ook al een hartaanval had gehad. Er was littekenweefsel gevonden. Vanwege de minimale doorbloeding was een stent geen optie. Er moest een overbrugging (omleiding) komen.

Voor de zware operatie nam je afscheid van je vrouw en twee zoontjes.

Ja, omdat ik op de hartbewaking lag, was ik geen hoog dringend geval meer. Ik moest vijf dagen op de operatie wachten. Dat was genoeg tijd om me de ernst van de ingreep te realiseren. Je gaat zeven uur onder narcose en ze opereren een kloppend hart, dat is geen lachertje. Je loopt meer risico dan met een ander lichaamsdeel, het kán fout lopen. Maar ja, ze doen zeven van die operaties op een dag, het is ook een routineding.

Zit hartfalen in de familie?

Mijn grootvader had hartaanvallen, maar die was zwaar diabeet en ook astmalijder. We dachten dat het hartfalen met die andere aandoeningen te maken had, dat het meer een gevolg was daarvan, geen oorzaak. Maar het feit dat ik op jonge leeftijd, met veertig jaar, een hartaanval kreeg, wijst toch op genetische factoren. Mijn vader heeft daarom na het gebeuren met mij zichzelf laten controleren. Hij bleek exact hetzelfde te hebben als ik. Bij hem zat de boel voor 50-60% dicht. Anders dan ik had hij nooit gerookt. Hij had nog kunnen wachten met de operatie, maar dat heeft hij niet gedaan. Met 62 jaar is hij geopereerd in plaats van op zijn 75e. Herstel gaat op jongere leeftijd beter.

Hoe voel je je nu?

Ik voel me goed. Na drie maanden ging ik alweer aan het werk, want voor een acteur in een soapserie is zo lang thuiszitten heel wat. De dokter vond het ook oké. Ik bekijk het leven nu wel anders. Je bent je er voortdurend van bewust dat er iets boven je hoofd hangt. Dat gaat niet weg. Dat litteken op mijn borst herinnert me daar ook aan. Die spoken in je hoofd maken wel dat je effectief iets gaat doen. Nieuwe gewoontes aanmeten.

Wat doe je nu anders dan voorheen?

Kijk, je werkt snel weer veel te hard. Aan de ene kant wil je effectief meer tijd met je gezin doorbrengen, aan de andere kant moet je knokken om het als artiest te redden in dit kleine halve landje. Ik heb geen klagen hoor, alles loopt goed, maar er is druk. Dan steek je ook af en toe weer een sigaret op. Veel minder dan vroeger, maar toch. Minder werken moet ik echt inplannen en ook leren me daar niet schuldig over te voelen. Presentatieopdrachten heb ik helemaal laten vallen, muzikaal doe ik nog maar de helft van de optredens. Eerder ging ik twee weken op vakantie, nu vaker kortere periodes, vier keer per jaar vijf dagen, zodat de stress meer verlosmomentjes heeft. Minder alcohol drinken doe ik ook, al is niet gezegd dat alcohol een probleem is. Golfen deed ik al wel, zo’n twee à drie keer per week, dat is toch zo’n 16.000 stappen per keer. Daarbij jog en fiets ik, maar afhankelijk van de drukte wel meer of minder. Overal regelmaat in vinden is een gevecht, maar eentje dat ik ga winnen.

Heb je tips voor andere hartpatiënten?

Dat vind ik lastig. Ik ben niet de beste hartpatiënt. Toen ik pas geopereerd was, heb ik wel mijn litteken via Instagram aan het publiek laten zien. Met een reden. Ik wil mensen aansporen jaarlijks een keer naar de cardioloog te gaan. Voor bloedafname en testjes. Je bent er maximaal een half uurtje mee kwijt, maar je kunt er gezondheidsproblemen mee vermijden.

voor meer artikelen klik hier

Axels verrassende wending

De 31-jarige Axel is werkzaam als elektricien wanneer hij besluit om zich om te scholen. Hij wilt zich ontwikkelen en mensen helpen. Zijn eerste gedachte: ‘Ik word ambulancechauffeur!’ Een idee dat hij heeft moeten laten varen, want hij belandde al lessend zelf als hartpatiënt in de ambulance. Nu omarmt hij langzaamaan zijn nieuwe leven als lerarenondersteuner. Zijn verhaal…

Het einde van het jaar is in zicht wanneer Axel tijdens een van zijn rijlessen buiten bewustzijn raakt. De twee lesinstructeurs gaan direct tot actie over en terwijl de een zijn ademhaling controleert, belt de ander het alarmnummer. Wanneer de toegesnelde ambulancebroeders Axel onderzoeken, constateren zij een vermoedelijke afwijking op zijn ECG. Het ECG wordt naar het ziekenhuis doorgestuurd. Een geluk bij een ongeluk, is dat de diagnose snel wordt gesteld: ‘De cardioloog vertelde dat ik aan het zogeheten Brugada-syndroom lijdt en dat in het nieuwe jaar een ICD wordt geplaatst.’

Kwetsbaarheid

Voor Axel volgt een ander begin van het jaar dan dat hij voor ogen had. Maar in plaats van bij de pakken neer te zitten, begint Axel na een re-integratietraject alsnog met zijn nieuwe baan in het voorjaar. Naast aan de slag te gaan als ambulancechauffeur, zou Axel in het nieuwe jaar gaan werken als lerarenondersteuner: ‘Ik sprak een collega bij het Rode Kruis waar ik vrijwilliger ben en zij zei: “Ik heb wat voor je!” Zij was helemaal enthousiast. Ik heb een dag meegelopen en eenmaal thuis dacht ik: “Dit wil ik!” Het is voor mij de ideale combinatie, omdat ik met techniek bezig ben en jongeren help.’

Inmiddels werkt Axel weer volledig en is hij weer aardig zichzelf, maar hij is zich des te meer bewust van de kwetsbaarheid van het leven: ‘Volgens de cardioloog is het bijzonder dat ik überhaupt ben bijgekomen en dat de ambulancebroeders de afwijking hebben gezien. Op het moment zelf had ik geen idee wat er gebeurde, dus liet ik het over mij heenkomen. Maar na een goed gesprek met de avondverpleegkundige die tevens een goede kennis van mij bleek te zijn, besefte ik ineens dat het anders had kunnen aflopen en het mijn toekomst, maar ook die van mijn gezin flink had kunnen beïnvloeden. Het moeilijkste vind ik het idee dat ik er niet meer had kunnen zijn en ik mijn gezin had moeten achterlaten.’

Hij vervolgt: ‘Ik vond het moeilijk om weg te gaan van huis. Steeds had ik het idee van: “Wat als het weer eens gebeurt?” Hierdoor ging ik hyperventileren waar ik ‘het gevoel van het wegraken’ in herkende. Ik werd angstig en bleef in een vicieuze cirkel hangen. Wanneer het leven plotseling anders loopt dan gepland, staat alles ineens stil. Je hoort andermans verhalen, maar als jijzelf de hoofdrol vertolkt, is dat erg spannend. Het angstige gevoel vond ik moeilijk en ik ervaar dit nog weleens, al gaat het steeds beter. Gelukkig heb ik hulp en steun van familie, vrienden en professionals. Dat maakt alles dragelijker.’

Bewustwording

En dat het beter gaat met de liefhebbende echtgenoot en zorgzame vader van twee, is merkbaar in het dagelijks leven: ’Het gaat de laatste tijd goed en ik heb geen klachten meer. Daarnaast hoef ik geen medicijnen te slikken en staan er geen behandelingen gepland. Hierdoor voel ik mij geen patiënt, maar iemand met het Brugada-syndroom.’

Axels ziekte is niet alleen van invloed op hemzelf, daar is hij zich maar al te goed van bewust: ‘Ik merk dat de gebeurtenis nu bij mijn vrouw wat losmaakt. Zij heeft de laatste maanden alleen voor het gezin gezorgd. Ik was er wel, maar ik was veel met mijzelf bezig, met het beter worden en met mijn nieuwe werk. Maar over een paar weken gaan wij op vakantie en ik kijk er naar uit om samen weer een gezin te zijn en hopelijk even alles te vergeten.’

Maar helemaal vergeten, doet Axel het niet: ‘De kans dat ik weer een hartritmestoornis krijg, schat de cardioloog op 5% per jaar, dus als het een beetje meezit heb ik daar voorlopig geen last van. Maar aangezien het Brugada-syndroom erfelijk is, hebben onze twee kinderen een DNA-onderzoek ondergaan. Hieruit is gebleken dat zij beiden helaas drager zijn. De aankomende jaren blijven zij onder controle om te volgen hoe het zich ontwikkelt. Het was te verwachten, maar het valt erg tegen wanneer het word bevestigd.’

Besef

Het afgelopen jaar is het besef wat er in het leven echt toedoet, bij Axel meer gegroeid. Daar is hij dankbaar voor: ‘De laatste maanden is er veel gebeurd en het duurt ook nog even voordat alles is verwerkt. Ik was in eerste instantie in mijn hoofd bezig met wat er was gebeurd en hoe het had kunnen aflopen. Ook raakte ik soms in paniek als ik van huis was. Thuis bij mijn vrouw voelde ik mij veilig maar daarbuiten niet. Uiteindelijk heb ik alles opzijgezet en ben eerst goed naar mijzelf en mijn gezin gaan kijken. Vroeger deed ik veel voor mijn hobby’s, soms ook als ik er geen zin in had of als het eigenlijk teveel was. Nu denk ik eerst goed na en zeg sneller ‘Nee’. Ik heb geleerd om mijn grenzen beter aan te geven, want mijn werk en hobby’s zijn niet het belangrijkste, maar mijn gezin is dat wel. Zij staan op de eerste plaats.’

voor meer artikelen klik hier