default-header
HomeNieuwsSteunhart nu ook oplossing voor patiënten met aangeboren hartafwijking

Steunhart nu ook oplossing voor patiënten met aangeboren hartafwijking

zaterdag 25 november 2017, door Hartpatiënten Nederland

In november plaatsten twee hartchirurgen in nauwe samenwerking met cardiologen en anesthesisten van het LUMC een steunhart

In november plaatsten twee hartchirurgen in nauwe samenwerking met cardiologen en anesthesisten van het LUMC een steunhart in de rechterhartkamer van een patiënt met ernstig hartfalen. Voor deze patiënt, die een aangeboren hartafwijking heeft, is deze behandeling levensreddend. Het is voor het eerst in Nederland dat een permanent steunhart in de rechterhartkamer is geplaatst.
 
Het LUMC is een expertisecentrum voor aangeboren hartafwijkingen én heeft veel ervaring met het plaatsen van steunharten als definitieve oplossing voor patiënten met ernstig hartfalen. Die expertise is nu gebundeld in een behandeling voor een nieuwe categorie relatief jonge patiënten, voor wie eerder geen oplossing was.
 

Pomp in rechterhartkamer

 
Het LUMC heeft in de afgelopen zeven jaar veel ervaring opgedaan met het plaatsen van een permanent steunhart in de linkerhartkamer. Nu is de pomp voor het eerst als definitieve oplossing in de rechterhartkamer geplaatst. Prof. Mark Hazekamp, specialist op het gebied van aangeboren hartafwijkingen: “Onze patiënt is een man van 47 met drie jonge kinderen. Zijn conditie was ernstig en hij kwam, zoals veel van deze patiënten, niet in aanmerking voor een harttransplantatie. Er was voor hem geen alternatief. Dit steunhart redt zijn leven.”
 

Aangeboren hartafwijking

 
De behandeling biedt uitkomst voor patiënten die als baby vóór 1980 geopereerd zijn aan een transpositie van de grote vaten. Dit betekent dat de slagaders in het hart in aanleg omgewisseld zijn: de longslagader komt uit in de linkerhartkamer, de aorta is aangesloten op de rechterhartkamer. Daarnaast is de behandeling geschikt voor patiënten die zijn geboren met een hart waarin de rechter- en linkerhartkamer zijn omgewisseld (congenitaal gecorrigeerde transpositie van de grote vaten).
 
Deze patiënten hebben gemeen dat hun rechterhartkamer het bloed door het lichaam pompt. Normaal gesproken doet de linkerhartkamer dit. De rechterhartkamer is echter niet voor dit werk gebouwd en daardoor ontstaan rond de leeftijd van 40 of 45 jaar problemen.
 

Steunhart neemt pompfunctie over

 
De plaatsing van het steunhart gebeurt door twee hartchirurgen: één met ervaring met het plaatsen van steunharten, één met ervaring met aangeboren hartafwijkingen. Hartchirurg Meindert Palmen: “De operatie is goed verlopen. Alleen het feit dat deze patiëntengroep tijdens het leven vaak al meerdere keren geopereerd is, maakt het gecompliceerd.”
 
Het steunhart neemt de pompfunctie van het hart over. De pomp wordt in de hartkamer geplaatst en is via een lijn die door de buik naar binnen gaat verbonden met een kleine computer. Palmen: “De patiënt moet deze computer altijd bij zich dragen en ’s nachts de batterij van de pomp opladen. Dat is een nadeel. Ook blijft er een risico op complicaties. Daar staat echter een grote gezondheidswinst tegenover. Dat weten we van onze ervaringen met de patiënten die een permanent steunhart in de linkerhartkamer kregen.”
 

Nieuw leven voor patiënt

 
De patiënt is inmiddels van de intensive care af en maakt het goed. Palmen: “De eerste dagen na het plaatsen van het steunhart zijn kritiek. Er is een risico op complicaties en soms is nog een operatie nodig. Zodra de patiënt weer thuis is, kan hij zijn leven gezond vervolgen. Onze patiënt zal weer met zijn kinderen kunnen spelen, kunnen fietsen en auto rijden.”
 
Hazekamp: “Wij verwachten dat deze groep patiënten het op de lange termijn nog beter zal doen dan de patiënten die eerder voorzien zijn van een steunhart in de linkerhartkamer. Hun hart is op de rechterhartkamer na gemiddeld namelijk in een betere conditie.”
 

Tientallen patiënten

 
Er zijn in Nederland waarschijnlijk tientallen patiënten die in aanmerking komen voor een permanent steunhart in de rechterkamer als laatste behandeloptie. Hazekamp: “In de komende jaren zal dit aantal nog toenemen. Het is belangrijk dat cardiologen dit weten en patiënten op tijd verwijzen.”
 
Bron: LUMC  
 

Geef een reactie