Jopen brengt koolhydraatarm bier op de Nederlandse markt

 

Hij was in Amerika toen Michel Ordeman, eigenaar van Jopen, voor het eerst te maken kreeg met het fenomeen koolhydraatarm bier. Dat kwam, voor zover hij wist, in Nederland nog helemaal niet voor. Het idee om zélf koolhydraatarm bier te gaan brouwen, werd dan ook geboren.

Bier met weinig koolhydraten: het klinkt misschien te mooi om waar te zijn. Toch is het Jopen inmiddels gelukt om - als eerste op de Nederlandse markt - twee koolhydraatarme varianten te brouwen. “In Amerika zijn ze veel meer bezig met dit soort dingen, dus bijvoorbeeld met de hoeveelheid koolhydraten en calorieën in een product”, vertelt Michel. “Maar dat kunnen wij hier natuurlijk ook. De uitdaging zit ‘m dan niet alleen in hoe je bier met minder koolhydraten kunt brouwen, maar vooral in hoe je ervoor zorgt dat het tóch vol van smaak blijft. Hoe meer koolhydraten je er namelijk uithaalt, hoe leger de smaak wordt. Dan moet je dus zorgen dat je voldoende andere smaken toevoegt om het bier toch lekker te houden.”

----

Als lid van Hartpatiënten Nederland heeft u onbeperkte toegang tot alle Premium-artikelen op hartpatienten.nl. Het enige wat u hiervoor hoeft te doen is inloggen op uw profiel. Het zijn artikelen waar we trots op zijn en die we graag met u als trouwe lezer delen.

Zó is afvallen daadwerkelijk vol te houden

 

Eén op de drie mensen heeft problemen met het gewicht. Toch kost afvallen soms de grootste moeite. Hoe je dit het beste volhoudt? Diëtist en leefstijlcoach Femke van Liere van Fit For Foodies geeft tips.

Wanneer je wilt afvallen, is het allereerst belangrijk om je af te vragen waarom. Je kunt namelijk wel tegen jezelf zeggen dat je tien kilo wilt afvallen, maar als je niet helder hebt wat dat je gaat brengen, heb je eigenlijk geen doel, vertelt Femke. “Je moet op zoek gaan naar de uiteindelijke beweegreden. Er zit altijd een soort onderliggende behoefte achter. In plaats van het doel te stellen dat je wilt afvallen, kun je ook tegen jezelf zeggen dat je aan een goede gezondheid wilt werken. Probeer te bedenken dat het niet alleen om het resultaat gaat. Het wil niet zeggen dat tien kilo minder zaligmakend is. Dat je dan ineens gelukkiger bent of wél die baan krijgt die je zoekt. Mensen stellen vaak allerlei voorwaarden aan dat resultaat, maar bedenk echt wat het je brengt. Dat is een hele belangrijke in dit proces van gedragsverandering.”

(meer…)

Erik Scherder : oud worden, jong blijven: het kan echt

Een mens op z’n vijfenzestigste oud? Nee! Onzin. Van dat idee moeten we af. Als het tenminste aan hoogleraar neuropsychologie Erik Scherder ligt. Met zijn nieuwe boek Oud worden, jong blijven geeft hij een duidelijke boodschap af: stop met al die vooroordelen over ouderen.

Ouder worden is tegenwoordig een actueel onderwerp, en ook één die nog altijd gepaard gaat met stereotypering. Waarom zou iemand op z’n vijfenzestigste bijvoorbeeld niet meer kunnen werken? Volgens Scherder moeten we ophouden met op deze manier naar ouderen kijken. “Velen van ons zijn opgegroeid met het idee dat ouder worden met gebreken komt. Natuurlijk heb je meer kans op gebreken, maar dat betekent niet dat je nergens meer toe in staat bent. Er zijn genoeg oudere mensen die nog heel graag willen werken, maar overal worden afgeserveerd vanwege hun leeftijd. Onterecht. De achteruitgang begint al op je dertigste en niet pas op je vijfenzestigste. Iemand van vijfenzestig kan wel net zo fit zijn als iemand van dertig. Als je maar actief blijft.”

Moeite doen

Oud worden en jong blijven is volgens Scherder dan ook zeker mogelijk, mits we moeite doen. Dit is een boodschap die als een rode draad door zijn boek loopt. Of je nu jong of oud bent: moeite doen is de sleutel tot succes, zegt de hoogleraar. “Als je jong bent, gaat moeite doen als het ware vanzelf. Je gaat naar school, vervolgens doe je een studie of cursus, solliciteer je, wissel je eens van baan… Kortom: je zet je in en daagt jezelf uit. Op den duur, als je ouder wordt, heb je vaak een vaste baan en een gezin, heb je je plekje als het ware gevonden. Dat is zo rond je dertigste tot vijfendertigste. Dat je op bepaalde vlakken dan minder wordt uitgedaagd en dat dat gevoel van moeite doen een beetje verdwijnt, merk je nog nauwelijks. Want, zo blijkt uit studies, je past je omgeving gewoon een beetje aan. Totdat je vijfenzestig bent, geen kinderen meer thuis hebt wonen en met pensioen gaat. Dan sta je opeens weer voor het nemen van grote stappen en kun je merken dat het wat minder makkelijk gaat. Juist daarom moet je je hele leven zowel fysiek als mentaal moeite blijven doen. Dan kun je die stabiele lijn doortrekken en daarmee het risico op alle negatieve effecten van het ouder worden – dus vanaf je dertigste – verkleinen.”

Lichamelijke uitdaging

Er is overigens wel een kanttekening. Het is een ander verhaal als je je hele leven zwaar lichamelijk werk hebt gedaan en ‘versleten’ bent, zegt Scherder. “Voor deze mensen is het vaak beter om met pensioen te gaan, zeker bij klachten. Als zij met pensioen gaan, zie je vaak dat ze fysiek echt opknappen doordat er rust in het lichaam komt. Echter kun je dan wel lichamelijk met pensioen gaan, maar dat betekent niet dat je jezelf cognitief niet kunt blijven uitdagen. Wat dat betreft moet je gewoon doorpakken. En op de zojuist genoemde uitzondering na, geldt voor iedereen dat de combinatie van jezelf zowel cognitief als lichamelijk uitdagen, het meest ideaal is.”

Cognitieve inspanning

Bij cognitieve inspanning kun je bijvoorbeeld denken aan een cursus. Iets dat dus écht wat van je vraagt. Scherder noemt als voorbeeld een bekende studie van de onderzoeksgroep van Denise Park, genaamd The Busier the Better. “Aan deze studie hebben allerlei mensen van tussen de vijftig en negenentachtig jaar meegedaan. Wat bleek? Hoe drukker deze mensen waren, hoe beter het met ze ging. In die studie hebben ze deze mensen twee intensieve cursussen op serieus niveau laten doen, namelijk quilten en fotografie. Na beide cursussen bleek ook het geheugen van de deelnemers te zijn verbeterd. En dat terwijl het geheugen helemaal niet specifiek getraind werd, maar tóch ging het vooruit. Waarom? Omdat ze iets compleet nieuws gingen doen dat moeite kostte. Juist daarom moet je je brein je hele leven lang, dus ook als je met pensioen gaat, blijven inspannen. Anders krijg je te maken met iets dat we ‘underuse’ noemen: je brein als het ware te weinig gebruiken.”

Elke stap is er één

Is er dan ook nog een bepaalde leeftijd waarop het te laat is? Nee, zegt Scherder. “Hoe eerder je jezelf gaat uitdagen, hoe beter. Toch zijn er ook door de jaren heen genoeg momenten waarop je dit alsnog kunt oppakken. Of je nu zestig of zeventig bent: grijp die kans. Probeer ook als hartpatiënt zowel cognitief als fysiek – en dat laatste natuurlijk wel in overleg met je cardioloog – in een zo goed mogelijke conditie te blijven. Probeer te bedenken waar je grens ligt, zonder over je grens te gaan. Als je de hele dag, of een groot deel van de dag, zit, kun je het zitten dan misschien onderbreken? Tussendoor even opstaan? Je hart is een spier en die is gebaat bij iedere vorm van activiteit. Elke stap is er één, zeg ik altijd. Je kunt die neergaande lijn van ouder worden dan wel niet meer omhoog krikken, maar je kunt ‘m nog wel horizontaal laten lopen. Dat is natuurlijk al geweldig. Voor elke leeftijd geldt hetzelfde: doe moeite!”

Waarom brengt HPNL dit onder de aandacht?

Wij willen onze lezers zo breed mogelijk van nuttige informatie voorzien en op die manier de samenleving transparanter maken. Dat behoort tot onze doelstelling. Wij helpen daarbij. Onafhankelijk en objectief.

Tekst: Laura van Horik
Beeld: Erik Scherder

Dit artikel verscheen eerder in het HPNLmagazine.

De Nutri-Score: hoe zit dat nu eigenlijk?

Vanuit zijn opleiding Voeding en Diëtetiek en een passie voor voeding ontstond jaren terug het platform Voedingsweetjes. Inmiddels informeert Leroy van de Ree zijn volgers dagelijks op het gebied van gezonde voedingskeuzes in de supermarkt, waar consumenten tegenwoordig ook een handje bij geholpen worden door middel van de Nutri-Score op verpakkingen. Maar hoe waardevol is die score?

Vertel: wat houdt de Nutri-Score precies in?

“Kort gezegd is dit een voedingskeuzelogo dat ons, consumenten, zou moeten helpen om een bewustere keuze te maken. Op basis van de letters A tot en met E op het product, kun je zien hoe gezond een product is. A, donkergroen, is de beste keuze, en E, donkerrood, is de slechtste keuze. De Nutri-Score kun je eigenlijk zien als een rekensom die pluspunten toekent aan bepaalde factoren. Als je deze dan bij elkaar optelt en de minpunten, zoals een grote hoeveelheid suiker, er vanaf haalt, bepaalt deze som welke letter het product krijgt. De Nutri-Score bestaat al in andere landen, maar zit hier officieel nog in de testfase. Toch zie je het al in veel Nederlandse supermarkten voorbijkomen.”

Je zegt dat de Nutri-Score nog in de testfase zit: waar heeft dit mee te maken?

“Er wordt nog bekeken of de criteria wel kloppen. Dat is op dit moment het grootste pijnpunt. We hebben in Nederland de Schijf van Vijf, die is gebaseerd op de Richtlijnen Goede voeding van de Gezondheidsraad. Maar: de Nutri-Score is dus al uitgerold in andere landen en die productscores sluiten niet altijd aan bij de Nederlandse richtlijnen.”

Op welke manier sluit de Nutri-Score op dit moment niet helemaal aan bij onze richtlijnen?

“Allereerst kunnen sommige producten een A-score hebben gekregen, maar helemaal niet voorkomen in onze Schijf van Vijf. Of andersom. Daarnaast zijn er bepaalde aspecten die te weinig belicht worden, bijvoorbeeld of een product volkoren is en vezels bevat. Er wordt bij de Nutri-Score wel beoordeeld op vezels, maar er wordt niet gekeken naar wat voor soort vezels dit zijn. Als jij als fabrikant met je product van een C naar een A-score wilt gaan, voeg je gewoon een vezel van hele lage kwaliteit toe, zodat je voldoet aan de eisen voor een A-score. Er wordt binnen de Nutri-Score niet gekeken of het product van nature vezels bevat of dat er een goedkope vezelvariant is toegevoegd. Daarnaast wordt geen rekening gehouden met biologisch of niet-biologisch.”

Hoe moet je die score als consument nu precies lezen?

“Je moet die Nutri-Score als het ware per productgroep lezen. Je ziet dus op elk product hetzelfde logo staan, maar moet het als consument eigenlijk opsplitsen. Een simpel voorbeeld: in het pizza schap staat bijvoorbeeld een groene A op een pizza, omdat dit een betere keuze is dan een andere pizza in het schap. Het verwarrende is dat je vervolgens naar het olijfolie schap loopt en daar dan bijvoorbeeld een D-score op olijfolie vindt. Je denkt dan als consument dat je beter pizza kunt eten dan olijfolie gebruiken, maar dit is dus niet waar.”

Waar moet je nog meer op letten?

“Zoals ik net aangaf, krijgt olijfolie een D omdat er veel vet in zit. Logisch, want het is olie. Echter werkt de Nutri-score met honderd milliliter of honderd gram en je gebruikt natuurlijk nooit zo’n grote hoeveelheid olijfolie in één keer. Daar wordt dus geen rekening mee gehouden. Een ander voorbeeld is vis in de diepvries. Zalm krijgt een D-score en vissticks krijgen een B. Dat komt doordat vissticks minder vet bevatten, maar zalm wordt juíst gegeten voor alle gezonde vetten die erin zitten. Dan moet je dus echt zelf opletten en bedenken dat zalm de betere keuze is. Dat geldt ook voor yoghurt: pure, volle yoghurt krijgt een B-score en vanilleyoghurt, waar twee suikerklontjes per honderd gram aan toegevoegd zijn, krijgt dezelfde score. Dan denk je als consument: ik vind vanille veel lekkerder, dus ga ik daarvoor. Deze score zegt tenslotte dat het even goed is. Maar nee, dat is dus niet zo.”

Voegt die Nutri-Score volgens jou dan wel echt iets toe?

“Zoals het nu is opgezet, heeft het naar mijn idee weinig meerwaarde. Toch heb ik het nog niet opgegeven. Als de criteria worden verbeterd, zou het misschien wel een toevoeging kunnen zijn. Echter zorgt het nu helaas vooral voor een hoop verwarring en onrust. Ik hoop persoonlijk dat consumenten niet op basis van die Nutri-Score keuzes gaan maken en vooral zelf verpakkingen blijven lezen. Kijk wat voor ingrediënten een product bevat. Als je bijvoorbeeld een hele waslijst aan ingrediënten ziet staan, is het waarschijnlijk een product dat erg bewerkt is. Dan kun je je afvragen hoe gezond het is. En als je allemaal ingrediënten ziet staan waarvan je geen idee hebt wat het is, gaat het vaak ook om een ultra bewerkt product. Houd dat in ieder geval in gedachten.”

Achtergrond

Met zijn platform Voedingsweetjes (@voedingsweetjes op Instagram) wil Leroy mensen bewustere keuzes in de supermarkt laten maken en ze meer inzicht geven in wat ze kopen. Dit doet hij door voedingswaarden van producten met elkaar te vergelijken. Consumenten kopen tachtig procent van wat ze eten in de supermarkt, maar zien daar vaak door de bomen het bos niet meer. Hier draagt Leroy dan ook graag zijn steentje aan bij.   

Tekst: Laura van Horik
Beeld: Leroy van de Ree

Dit artikel verscheen eerder in het HPNLmagazine.

Alle organen in spiegelbeeld

Al zijn hele leven leeft Frank Dam (70) met een zeldzame afwijking. Zijn hart bevindt zich namelijk aan de rechterkant van zijn lichaam, in plaats van links. En dat niet alleen: ál zijn organen zijn gespiegeld. Graag vertelt hij zijn bijzondere verhaal.

Toen Frank geboren werd, ontdekten de artsen dat zijn hart niet klopte. Althans, niet op de plek waar het zou moeten kloppen. Halsoverkop werd hij naar een academisch ziekenhuis gebracht en volledig onder de loep genomen. Wat bleek? Zijn organen waren in spiegelbeeld gepositioneerd, vertelt hij. “Ik bleek het zeldzame Kartagener-syndroom te hebben. Buiten de gespiegelde ligging van mijn organen, betekende dit dat ook de trilharen die ervoor moeten zorgen dat slijm en vuil op een natuurlijke manier worden verwijderd, bij mij andersom stonden of ontbraken. Mijn hart was in orde, maar die trilharen veroorzaakten problemen aan mijn luchtwegen.”

----

Als lid van Hartpatiënten Nederland heeft u onbeperkte toegang tot alle Premium-artikelen op hartpatienten.nl. Het enige wat u hiervoor hoeft te doen is inloggen op uw profiel. Het zijn artikelen waar we trots op zijn en die we graag met u als trouwe lezer delen.

Vet en cholesterol

Vet en cholesterol zijn jarenlang de boeman geweest in relatie tot hart- en vaatziekten. Voor velen nog steeds. Maar is dit wel terecht? Of is dit alles gebaseerd op een misverstand? Cardioloog Remko Kuipers legt uit hoe het zit.

In de jaren zestig waren hartziekten in Amerika de meest voorkomende doodsoorzaak. Hier werd dan ook onderzoek naar gedaan. In de eerste onderzoeken werd beschreven dat in landen waar de meeste vetten werden gegeten, ook de meeste mensen kwamen te overlijden aan hartziekten. “In een bekend vervolgonderzoek, uitgevoerd in zeven landen, werd die eerste hypothese echter onderuitgehaald: er werd nu géén relatie aangetoond tussen vet en hart- en vaatziekten. Wel zag men een relatie tussen verzadigd vet en hart- en vaatziekten, maar ik moet erbij vermelden dat dit ging om een observationeel onderzoek. Ook latere interventiestudies lieten tegenstrijdige resultaten zien. Vet bleek ook hier niet evident goed of slecht. Het bleek vooral belangrijk te zijn welke soorten (verzadigd en/of (meervoudig) onverzadigd) vet je eet.”

----

Als lid van Hartpatiënten Nederland heeft u onbeperkte toegang tot alle Premium-artikelen op hartpatienten.nl. Het enige wat u hiervoor hoeft te doen is inloggen op uw profiel. Het zijn artikelen waar we trots op zijn en die we graag met u als trouwe lezer delen.

Kom van die bank af!

Dik 60 jaar geleden veroverde Peter Koelewijn de harten van de Nederlanders met zijn megahit ‘Kom van dat dak af’. Het wordt tijd voor een nieuwe variant van deze oude rock&roll-hit: Kom van die bank af!

Hoe ouder we worden, des te meer neigen we ertoe op de bank te blijven zitten. En dat is niet goed voor je hart. Voor meer dingen niet, trouwens. Alle reden dus voor de oproep: kom van die bank af. Zeker als je nog redelijk goed ter been bent. Geen zin? Dan maak je maar zin, kopt het blad Linda in een bericht hierover.

Hart- en vaatziekten

Actieve ouderen lopen namelijk veel minder risico op hart- en vaatziekten. Dat wisten we al, maar blijkt nog maar weer eens uit nieuw onderzoek door de Johns Hopkins universiteit. Onderzoekers van die universiteit volgden maar liefst acht jaar lang zo’n 6000 ouderen met een gemiddelde leeftijd van 75 jaar. Er werd gekeken naar de kracht die deze mensen nog in de benen hadden, de snelheid van lopen en de balans. Op die manier werden de fysieke prestaties van de ouderen gemeten. Vervolgens werd deze omvangrijke groep verdeeld in drie subgroepen op basis van hoe ze uit de test kwamen: laag, gemiddeld of hoog.

Bankbewoners lopen risico’s

In die acht jaar gebeurt natuurlijk het nodige met mensen. Van de groep kregen 386 ouderen een hartaanval, 251 van hen kregen een beroerte en in 529 gevallen was er sprake van hartfalen. U raadt het al: de mensen die minder actief waren en vooral op de bank zaten – je zou ze bijna bankbewoners noemen -, scoorden slecht. Van hen liep bijna de helft (47%) meer kans op hart- en vaatziekten, aldus de onderzoekers.

Maak dagelijks een wandeling!

Op de bank zitten is één ding, maar je moet ook genoeg bewegen om fit en gezond te blijven, bleek opnieuw uit dit onderzoek. Tip: maak bijvoorbeeld dagelijks een mooie wandeling, dat helpt al.

Stef redt levens

De allereerste keer dat hij iemand reanimeerde, vergeet Stef Hordijk (21) nooit meer. Het maakte veel indruk op hem en was het begin van het redden van nog vele andere levens. Inmiddels helpt Stef wijken door heel Nederland aan een AED, om op die manier een verschil te kunnen maken in cruciale minuten van iemands leven.

Het was september 2018. Stef liep bij Utrecht Centraal, waar hij moest overstappen. Ineens viel daar, te midden van alle drukte, een vrouw neer. Een aantal jaar daarvoor had Stef een EHBO-cursus gedaan en dus handelde hij snel: meteen zocht hij naar een AED. “Ik had 112 al gebeld en ben ondertussen met de AED aan de slag gegaan. Nadat ik was gestart met reanimeren en de vrouw een schok had gekregen, had ze gelukkig redelijk snel weer een eigen hartslag. Ook kon ze kort daarop al haar man bellen. Dat is vrij uniek. Zij was er duidelijk heel goed uitgekomen. Dit alles vond ik heel indrukwekkend. De situatie deed me beseffen dat iemand op deze manier helpen zó belangrijk is. Als je geen AED in de buurt hebt en moet wachten op de ambulance, is de kans een stuk kleiner dat het slachtoffer het overleeft.”

----

Als lid van Hartpatiënten Nederland heeft u onbeperkte toegang tot alle Premium-artikelen op hartpatienten.nl. Het enige wat u hiervoor hoeft te doen is inloggen op uw profiel. Het zijn artikelen waar we trots op zijn en die we graag met u als trouwe lezer delen.

Bezoek in vermomming

Toen Harm Troost (70) na een hartstilstand in het ziekenhuis werd opgenomen, stond hem een eenzame tijd te wachten. Hij liep een ziekenhuisbacterie op en moest lange tijd in isolatie doorbrengen. In een interview blikken we terug met Harm, met wie het inmiddels gelukkig weer hartstikke goed gaat.

----

Als lid van Hartpatiënten Nederland heeft u onbeperkte toegang tot alle Premium-artikelen op hartpatienten.nl. Het enige wat u hiervoor hoeft te doen is inloggen op uw profiel. Het zijn artikelen waar we trots op zijn en die we graag met u als trouwe lezer delen.

Alles wat je wilt weten over vezels

Vezels: een veelgehoorde term. Maar wat houdt het nu precies in? Waar zijn vezels goed voor? Hoe krijgen we ze voldoende binnen? Diëtist en leefstijlcoach Femke van Liere van Fit for Foodies maakt ons wegwijs in de wereld van vezels. Wist je bijvoorbeeld dat…

… er twee soorten vezels bestaan die allebei een andere functie hebben?

“Je hebt oplosbare en niet-oplosbare vezels. De oplosbare vezels komen voor in groente, fruit, peulvruchten en bepaalde granen. Ze worden in de dikke darm afgebroken door bacteriën en dienen als voedsel voor goede bacteriën in de darm, maar ook als voeding voor de darmcellen zelf. Ze dragen bij aan een goede afweer, ondersteunen het immuunsysteem en zorgen ervoor dat ziekteverwekkers minder kans krijgen. De niet-oplosbare vezels worden niet afgebroken door bacteriën, maar blijven intact en kunnen vocht opnemen. Dit zorgt uiteindelijk voor een goede stoelgang. De niet-oplosbare vezels vind je vooral in volkoren graanproducten, bonen, kool en wortelen. Let op: als je voldoende groente en fruit eet, betekent het dus niet automatisch dat je genoeg vezels binnenkrijgt. Je hebt namelijk zowel oplosbare als niet-oplosbare vezels nodig.”

----

Als lid van Hartpatiënten Nederland heeft u onbeperkte toegang tot alle Premium-artikelen op hartpatienten.nl. Het enige wat u hiervoor hoeft te doen is inloggen op uw profiel. Het zijn artikelen waar we trots op zijn en die we graag met u als trouwe lezer delen.