default-header
HomeHartverhalenPacemaker-implantatie, een routineklus waarbij van alles fout kan gaan.
Hartverhaal

Pacemaker-implantatie, een routineklus waarbij van alles fout kan gaan.

woensdag 17 maart 2010, door Ida

Na jarenlang ernstig boezemfibrilleren en boezemflutter heeft er een ablatie plaatsgevonden.
Daarbij is de flutter "bevroren", maar het fibrilleren nam niet af.

Ik zou daarna een HIS-ablatie krijgen , waardoor een pacemaker noodzakelijk werd.
Mijn behandelend cardioloog was ervan overtuigd, dat alleen de plaatsing van een pacemaker niets zou oplossen.
Op mijn verzoek is toch alleen de pacemaker geplaatst, zonder daaraan een HIS-ablatie te verbinden.
Dat heeft mij in elk geval zoveel verlichting gebracht, dat er goed mee valt te leven.

De implantatie:

Op de afgesproken tijd werd ik naar de EFO-ruimte gebracht. Aldaar werd vlot en kundig een infuusnaald ingebracht.

Twee jonge artsen kwamen naast de operatietafel staan, waarvan de ene zei: mevrouw, wij gaan samen bij u de pacemaker plaatsen. Ik werd afgedekt en verder voorbereid.

Hoorde de ene arts tegen de andere zeggen : verdoven heb je al gedaan, ga je gang.
Dit gebeurde vervolgens, was pijnlijk, met een branderig prikje op het eind, alsof de naald - hoog midden op het borstbeen - naar buiten kwam.

Nadat de verdoving was ingewerkt werden aan de "leerling" instructies gegeven; het kwam over alsof hij dit voor de eerste keer deed. Het aanprikken van de subclavia ging niet probleemloos, integendeel. Instructies klonken als : nee, niet zo, dat is niet goed (etc).

De ader leek wat moeilijk doorgankelijk en al met al gaf het mij een indruk van een heleboel gepruts dat niet klopte. Ik bedwong de aanvechting om te roepen : neem het a.u.b. van hem over !
Het duurde allemaal érg lang en ik begon pijn te voelen onder mijn rechter sleutelbeen ; ik gaf dat aan.

"Ja dat kan wel mevrouw, zo loopt die ader en dat kan wat irriteren".

Vervolgens verplaatste de pijn zich naar midden boven, achter mijn borstbeen. Ademhalen werd moeilijker. Dit verdween niet meer, integendeel, het verergerde voortdurend gedurende de verdere procedure. Ik heb dit meermalen aangegeven.

Nog steeds werden door de "leidende" cardioloog instructies gegeven over de werkwijze, maar ook over de gewoonste dingen, zoals: nu moet je wel eerst je handen schoonmaken (dit laatste tot 3 x toe !! ).
Ook werd gezegd: wel steeds aan die mevrouw vertellen wat je doet. Dat deed hij dus één keer en verder niet meer.

Alles verliep stroef en met de nodige strubbelingen. Ik vroeg nog : is het zo’n doolhof daarbinnen, dat jullie er niet uitkomen ? "Nee hoor mevrouw, alles gaat goed, het schiet op".

De instructies werden duidelijk gegeven, doch er werden geen handelingen overgenomen.

Bij het inbrengen van de leads hoorde ik b.v. : nee, dat is te ver, of : dat is niet ver genoeg. Ook : nu 10x schroeven, even later : ho .dat is te ver. Het was een lang en beslist niet gladjes verlopend proces, met schroeven en terugschroeven.
Ook van achter de computers werd door een vrouwenstem nu en dan bijgestuurd. Het geschroef had heel wat voeten in aarde. Pas op zus en pas op zo.

Intussen werd de pijn onder mijn borstbeen steeds heviger.

Uiteindelijk kon de pacemaker in de pocket worden geplaatst. Toen, op het allerlaatst, nam de leidende arts het even over, omdat de ander de aansluiting blijkbaar niet kon vastmaken.

Wat mijn pijnklachten betreft werd gezegd dat misschien een longtop was geraakt; dat dit niet erg was, maar dat er een foto zou worden gemaakt. Conclusie na foto : kleine pneu.
Hierdoor enigszins gerustgesteld, en opgelucht dat de – vrij lange en rommelige – procedure achter de rug was, kwam ik terug op de zaal.

’s Middags nam de pijn verder toe, paracetamol bracht geen verlichting. In een later stadium tramadol ook niet.
Mijn bloeddruk begon te zakken en ik dacht : o jeetje, ik zal toch geen bloeding hebben ?
Tot 3 x toe kreeg ik een infuuszak met een bloeddrukverhogend middel, na de derde werd dat gestopt omdat de bloeddruk op dat moment goed leek, maar ik begon me steeds minder goed te voelen.

Het eten smaakte me niet.

Om ca. 20.30 uur voelde ik me wegzakken, het koude zweet brak me uit, koude neus en voorhoofd. Kon nog net bellen. Bloeddruk gezakt tot 80-40.

Vanaf dat moment werd adequaat opgetreden, er gebeurde van alles; de arts die met het echo-apparaat in de weer was hoorde ik zeggen : deze mevrouw is heel erg ziek, hoe hebben ze haar in vredesnaam hier kunnen neerleggen !
Voor de echo moest ik wat op mijn linkerzij draaien, wat mijn ademhaling erg bemoeilijkte.

Er moet een drain in uw hart geplaatst worden, werd er gezegd. Ik schrok en zei : toch niet onder plaatselijke verdoving ? Dat bleek wél de bedoeling en ik riep dat ik dat niet meer aankon.
Na veel aandringen van mijn kant ( weet ook niet hoe ik dat kon doen in die shock-toestand) kreeg ik de toezegging van een roesje.

Vervolgens ben ik een uurtje of zo "kwijt" en werd me pas weer van alles bewust op de OK, waar onder narcose de pericarddrain zou worden geplaatst.
Vlak voor ik daar "onder zeil" ging , hoorde ik de dienstdoende specialist nog tegen een collega zeggen : dat is geen kleine pneu, de andere kant ligt ook los, het is een volledige klaplong..

Ik kwam weer bij op de hartbewaking. Het was inmiddels nacht. Daar kwam vervolgens de longarts bij me, die – nu wel onder plaatselijke verdoving – een longdrain aanbracht.

Op de hartbewaking ben ik vier dagen uitstekend verzorgd. Hetzelfde geldt voor de afdeling cardiologie waar ik nog een dag of vier moest doorbrengen om bij te komen.

Eenmaal thuis heb ik nog heel wat tijd nodig gehad voordat in weer normaal kon functioneren, maar de "oude" ben ik nooit meer geworden.


----------------------------------------------------------------------------------------------------------

Geef een reactie