default-header

Intervieuw met hartchirurg Christian Barnard

Home Forums Interviews Intervieuw met hartchirurg Christian Barnard

4 berichten aan het bekijken - 1 tot 4 (van in totaal 4)
  • Auteur
    Berichten
  • #78660 Reageer
    bert
    Sleutelbeheerder

    Alweerzo’n zeven jaar geleden, op 2 september 2001, stierf de Zuid-Afrikaanse hartchirurg dr. Christiaan Barnard (Beauford West, 8 november 1922). Hij was de man die een onuitwisbaar stempel zette op de geneeskunde van het hart.
    Barnard schreef geschiedenis met de allereerste menselijke harttransplantatie ter wereld bij de 57-jarige Zuid-Afrikaan Louis Washkansky. Deze kreeg in de nacht van 2 op 3 december 1967 in het sindsdien fameuze Groote Schuur Ziekenhuis in Kaapstad het hart van een 25-jarig verkeersslachtoffer, Denise Darvall.

    Enkele jaren voor zijn dood publiceerde de Hartbrug op 1 december 1996 het volgende exclusieve interview met Barnard. Wel aardig om hiervan alsnog melding te maken.

    [i]Uit de Hartbrug van december 1996. [/i]
    Interview met hartchirurg Christian Barnard

    Het is bijna dertig jaar geleden dat hartchirurg Christian Barnard met zijn team in de operatiekamer van het Groote Schuur Hospital in Kaapstad voor één van de opzienbarendste ingrepen van deze eeuw stond. Op 3 december voerden zij op Louis Washkansky de eerste harttransplantatie uit.
    De beroemdste hartchirurg allertijde heeft voorgoed zijn scalpels neergelegd, en legt zich nu toe op pen en papier. Zijn belevenissen en zijn visie op de wereld is in een aantal – grotendeels autobiografische – boeken vastgelegd. Hij doet uitgebreid uit de doeken hoe zijn eerste huwelijk met Louwtjie op de klippen liep. Trots beschrijft hij zijn glamoureuze leven na de harttransplantatie. Tot in detail schrijft hij over ontmoetingen met de grootste der aarde, en zijn affaires met filmsterren onder wie Gina Lollobrigida. Barnard lijkt nu een serieuze weg te zijn ingeslagen op literair gebied. Kortgeleden verscheen zijn eerste thriller: ‘De donor’, een arts speelt voor God, de wereld wacht een nachtmerrie…

    Barnard heeft een paar dagen intrek genomen in de royal suite op de bovenste verdieping van het Renaissance Hotel in hartje Amsterdam. Zijn verschijning ademt zijn voorliefde voor op maat gesneden kleding. Hij is onberispelijk gekleed in een donkergrijze dunne coltrui onder een zwart colbertje, een donkerblauwe wollen broek met snit en soepele leren mocassins. Een gebruind gelaat waarvan alleen de ouderdomsvlekken zijn leeftijd van vierenzeventig jaar verraden. Tijdens het gesprek vallen zijn stramme vingers op. De ‘gouden handen’ van weleer zijn het slachtoffer geworden van reumatoïde artritis. Opereren werd daardoor een crime, maar ook een dag schrijven kan hem bijna ondragelijke pijnen bezorgen.

    Hersendood

    Barnard besloot tot het schrijven van ‘De donor’ toen hij bemerkte hoeveel onduidelijkheid bestond rond het begrip hersendood. “Je staat verbaast hoeveel mensen het begrip ‘hersendood’ niet bevatten. Zij begrijpen niet hoe het hart, de lever en de nieren gebruikt kunnen worden nadat de hersenen zijn afgestorven. Als iemand dood is, is alles toch dood?” Meteen in het begin van zijn boek beschrijft hij een scène waarin hij uitlegt hoe het hart kan blijven doorkloppen terwijl het lichaam al dood is.
    Uitleggen doet Barnard, gedoseerd, in het hele verhaal. De aspecten van de harttransplantatie zijn verweven in een verhaal rond hoofdpersoon Rodney Barnes. De naam en de gelijkenis met de jonge Barnard zijn treffend. Barnes is een ongehuwde achtendertigjarige hartchirurg. Hij heeft baanbrekend werk verricht op het gebied van de hartchirurgie, heeft het uiterlijk van een knappe filmster, en heeft contact met een eindeloze reeks ‘hoogpolige meiden’. Hij is een ‘dankbaar object’ voor de sensatiepers. Op de vraag of Barnard heeft gediend als uitgangspunt voor de hoofdpersoon, glimlacht hij: “De Barnes in het boek was niet mijn idee. Mijn Barnes was a-seksueel, had geen affaires, hij was een kluizenaar. Bob Malloy (die Barnard hielp het verhaal in het Engels op papier te zetten, red.) kraakte deze personage af. “Je kunt beter over jezelf schrijven; dat spreekt meer tot de verbeelding.” Zodoende is het leven van Barnes grotendeels gebaseerd op mijn eigen leven en ervaringen.”

    Superras

    Barnes werkt als hartchirurg en hoofd van de afdeling in het Cape Town-ziekenhuis in Kaapstad. In hetzelfde ziekenhuis werkt ook de arts Louis Kapinsky, die na glansrijk zijn opleiding te hebben doorlopen een beurs won van het Royal College of Surgeons. Hij maakt nu naam als geneticus. Kapinsky is op zoek naar de sleutel in het onderzoek om bavianen immuuntolerant te maken. Het grote probleem bij orgaantransplantatie is nog steeds de afstotingsreaktie: het lichaam accepteert het donororgaan niet. Bij immuuntolerantie zou dat probleem overwonnen zijn. Hij ontwikkelt zich in de loop van het verhaal tot een onaangenaam individu die alle middelen aanwendt om zijn doel te bereiken: een superras te kweken met de kracht van een baviaan en de intelligentie van de mens. In zijn laboratorium werkt hij grotendeels in zijn eentje aan dit levenswerk, af en toe geassisteerd door zijn zwarte assistent Samuel Boots. Samuel vermoedt dat de activiteiten van Kapinsky niet door de beugel kunnen en hij gaat op zoek naar zijn geheim. Uiteindelijk wordt dit zijn noodlot. Als hij ’s nachts naar het laboratorium sluipt om een altijd afgesloten ruimte binnen te dringen wordt hij daar aangevallen. Kapinsky die vermoedt dat Samuel iets op het spoor is heeft ’s nachts met opzet de kooi opengelaten van een genetisch gemanipuleerde baviaan. Deze aap – met het hart van een ter dood veroordeelde man – heeft de agressieve karaktereigenschappen van zijn donor ontwikkeld. Samuel wordt besprongen en gewurgd. Gelooft Barnard dat je met het transplanteren van het hart ook een deel van de ziel meeneemt? Barnard: “Dat gedeelte is alleen bedoeld om spanning te creëren. Ik heb veel harten getransplanteerd maar zij ontwikkelen niet de kenmerken van de donor. Het hart heeft geen emotie, het is gewoon een pomp. Anders is het als je de hersenen zou transplanteren.”

    Genetische manipulatie

    Barnard stelt met het personage Kapinsky de ethische kant van genetische manipulatie aan de orde. Genetische manipulatie is in de ogen van de gewone man gedurende lange tijd een doos van Pandora geweest, merkt Barnard op in zijn inleiding. Eenmaal geopend was de mensheid voor eeuwig gedoemd de verschrikkelijke gevolgen van genetisch veranderde levensvormen te ervaren. Genetische manipulatie is volgens hem voornamelijk negatief benaderd. De angst bestond dat genetische manipulatie van de menselijke genen werd gebruikt met als doel het genetische perfecte lichaam en geest te vormen. En tevens embryo’s met genetische afwijkingen op te sporen en te aborteren. In de praktijk heeft de genetische manipulatie – sinds Watson en Crick bijna twintig jaar geleden de genetische code van het DNA hadden ontdekt – voornamelijk geleidt tot positieve resultaten. Barnard: “De speurtocht naar waarheid en kennis moet onverminderd voortgaan, maar bij de uitvoering van de bevindingen is grote waakzaamheid geboden. De ethische scheidslijn tussen een puur wetenschappelijke ontdekking en het misbruik daarvan is gering. Mijn verhaal gaat over goede bedoelingen die verkeerd aflopen.” Kapinsky gaat in het boek zover met genetische manipulatie dat hij zelfs een immuuntolerante baviaanembryo in de baarmoeder plaatst van een in coma liggende vrouw. Hoever kun je gaan met genetische manipulatie? Barnard: “Ik ga altijd terug naar het doel van de geneeskunde: de kwaliteit van leven verbeteren- Zolang dit het doel is van genetische manipulatie kun je zo ver gaan als je wilt.”

    Apartheidsbeleid

    Barnard schrijft niet alleen over medische aspecten maar boort en passant ook de problematiek van het apartheidsbeleid aan in de vorm van Samuel Boots, de zwarte assistent van Kapinsky, die van het platteland van Zuid-Afrika naar de stad komt om werk te zoeken. Hij begint als tuinman op het universiteitsterrein, wordt vervolgens schoonmaker in het dierenlaboratorium, interesseert zich mateloos voor de dierproefondervindelijke harttransplantaties en wordt uiteindelijk een onmisbare transplantatie-assistent. Samuel is zeer intelligent, maar door het apartheidsbeleid is het volgen van een universitaire opleiding uitgesloten.
    De personage Samuel is gebaseerd op het werkelijke leven van Hamilton Naki. Barnard: “De belangrijkste reden waarom ik zijn verhaal heb opgenomen is te laten zien wat we missen als we deze mensen opleidingsmogelijkheden onthouden. Hamilton Naki was waarschijnlijk een briljant chirurg geworden als hij de kans had gekregen. Hij kon beter een harttransplantatie uitvoeren dan de juniorartsen (hij mocht overigens alleen operaties uitvoeren op dieren, red.). Hij is overgegaan naar de levertransplantatie-unit. Een levertransplantatie is technischer veel moeilijker dan een harttransplantatie. Maar uiteindelijk deed hij ook dat perfect.”

    Omvangrijk

    Barnard schreef ‘de donor’ voor een breed lezerspubliek. Toch schuwt hij niet technische verhandelingen te geven over een operatie. “Mensen zijn geïnteresseerd in geneeskunde ook al snappen ze niet alles wat er staat.” Hij meent dat je je lezer niet moet onderschatten: “Je moet niet naar beneden schrijven maar naar boven.”
    Naast de medisch-technische kant van de harttransplantatie komt ook de emotionele en maatschappelijke kant ervan aan bod: het ‘slecht nieuws’-gesprek waarin aan nabestaanden toestemming wordt gevraagd voor transplantatie, het tekort aan donororganen. Voor de geïnteresseerde lezer is ‘de donor’ een boek om op een vlotte manier globale kennis over het onderwerp op te doen.
    ‘De donor’ is een omvangrijk boekwerk geworden. Niet alleen door de bijna driehonderdvijftig pagina’s, maar ook door de verschillende onderwerpen die Barnard aanboort. Barnard geeft aan van veel onderwerpen op de hoogte te zijn en verpakt ze in een luchtig geschreven verhaal. De eerste thriller van Barnard is een feit. Hij broedt op een nieuw onderwerp en lopend langs de Amsterdamse grachten ontstond het idee voor zijn volgende boek: abortus beschrijven vanuit het gezichtspunt van het te aborteren embryo. De hartchirurg blijft enthousiast doorgaan met schrijven, het opereren mist hij absoluut niet. “Ik heb genoeg geopereerd. Wil je goed zijn dan moet je ’s ochtends vroeg op, je moet gretig zijn en ik bereikte het punt dat ik ’s ochtends opstond en excuses verzon om niet te hoeven opereren. Toen ik een student was en ik moest kiezen tussen een paar operatiehandschoenen aantrekken of een vrouw vasthouden dan koos ik voor het eerste. Het was zo opwindend om een paar rubberen handschoenen aan te trekken: hier ben ik en ik ben chirurg. Ik had niet gedacht dat ik ooit het stadium zou bereiken dat dat gevoel zou ontbreken en ik excuses probeerde te verzinnen om die handschoenen aan te trekken.”

    #81512 Reageer
    Anoniem
    Gast

    Hoi Rob,

    Dit is nog al een ingrijpend verhaal en begrijp hoe jij je voelt.
    Ik heb zelf een aangeboren hartafwijking en mocht ook,
    altijd alles doen. Heb aan verschillende vechtsporten gedaan 2 Marathons gelopen en was van plan om te gaan ultra lopen,
    tot dat ik vorig jaar binnen 4 maanden 2 keer in elkaar zakte.
    Heb na een controle in het Ziekenhuis te Sneek maar eens bij het umcg te Groningen aan de bel getrokken.
    Heb daar alle testen gehad en eindigde 2013 met een mri.
    De Cardioloog belde mij op 18 november voor de uitslag,
    en zei dat mijn rechter hartkamer vergroot was en verder konden ze niet veel zeggen. Hij stelde voor om een hartkatheterisatie te doen waar ik mee in stemde nou als je mijn verhaal op deze site gelezen hebt weet je het resultaat voor dat ik die dag weer naar huis ging dat was op 9 january werd mij mede gedeeld dat het een open hart operatie word nu mag ik me op 3 maart weer melden in groningen voor een gesprek met de cardioloog. Heb in die tussen tijd nog gebeld met Groningen maar krijg geen informatie,
    ga me nu toch wel zorgen maken want als er ook nog hartfalen bij komt wat dan. Hoop dat jij snel weet waar je aan toe bent.

    Rob.

    #81513 Reageer
    Anoniem
    Gast

    Hallo Rob ,

    Ook bij mijn man (61) werd op 18-11-2013 een aortaklepstenose geconstateerd. De enige klacht die hij had was een overslaand hart .Hij is postbode en heeft een heel goede conditie.
    Toch werd hem geadviseerd de klep te laten vervangen, i.v.m. risico op plots overlijden, hartfalen ect.
    Hij is op 5-2-14 in het Amphiaziekenhuis in Breda geopereerd d.m.v. een nieuwe methode, met kleine incisies in het borstbeen.
    Door de hart chirurg dr. M. Bentala, Hij kon na 6 dagen al naar huis en voelt zich redelijk goed.Hij heeft ook gekozen voor een bio klep, maar mogelijk gaat deze maar 15 jaar mee.
    Maar omdat hij nog volop in het arbeidsproces zit en onregelmatig werk heeft wilde hij niet levenslang bloedverdunners moeten slikken en onder controle blijven bij de trombosedienst.
    Bovendien gaan de ontwikkelingen snel werd ons ook verteld door een verpleegkundige op die afdeling, die er al bijna30 jaar werkt.
    Dus over 15 jaar zien we bij leven en welzijn wel weer.
    Wij zijn erg tevreden over de behandeling in het Amphia,
    Wachttijden waren er niet, hij kon direct geholpen worden.

    #81514 Reageer
    Anoniem
    Gast

    hallo Rob

    mijn moeder, 69 enig uitstekende conditie, moest een nieuwe hartklep. en omdat ze nu nog in uitstekende was kon dat beter nu gebeuren dan over een jaar. maar tijdens de operatie is er een fout gemaakt. Er werd een extra hechting geplaats waardoor de kransslagader werd dichtgetrokken. Niemand vanher medisch team heeft dit opgemerkt. 10 dagen na de operatie, ze is niet meer bij geweest, is ze overleden. Het gaat dus niet altijd goed.

4 berichten aan het bekijken - 1 tot 4 (van in totaal 4)
Reageer op: Intervieuw met hartchirurg Christian Barnard
Je informatie: